publicatie

Tribune 4/2010 :: Bob Ruers en Tinka de Bruin: “Asbest eist meer slachtoffers dan het verkeer”

Tribune, april 2010

Interview

Bob Ruers en Tinka de Bruin

“Asbest eist meer slachtoffers dan het verkeer”

Al heel wat jaren timmeren ze met het Comité Asbestslachtoffers aan de weg en wisten ze menig doorbraak te forceren. Voorzitter Tinka de Bruin en advocaat mr. Bob Ruers bestrijden woede en verdriet met gedrevenheid en optimisme, en niet alleen in Nederland. “Toen ze vroegen of we wilden opstappen, wisten we zeker dat we moesten blijven.”

Tekst Rob Janssen Foto’s Rob Voss

De Bruin: “Mijn vader is in 1999 overleden. Aan mesothelioom: asbestkanker. Ik weet nog goed dat we bij hem op bezoek waren in het ziekenhuis en dat hij zei: ‘Mijn hele leven heb ik in de staatsloterij gespeeld en nooit gewonnen. Maar dit lot treft mij wel.’ Ik heb een tijdje gedacht dat de kans dat je die ziekte krijgt inderdaad even groot is als de kans dat je de loterij wint. Maar toen ik me erin begon te verdiepen, ontdekte ik dat de kans vele malen groter is dat je mesothelioom krijgt dan dat je de staatsloterij wint. Dat kon ik niet zomaar accepteren, ik vond dat er iets moest gebeuren. En toen bleek er een Comité Asbestslachtoffers te bestaan. Sinds 1999 ben ik daarin actief.”

Ruers: “Twaalf jaar geleden overleed Marino Grotenhuis, hij was 32 jaar. Zijn vader had in de jaren zestig en zeventig een jaar of drie bij asbestfabriek Eternit gewerkt en ging altijd in zijn bedrijfsoverall naar huis toe. De kleine, vijfjarige Marino kroop bij z’n vader op schoot en 25 jaar later kreeg hij mesothelioom. Een jaar later was hij dood. Hij stond op het punt om te trouwen. Diep- en dieptriest, ik heb het er emotioneel erg moeilijk mee gehad. En let wel: er is geen beroepsziekte in Nederland die zo fataal, omvangrijk en ingrijpend is en bovendien zo veel slachtoffers maakt als deze. Tot nu toe spreken we over zesduizend dodelijke slachtoffers, daar moet je de longkankerslachtoffers die door een asbestziekte zijn overleden eigenlijk nog bijtellen. Hetzelfde aantal nog eens erbij dus. Maar als je naar mesothelioom alleen kijkt, dan krijgen we de komende 25 jaar te maken met zo’n tien- tot vijftienduizend dodelijke slachtoffers. Er gaan momenteel meer mensen dood aan asbest dan in het verkeer. Die mensen zijn de dupe van een zeer onrechtvaardig systeem en hebben heel veel moeite om een beetje recht te halen.”

Wat is er zo onrechtvaardig aan ‘het systeem’?

Ruers: “Het feit dat asbest gebruikt is, dat mensen eraan blootgesteld zijn, dat ze ziek worden en met lege handen achterblijven: dát is zeer onrechtvaardig. Want bedrijven wisten donders goed dat asbest levensgevaarlijk was en is. En toch zijn ze ermee doorgegaan. En als de mensen vervolgens ziek worden, laten ze hen in de kou staan. Kijk, als het gaat om een stof waarvan niemand weet dat die gevaarlijk is, dan zeg je gewoon: pech gehad, kan gebeuren. Als er een fietser overlijdt doordat er een tak van een boom valt: domme pech. Maar bij asbest gaat het om ziektes die veroorzaakt zijn door een stof die in de productie gebruikt is terwijl men al honderd jaar geleden wist dat het gevaarlijk was. Een wereldkartel van asbestproducenten heeft tientallen jaren lang een vertragings- en uitwijkgedrag aan de dag gelegd dat erop gericht was dat de productie moest doorgaan en de winsten op peil moesten blijven. En dat hebben ze op alle mogelijke manieren voor elkaar gekregen. En wat zie je in Nederland; toen in 1993 het gebruik van nieuw asbest werd verboden? De wetgever maakte een blunder en laat veel werkgevers wegkomen met verjaring.”

Leg eens uit?

