Tribune 7/2011 :: Griekenland: een Europese tragedie

Tribune, juli 2011

Ewout Irrgang en Emile Roemer tussen de demonstranten in Athene

Griekenland: een Europese tragedie

tekst: Hans van Heijningen

Emile Roemer, Ewout Irrgang en Hans van Heijningen brachten van 19 tot 21 juni een werkbezoek aan Griekenland om daar met beleidsmakers, volksvertegenwoordigers en gewone mensen te praten over de dramatische financiële crisis. Angst, onzekerheid en woede – heel veel woede – troffen zij aan. Tegen de politiek, tegen de bankiers, tegen al diegenen die de Grieken verantwoordelijk houden voor het feit dat ze zonder werk zitten of niet meer rond kunnen komen.

Boos

De chauffeur van de Nederlandse ambassade durft ons ’s ochtends om 10 uur niet in Athene op te halen uit angst dat zijn auto ­beschadigd wordt. Van onze tolk krijgen we het advies om stropdassen af te doen in de buurt van het parlementsgebouw omdat steeds meer mensen een pesthekel hebben aan beleidsmakers. Een taxichauffeur informeert wie we zijn omdat hij geen functio­narissen van het IMF in zijn auto wil hebben.

Binnenkort is een op de vijf Grieken werkloos, bijna de helft van de jongeren zit zonder werk, lonen en pensioenen zijn het afgelopen jaar met tientallen procenten gekort en behalve het weer ziet de toekomst er waardeloos uit. En verder zijn ze boos op de buitenlandse media en op Duitsers en Nederlanders die Grieken wegzetten als ouzo slurpende nietsnutten die in de zon zitten, op hun vijftigste met pensioen gaan en de Nederlandse belastingbetaler met de rekening opzadelen. Over veel dingen kun je grapjes maken in Griekenland maar niet over het in de verkoop doen van de Akropolis en wat Griekse eilanden. ‘Toen me dat kort geleden overkwam in Amsterdam trok ik wit weg en kreeg ik tranen in mijn ogen’, zegt parlementslid Elena Panaritis.

Net als in Spanje zet de boosheid zich om in protest. Voor het parlementsgebouw bivakkeren permanent honderden jongeren die aan het eind van de middag, begin van de avond steun krijgen van duizenden en soms tienduizenden demonstranten. Een minderheid van hen voelt zich verbonden met linkse partijen en bewegingen, maar een grote meerderheid ( de ‘verontwaardigden’) heeft het helemaal gehad met ‘de politiek’.

Blut

Griekenland heeft de afgelopen jaren te veel geleend en kan die schuld nu niet meer terugbetalen omdat de rente steeds hoger oploopt. Afgelopen jaar heeft de sociaal­democratische Pasok-regering van Papandreou de overheidsuitgaven in een klap met 5 procent teruggebracht. Gepensioneerden gaan er daardoor met honderden euro’s per maand op achteruit. Doordat de btw op voedsel tegelijkertijd van 11 naar 23 procent is verhoogd, zitten veel mensen financieel aan de grond. Door het inzakken van de koopkracht zijn 119.000 kleine zelfstandigen failliet gegaan. De economie krimpt, mensen verliezen hun baan zonder dat er licht aan het eind van de tunnel is. Wie zijn ogen en zijn rekenapparaatje gebruikt komt maar tot een conclusie: Griekenland is failliet. Maar dat mag je van de Europese autoriteiten niet zeggen.

Wat is er aan de hand? De Griekse regeringen (van afwisselend de liberale Nieuwe Democratie en de sociaal-democratische Pasok) hebben jarenlang mooi weer gespeeld en de cijfers – met behulp van de Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs – opgeleukt om toe te kunnen treden tot de eurozone en geld te kunnen lenen op de internationale kapitaalmarkt. Geen probleem zolang de rente laag was, maar dat is sinds de kredietcrisis veranderd en is nu een heel groot probleem. Griekenland heeft meer dan 2,5 keer zoveel schuld als het land volgens EU-afspraken mag hebben en de tekorten op de overheidsbegroting kwamen tot 2009 boven de 15 procent uit. De Europese leiders en de bankwereld trokken aan de bel en kwamen vorig jaar met de oplossing: een hulppakket van 110 miljard euro in ruil voor stevige bezuinigingen en een privatiseringsprogramma dat 50 miljard euro op zou moeten brengen.

