publicatie

Spanning, september 2008 :: Het avontuur van de tegenbegroting

Spanning, september 2008

Het avontuur van de tegenbegroting

“De politiek is in de greep van een achterhaald economisch model”

Ewout Irrgang is financieel woordvoerder van de SP in de Tweede Kamer. Hij presenteerde dit jaar zijn vierde tegenbegroting. Ronald van Raak interviewde hem over de confrontatie van politieke idealen met de financiële werkelijkheid, de beperkingen van economische modellen en de strijd met het Centraal Planbureau.

Tekst: Ronald van Raak Foto: Bas Stoffelsen

Op het Ministerie van Financiën hebben honderden ambtenaren het hele jaar gewerkt aan de begroting van de regering. Jij hebt tijdens het reces met enkele medewerkers een tegenbegroting gemaakt voor de SP. Is dat wel een eerlijke strijd?

“Nee, bepaald niet! We hebben niet alleen veel minder medewerkers, maar ook veel minder informatie. Een tegenbegroting is een alternatief voor de kabinetsbegroting, maar tijdens het opstellen weet je nog niet hoe die er precies uit komt te zien. Je bent erg afhankelijk van informatie die uitlekt, maar die is niet volledig. Net als de regering laten we onze tegenbegroting doorrekenen door het Centraal Planbureau. Dan krijg je soms vertrouwelijke informatie, waar ik dus ook nu niets over kan vertellen. Wel gelijk is dat we allebei moeten onderhandelen. Minister Wouter Bos met de ministers en ik met de Kamerleden van de SP.”

Dat klinkt avontuurlijk, hoe pak je zoiets aan?

“We beginnen met de plannen die de SP heeft voor nieuwe inkomsten en besparingen. Dan vragen we de Tweede Kamerleden naar hun plannen voor het komende jaar en hoe ze die willen betalen. Dan blijft meestal nog een flink financieel gat over! Ik overleg vervolgens met de woordvoerders hoe we die gaten kunnen vullen. Op deze manier wordt de tegenbegroting steeds aangepast. Daarnaast moeten we onze tegenbegroting ook telkens bijstellen voor de kabinetsplannen die uitlekken. Wordt bijvoorbeeld de btw nu wel of niet verhoogd? Dat scheelt 1,4 miljard euro. Of 2 miljard euro, het precieze bedrag is ook niet helemaal duidelijk. Wat doet het kabinet met de kinderopvang? Dat is tijdens het opstellen van de tegenbegroting allemaal moeilijk te achterhalen.”

Er blijft een gat bestaan tussen onze politieke idealen en de financiële werkelijkheid. Hoe maak je de uiteindelijke keuzes?

“We hebben heel enthousiaste Kamerleden, die willen het liefst in één jaar het hele verkiezingsprogramma uitvoeren. Je moet altijd teruggaan naar de essentie, wat is een tegenbegroting? Het verkiezingsprogramma geldt in principe voor vier jaar. Een tegenbegroting is ons alternatief voor één jaar. Het gaat er in ieder geval om dat het volgend jaar beter wordt, vergeleken met de kabinetsbegroting. Alle slechte plannen van de regering moeten er uit. Maar je kunt in een tegenbegroting niet alles wat in het verleden verkeerd is gegaan terugdraaien. En we willen natuurlijk een stap zetten in het uitvoeren van ons verkiezingsprogramma. Het is ook in onze fractie een kwestie van onderhandelen. De fractievoorzitter en ik doen uiteindelijk een voorstel, de fractie kan ons te allen tijde terugroepen.”

“Zet twee economen in een kamer en je hebt drie meningen”

De SP maakte de eerste tegenbegroting in 2004. Waarom ben je daarmee begonnen? Wat heb je in de afgelopen vier jaar geleerd?

“We wilden laten zien dat we het echt beter kunnen dan de regering. En dat we een degelijke partij zijn, met voorstellen die haalbaar en betaalbaar zijn. Ieder Tweede Kamerlid kan tijdens de begrotingsbehandeling van zijn of haar ministerie laten zien dat we goede alternatieven hebben. Je moet ambitieus zijn, maar je ook realiseren dat het maar voor één jaar is. We hebben als SP soms de neiging om te denken dat het véél beter moet, en dat het anders niet de moeite is om iets voor te stellen. Je kunt het vergelijken met een mammoettanker. Als je de koers een paar graden bijstelt, kom je uiteindelijk in een heel andere haven aan.”

Bijna alle oppositiepartijen laten hun tegenbegroting tegenwoordig doorrekenen door het Centraal Planbureau. Jij hebt in het verleden nogal wat kritiek gehad op deze nationale rekenmeesters.

