publicatie

Tribune 08/2009 :: Over de top!

Tribune, september 2009

Actueel

Dáárom moet uw zorgpremie dus omhoog

Over de top!

Negen van de tien ziekenhuisbestuurders verdienen meer dan de minister-president; een op de tien zelfs meer dan 300.000 euro op jaarbasis. Daarnaast wordt menig hospitaalbobo ook vele tonnen aan bonussen en vertrekpremies achterna gesmeten, zo blijkt uit recent SP-onderzoek. De partij heeft nu een initiatiefwet ingediend.

Foto: Govert de Roos Tekst: Rob Janssen

Adembenemend zijn de bedragen: 600.618 euro had bijvoorbeeld het Zuid-Hollandse Albert Schweitzer ziekenhuis in 2008 over voor welgeteld één bestuurder. Deze geluksvogel ontving zowel een bonus van 41.576 euro als een ontslagvergoeding van 318.573 euro. Daar kon de bestuurder van de Arnhemse Alysis zorggroep niet tegenop: hij moest het doen met 536.293 euro, inclusief een ontslagvergoeding van 226.000 én een som van 115.511 euro voor drie maanden in 2009. Het feit dat deze laatste toch nog goed is voor 38.000 euro per maand, mag dan een schrale troost voor deze grootverdiener heten. Maar wat te denken van de 645.807 euro die een bestuurder van het Groningse Martini Ziekenhuis vorig jaar bij zijn vertrek meekreeg? Ruim vier ton van dat astronomische bedrag bestond nota bene uit ontslagvergoeding.

Alsof dat allemaal nog niet genoeg is, werd er in een aantal ziekenhuizen ook nog eens kwistig met bonussen gestrooid: in totaal streken in de onderzochte ziekenhuizen of ziekenhuis-

groepen 26 bestuurders voor meer dan een half miljoen euro aan bonussen op. Maar ook zonder bonussen en ontslagvergoedingen blijft het beeld ernstig. Reken je de uitgekeerde salarissen om naar een jaarsalaris (sommige bestuurders werkten namelijk maar enkele maanden), dan blijkt dat ruim driekwart van de ziekenhuis-top meer dan twee ton verdient. Zo gerekend is het Röpcke-Zweers Ziekenhuis in Hardenberg de bedenkelijke koploper: daar werden zes maanden werk beloond met 205.069 euro. Verrekend naar een jaarsalaris is dat 410.138 euro.

“Als het kabinet treuzelt, dan regelen we het zelf wel”

Het is slechts een kleine greep uit het rapport ‘Over de top – onderzoek naar de megasalarissen in het ziekenhuisbestuur’, dat de SP afgelopen zomer naar buiten bracht. Schokkende conclusie: negen van de tien ziekenhuisbestuurders verdienen meer dan de 181.000 euro van de minister-president en met bonussen en ontslagvergoedingen wordt gestrooid als waren het pepernoten.

“Ik kom mensen tegen die verontwaardigd zeggen: ‘Oh, dáár gaat de verhoging van mijn zorgpremie naar toe’”, vertelt SP-Kamerlid Renske Leijten: “Hun woede is terecht; het gaat zeker ten laste van onze zorgpremies. Dit terwijl iedereen juist schreeuwt om maximering van de topsalarissen in de zorg.” Daarbij doelt Leijten onder meer op de Kamermeerderheid die de motie van Agnes Kant hieromtrent ondersteunde. Maar dat is al ruim drie jaar geleden. Waarom lukt het nog steeds niet om paal en perk te stellen aan de graaierij? Leijten: “Het kabinet is op voorstel van de commissie-Dijkstal aan de slag gegaan, maar het wetsvoorstel komt pas volgend jaar. Wel weten we al dat zorgbestuurders volgens dat wetsvoorstel onder een code gaan vallen, die door de sector zelf gemaakt wordt. Zo’n code bestaat trouwens al langer en we zien telkens weer dat men zich er niks van aantrekt. Bovendien zou het gaan om een voorstel voor variabele beloning van 190.000 tot 240.000 euro. Ruim boven de Balkenendenorm en huizenhoog boven het niveau van het ministerssalaris dat wij als SP als norm bepleiten. Kortom: het kabinet treuzelt en bovendien hebben we weinig vertrouwen in het komende wetsvoorstel. Daarom hebben we besloten om het zelf maar te gaan regelen.”

De SP heeft een initiatiefwet ingediend, die behelst dat er bij de verlening van een zorgvergunning ook wordt gekeken naar het salaris van de bestuurders van de betreffende zorginstelling. Met andere woorden: geen vergunning om zorg te verlenen als het salaris hoger is dan dat van de minister. Ook interimmers moeten onder die wettelijke norm gaan vallen. “Dit is blijkbaar de enige manier waarop een einde kan komen aan de buitensporige salarissen in de zorg”, aldus Renske Leijten.

De afkeer van de SP van topsalarissen in de publieke sector is niet bepaald nieuw. Vorig jaar stelde de partij de gigantische beloningen voor bestuurders in achtereenvolgens de thuiszorg, de gehandicaptenzorg en de zorgverzekeraars aan de kaak. Ook toen luidde de conclusie: veel te hoge salarissen. En ook hier was iedereen het over eens. Maar er gebeurde niets. Wordt Leijten onderhand niet moe en gefrustreerd van dat gehamer op die topsalarissen? “Nee. Het motiveert me juist extra. De roep om maximering van de topsalarissen wordt steeds luider en vroeg of laat zal de Kamer toch kleur moeten bekennen. Dat geeft hoop. Kern van de zaak is, dat het gewoon niet deugt dat aan de ene kant schaamteloos gegraaid wordt en aan de andere kant mensen steeds meer moeten gaan betalen. Het holt de solidariteit van ons zorgstelsel uit. Sterker nog: zorg ís solidariteit. Onze zorg wordt dus regelrecht ondermijnd door die schandalige beloningen. Van het knokken daartegen zal ik nooit moe worden.”