Grieken geen blaam?

Wie kan rekenen, komt tot de conclusie dat de Grieken de schuld nooit af kunnen betalen. De vraag wie daarvoor verantwoordelijk is, is een lastige. Succes heeft vele vaders, maar mislukkingen zijn meestal wees. Helder is dat de Griekse elite en de inter­nationale bankiers boter op hun hoofd hebben. En de gewone Grieken? Die hebben regeringen gekozen die er een potje van gemaakt hebben en dat is dom. Verder doet er zich een serie problemen voor die het vinden van een oplossing niet gemakkelijker maken. De zwarte markt is er twee keer zo groot als in Nederland, met belastingen wordt gesjoemeld bij het leven, de bureaucratie is een vloek, en het ambtenaren­apparaat hangt aan elkaar van vriendjespolitiek en corruptie. Die dingen moeten dringend veranderen, daar is iedereen het over eens. Net als over het feit dat de huidige Pasok-regering daar tot nog toe vrijwel niets aan heeft gedaan. En tot slot: verreweg de meeste Grieken zijn net gewone mensen, wat inhoudt dat zij hard werken (meer uren dan wij), mannen op dezelfde leeftijd met pensioen gaan (vrouwen een paar jaar eerder) en aanzienlijk minder te makken hebben dan de Nederlanders.

Een nieuwe creditcard

Griekenland heeft een staatsschuld van 329 miljard euro en dat bedrag zal het komende jaar flink groeien. Om te voor­komen dat het land binnenkort failliet gaat, werken de EU en het IMF aan een tweede hulppakket van 85 miljard euro dat naar verwachting begin juli goedgekeurd gaat worden. ‘Niet verstandig’, volgens SP-leider Emile Roemer, ‘want iemand die in de schulden zit, help je niet door hem een nieuwe creditcard te geven. Die moet naar de schuldhulpverlening, zijn uitgaven beperken en naar vermogen een deel van de schuld terugbetalen.’

Om die schuld zonder herstructurering (een deel kwijtschelden dus) terug te betalen, moet de Griekse overheid veel drastischer bezuinigen dan ze nu doet en bovendien twintig jaar Chinese groeicijfers weten te realiseren. Dat is net zo reëel als het plannen van de volgende Elfstedentocht in Griekenland. Toch hebben Obama, Merkel en Sarkozy bepaald dat het zo moet en dat het zo gaat gebeuren. In het beste geval wordt er op die manier tijd gekocht, gebeurt er een wonder en verdwijnt de angst voor een nieuwe grote crisis in de eurozone als sneeuw voor de zon. In het slechtste geval komt de klap voor de Grieken en de Nederlandse belastingbetaler dubbel zo hard aan. Want het nieuwe steunbedrag van 85 miljard euro zal vooral gebruikt worden om de rente en schuld aan de banken af te lossen, terwijl de oplopende schuld op het conto komt van de Griekse en Europese overheden en dus… de belastingbetaler.

Het foute medicijn

De Amerikaanse en Europese regeringsleiders steken hun kop in het zand omdat zij bang zijn dat een herstructurering van de Griekse schuld tot een kettingreactie kan leiden die Portugal, Ierland en mogelijk Spanje de das om kan doen. Daarmee groeit het risico op een Europese of zelfs op een internationale crisis. De gevoelens van on­zekerheid van onze wereldleiders komen voort uit het feit dat niet zij maar de financiële markten bepalen wat er gebeurt en dat die financiële markten onvoorspelbaar zijn. Dat laatste heeft weer te maken met het feit dat zij ertoe hebben bijgedragen dat de ­wereldeconomie de afgelopen tien­tallen jaren steeds meer op een casino is gaan lijken. Met geld maak je meer geld, onder andere door het inzetten van – wat Ewout Irrgang noemt – financiële massavernietingswapens. Met financiële producten als de ‘credit default swaps’ kun je speculeren op het failliet van de Griekse economie, zonder dat je daar zelf verder belangen hebt. Je kunt het vergelijken met het afsluiten van een brandverzekering op het huis van je buurman, die aan de drugs is, zwaar drinkt en rookt in bed.

