publicatie

SP Tribune 02/2005 :: Het kan op het VMBO

Tribune, 18 maart 2005

VMBO :: aflevering 4 (slot)

Het VMBO wordt vaak gezien als het zorgenkindje van het Nederlandse onderwijs. Ondanks dat de meeste leerlingen de opleiding succesvol doorlopen, kampt een groep met ernstige gedrags- en leerproblemen. Met name allochtone leerlingen hebben het soms moeilijk. Het Norbertus College in Roosendaal zet studenten van Turkse en Marokkaanse afkomst in om de 'zorgleerlingen' te helpen. De afgelopen maanden hebben we in de Tribune aandacht aan dit succesvolle project besteed. In deze vierde en laatste aflevering spreken we met mentor Nora Kasrioui. Ze begeleidt een leerlinge op het Da Vinci College, een school in Roosendaal die ook het project heeft omarmd.

Tekst: Ronald Kennedy

‘Ik ben zelf begonnen als leerlinge op het voormalige ito. Ik weet als geen ander hoe belangrijk een goede begeleiding kan zijn. Een docent vertrouwde in mijn capaciteiten en zorgde ervoor dat ik naar het MBO kon. Doordat ik een steuntje in de rug kreeg, gingen er allerlei deuren voor mij open en kon ik mijn capaciteiten benutten. Ik heb vervolgens MBO Sociaal Pedagogisch Werk gestudeerd, en daarna de HBO-variant SPH. Hier besloot ik dat ik toch weer graag iets in het onderwijs wilde doen en nu volg ik verkort de lerarenopleiding.’

'Ik vertel het nu heel snel, maar vanzelfsprekend was het niet. Rond mijn negende ging ik met mijn vader mee naar Marokko. Hij wilde daar weer een bestaan opbouwen. Tot mijn elfde heb ik daar op school gezeten. Toen mijn familie toch weer besloot terug te gaan naar Nederland, had ik al een achterstand opgelopen.'

'Uiteindelijk kwam ik hier op een islamitische basisschool terecht. Daar werd ik helemaal niet goed begeleid. De schoolleiding stak hun energie vooral in het in orde houden van organisatorische structuren, het was er een chaos. Leerlingen kwamen niet op de eerste plek. Ik wil wel benadrukken dat het zo was op deze ene islamitische school. Mijn voorbeeld is hopelijk niet representatief. Het laat wel zien wat er kan gebeuren als je niet goed begeleid wordt.'

'Mijn docent op de islamitische school had me immers het ito-advies gegeven. Dat was zeer frustrerend. Ik wist dat ik veel in mijn mars had, maar ik werd niet op de juiste manier geprikkeld. Gelukkig was er een docent op het ito die dat oppikte. Hij luisterde goed. Dat is zo belangrijk. Ik kreeg meer vertrouwen. Elke week werd ik even apart genomen en bijgespijkerd met bepaalde vakken waar ik moeite mee had. Maar belangrijker nog was het praatje. Dat iemand oprecht geïnteresseerd vroeg hoe het met je gaat. Er zat medemenselijkheid en warmte in. Dan ga je graag naar school.'

'Mijn ouders willen me graag begrijpen, maar kunnen dat niet helemaal omdat ze nooit hier naar school zijn geweest. Toch hebben ze een belangrijke rol gespeeld. Dankzij onze ouders hebben wij als tweede en derde generatie veel kansen gekregen. Doordat zij - letterlijk - het vuile werk hebben opgeknapt, hebben wij kansen gekregen ons te ontplooien. Dat mag ook wel eens gezegd worden. 'Toen ik voor het eerst van het mentorenproject hoorde, dacht ik gelijk: daar moet ik bij zijn! En ik ben er vanaf het eerste uur bij betrokken. Het biedt dezelfde soort begeleiding die ik kreeg, maar dan in georganiseerde vorm.' Toch is het niet een groot succesverhaal. Eerst heb ik een Marokkaanse jongen begeleid. Dat ging helemaal niet goed. Mijn interpretatie is ook dat hij liever niet begeleid werd door een vrouw. Nu heb ik al twee jaar een Marokkaans meisje onder mijn hoede. Dat gaat echt uitstekend!'

'Haar resultaten zijn wel verbeterd, maar in het onderwijs wordt iets te veel naar cijfers gekeken. Ik zie ook succes op ander vlak. Zo is haar zelfvertrouwen toegenomen; dat blijkt uit haar hele lichaamshouding. Ik heb daar als mentor misschien een minuscule bijdrage aan geleverd. We zijn slechts een radertje in het geheel. Aan het einde van het schooljaar kwam het meisje me speciaal een bosje bloemen brengen. Dat is zo ontroerend.' 'Eigenlijk wil ik ervoor pleiten dat elke hoog opgeleide Nederlander met een hoge maatschappelijke positie, een allochtone leerling coacht. Dat zou pas echt helpen. Ik heb zelf ook een coach. Iemand kan door een klein advies, misschien twee zinnen, een verschil maken in je leven.'

Momenteel leer ik om docent maatschappijleer te worden. Een bewuste keuze. Ik wil leerlingen bewust maken van hun positie in de samenleving. Ik vertel mijn leerlingen ook altijd mijn verhaal. Als je heel laag begint, kun je niet falen. Ik weet hoe het is aan de afgrond. Nu ik hier ben, denk ik wel eens: shit, dat ik dat allemaal heb gedaan. Dat was nooit gelukt zonder de juiste coaches aan de zijlijn. Daarom hoop ik dat dit soort projecten meer navolging krijgt.'

Inhoud