“Om te beginnen doet het Centraal Planbureau (CPB) maar een beperkte doorrekening van de tegenbegroting. Het bekijkt alleen of de bedragen in onze tegenbegroting kloppen. Het berekent niet meer de macro-economische effecten van onze begroting, zoals de koopkrachteffecten, de gevolgen voor de werkloosheid en voor de economische groei. Daar zeggen ze geen tijd meer voor te hebben. Dat doen ze voor de plannen van de regering wél. Het CPB is minder bereid werk voor ons te verrichten dan voor de regering. Dat maakt de vergelijking van de gevolgen van de begroting moeilijker.

Het belangrijkste bezwaar tegen de rekenmodellen van het Centraal Planbureau is dat je soms wel de kosten krijgt gepresenteerd, maar niet de baten. Zij nemen wel de kosten op van uitgaven in de publieke sector, doordat er meer belasting moet worden betaald, maar dat geldt niet voor de opbrengsten van deze investeringen. Neem bijvoorbeeld het onderwijs. Als je bezuinigt op onderwijs, is dat positief voor de begroting. En als je investeert in onderwijs, is dat negatief. Terwijl investeringen in onderwijs heel goed zijn voor de economie! Het CPB beroept zich op het feit dat het moeilijk is om te kwantificeren wat die inkomsten zijn. De modellen van het CPB zijn ongunstig voor een partij als de SP, die veel wil investeren in de publieke sector.”

Het Centraal Planbureau heeft dus veel invloed op de politieke discussies over de begroting?

“Ja, héél veel. Té veel denk ik. Er is geen enkel land in Europa waar een vergelijkbaar instituut zoveel invloed heeft op die discussie. De waarheid van het Centraal Planbureau wordt te veel als een absolute waarheid aangenomen. Zet twee economen in een kamer en je hebt drie meningen. Wat het CPB zegt, is niet onomstotelijk waar. Het Centraal Planbureau hanteert neoklassieke modellen. Dit is op dit moment de dominante theorie in de economische wetenschap. Maar er is ook een groeiende tegenstroom. De neoklassieke modellen gaan uit van het rationeel handelende individu. In de psychologie noemt men dit een achterhaald negentiende-eeuws mensbeeld. Het grote voordeel als je uitgaat van een rationeel handelende mens is dat je ons gedrag gemakkelijk kunt kwantificeren in modellen. Als je dit mensbeeld loslaat en meer recht wilt doen aan de werkelijkheid, dan is het veel moeilijker om rekenmodellen te maken. Uitgewerkte alternatieven zijn er nog niet. De politiek is in de greep van een achterhaald economisch model.”

In het verleden heb je ook wel eens conflicten gehad met het Centraal Planbureau over de interpretatie van cijfers.

“Soms accepteert het Centraal Planbureau voorstellen om geld te besparen niet, omdat dit volgens hen niet zou kunnen. Bijvoorbeeld besparen op marktwerking in de zorg. Zij geloven hier niet in. Agnes Kant heeft echter concrete voorstellen gedaan hoe je honderden miljoenen euro kunt besparen op de bureaucratie rondom de diagnosebehandelcombinaties (DBC’s). Dat hebben we met het CPB op een andere manier opgelost, waar we allebei mee konden leven. Voor de rest is het ook een beetje het geheim van de smid.

Wat meer concurrentie voor het Centraal Planbureau zou goed zijn. Maar er is geen alternatief. Er is geen ander bureau dat genoeg specialistische kennis in huis heeft om de tegenbegroting en al de effecten daarvan voor de koopkracht, de werkloosheid en de economische ontwikkeling te berekenen. Het CPB werk nauw samen met de regering, maar ik heb ze er nooit op kunnen betrappen dat ze iets deden wat in strijd is met hun onafhankelijkheid. Het is in hun eigen belang om onafhankelijk te zijn. Bovendien zal de SP ook ooit in de regering komen!”

Hebben we met onze tegenbegrotingen ook successen gehaald?

“Direct niet zo veel. Indirect wel degelijk. Het is voor een oppositiepartij heel moeilijk om de kabinetsbegroting te veranderen. Je ziet wel vaak dat voorstellen van ons op de langere termijn worden overgenomen. Bijvoorbeeld ons voorstel om het eigenwoningforfait voor heel dure woningen te verhogen. Dat gaat het kabinet nu eindelijk aanpakken. Het gaat hier om een ingewikkeld financieel verhaal, maar wel om een voorstel dat heel direct de allerhoogste inkomens raakt.”

Ben je niet bang dat door al die doorrekeningen de politieke discussie alleen nog gaat over de cijfers achter de komma, en niet meer over de vraag wat we willen met het onderwijs, de zorg of de politie?

“Dat ligt aan de politici zélf. In essentie is een tegenbegroting politiek. Je maakt hierin politieke keuzes. Coalitiepartijen hebben er belang bij om het debat te technocratiseren tot een miljoentje voor deze partij hier en een miljoentje voor die partij daar. Je ziet de laatste jaren wel dat het belang van de doorrekeningen van het Centraal Planbureau afneemt. Misschien omdat nu bijna iedere partij haar tegenbegroting laat doorrekenen. Een jaar of tien geleden was de macht van het CPB groter.”