Zien onze Griekse gesprekspartners dan niet dat de aanpak van nieuwe leningen, nieuwe schulden en ontbrekende oplossingen tot niets leidt? Misschien wel, misschien niet. Wat opvalt is dat zowel Constantine Padopoulos, de man op Buitenlandse Zaken die over het hulppakket gaat, als Pasok-parlemen­tariër Andres Makrypides, commissie­voorzitter Financiën stug vol­houden dat er geen alternatief bestaat. Vooral de Amerikanen hebben hen dat stevig ingepeperd.

Een mogelijke oplossing

Niemand die wij gesproken hebben, ziet iets in het uit de euro stappen van Griekenland. Linkse vertegenwoordigers als de Syriza-partijleider Alexis Tsipras en de uitgever Vangelis Chorafas benadrukken dat nieuwe leningen de situatie verergeren in plaats van oplossen. Het ‘tijd kopen’-scenario is geen oplossing omdat de rek eruit is bij de gewone Grieken, het land onbestuurbaar dreigt te worden als er geen schuldsanering plaatsvindt, er niet hervormd wordt en de ellende van de crisis niet eerlijk verdeeld wordt. Emile Roemer bij zijn terugkeer op Schiphol: ‘Ik heb niks met een opstelling van “de Grieken zoeken het maar uit.” Maar nog sterker dan voorheen ben ik ervan overtuigd dat we geen miljarden euro’s in een bodemloze put moeten gooien. Het is een aanpak die erop neerkomt dat de Nederlandse belastingbetaler en de gewone Griek een nóg hogere rekening mogen betalen en daar pas ik voor.’

De spanning is voelbaar: het straatbeeld in Griekenland wordt gedomineerd door agenten en militairen

Economen: laat ook banken crisis betalen

Ewout Irrgang en Alfred Kleinknecht

Niet alleen de belastingbetaler moet opdraaien voor de Europese schuldencrisis. Daarover waren economen Harald Benink en Alfred Kleinknecht het roerend eens tijdens de SP-discussieavond in een tot de rand toe gevulde zaal in het Haagse café Dudok in Den Haag. SP-Kamerlid Ewout Irrgang leidde de avond en zorgde ervoor dat iedereen de soms technische discussie begreep.

De avond werd ingeleid door Emile Roemer, die net terug was uit Griekenland. Er waren intermezzo’s van econome en publiciste Heleen Mees (‘de kunstmatig lage rente heeft deze landen in de problemen gebracht’) en van SP-europarlementariër Dennis de Jong die in een ‘oorlogsverklaring aan de financiële lobby in Brussel’ de oprichting van ‘Finance Watch’ aankondigde, een organisatie die met eigen onderzoek tegenwicht moet bieden aan het gelobby van de financiële wereld.

Hoofdmoot van de avond waren hoogleraren Harald Benink (universiteit van Tilburg) en Alfred Kleinknecht (TU Delft). Zij gingen in discussie met elkaar en de mensen in de zaal. Volgens Benink blijven Europese regeringsleiders geld naar Griekenland brengen vanwege de angst prestige te verliezen: ‘Als we binnen tien jaar na de invoering van de euro al een failliet land hebben, is dat slecht voor het prestige van de mensen die het opgezet hebben.’ Volgens Kleinknecht is er echt maar één oplossing voor de schuldencrisis: saneren. Dat betekent dat de banken een deel van het aan Griekenland geleende geld niet terugkrijgen. Benink voegt eraan toe dat het ook eerlijker is als de banken een deel van het verlies nemen: ‘Zij hebben te risicovol belegd, dus dan moeten ze ook op de blaren zitten.’