Ruers: “Eigenlijk was eind vorige eeuw iedereen het erover eens dat er iets moest gebeuren aan de verjaringstermijn van dertig jaar. Want het was gekkenwerk: op het moment dat je ziek wordt, is het al verjaard. De tijd tussen blootstelling en ziekte kan wel zestig jaar bedragen! Op die manier heeft een asbestslachtoffer vrijwel nooit de kans om naar de rechter te gaan. Nou, in 2003 werd de Wet Verjaring Personenschade van kracht, maar niét met terugwerkende kracht! De nieuwe wet was alleen van toepassing op mensen die na 2003 zijn blootgesteld. Dus 99 procent van de slachtoffers viel buiten de boot. Ik zat toen namens de SP in de Eerste Kamer en samen met Jan de Wit, die in de Tweede Kamer zat, hebben we alles op alles gezet om de nieuwe wet om te buigen. Ik herinner me dat minister Donner op een openhartig moment erkende dat er in 1997 binnenskamers afspraken waren gemaakt tussen werkgevers en de regering. Want we waren bezig om het Instituut Asbestslachtoffers (waarin onder meer overheid, werkgevers, verzekeraars en het Comité Asbestslachtoffers zich inzetten voor slachtoffers van asbestziekten –red.) op te richten en de werkgevers en verzekeraars zijn toen naar het ministerie gegaan en hebben gezegd dat ze alleen meewerkten aan de oprichting van het Instituut als de nieuwe wet geen terugwerkende kracht zou krijgen. Op die manier konden ze ongeveer de helft van de schadevergoedingen in hun zak steken en miljoenen per jaar verdienen. Nou, dan kom je als schuldige, veroorzakende partij toch goed weg. Dat komt puur door de politieke macht die de werkgevers en verzekeraars hebben.”

De Bruin: “De slachtoffers blijven dus achter met 17 duizend euro vergoeding van de overheid. Uit de belastingpot dus. We hebben uitgerekend dat de industrie maar aan een kwart van de rond vijfhonderd jaarlijkse mesothelioomslachtoffers schadevergoeding betaalt. Het feit dat slachtoffers alleen een overheidsregeling krijgen is schandalig. Er zijn partijen die hiervoor aansprakelijk te stellen zijn, namelijk bedrijven die mensen met asbest hebben laten werken en producenten die asbestproducten op de markt hebben gebracht. En die gaan nu gewoon vrijuit.”

Wat doen jullie daaraan?

Ruers: “Ik procedeer bijna permanent, op alle fronten, voor slachtoffers die met verjaring te maken hebben. Zojuist werd ik nog gebeld door een 69-jarige meneer die tussen 1956 en 1967 aan asbest blootgesteld werd. Hij heeft op een scheepswerf van Wilton Feyenoord gewerkt en bij hem is twee jaar geleden mesothelioom vastgesteld. Het Instituut Asbestslachtoffers heeft tegen die man gezegd: ‘Sorry, Wilton Feyenoord is aansprakelijk gesteld maar beroept zich op de verjaring. U hebt 17 duizend euro van de staat gehad, ga maar naar huis.’ En ze hebben hem geen advies gegeven om nog verder te gaan. Heel slecht is dat. Ik voer dus veel procedures. Maar er moet ook een politieke verandering komen. Onder andere om die verjaringstermijn van tafel te krijgen.”

Over dat Instituut Asbestslachtoffers; daar hebben jullie pas geleden nog mee in de clinch gelegen. Waarom?

De Bruin: “Wij vinden dat het Instituut zijn werk niet goed doet, waardoor te veel slachtoffers worden afgescheept met die voorschotregeling van de overheid. Als het Instituut zijn werk beter zou doen of z’n beperkingen zou kennen en de mensen zou doorsturen naar deskundigen, naar ons bijvoorbeeld, dan zijn de mensen veel beter af. Wij hebben bij het Instituut herhaaldelijk aangekaart dat de resultaten onvoldoende zijn. Uit cijfers bleek namelijk dat zestig procent van de slachtoffers alleen het voorschot van 17 duizend euro van de overheid krijgt. Slechts veertig procent van de mensen krijgt schadevergoeding, dus na bemiddeling door het Instituut. Wij hebben steeds gezegd: dan moet je iedereen die bij jullie niet meer dan het voorschot krijgt naar een advocaat sturen. Met onze know-how en juridische kennis halen wij er veel meer uit. Maar ja; de zwaarste partijen in het Instituut zijn de verzekeraars en de werkgevers....”

Ruers: “Tijdens de laatste vergadering van de raad van toezicht, waar ik namens Comité Asbestslachtoffers in zit, was het oorlog. Ze wilden ons kwijt en hebben me drie keer gevraagd of ik wilde opstappen. Toen wist ik zeker dat we erin moesten blijven.”

De Bruin: En waarom? Omdat onze cijfers klopten en we die naar buiten brachten! Stel je voor: ze vragen de vertegenwoordiger van de slachtoffers om zich terug te trekken!”

Jullie zijn net terug uit Turijn, Italië. Wat hebben jullie daar gedaan?

Ruers: “Er is een groot proces gaande van asbestslachtoffers van Eternit in Italië. De Eternit-fabriek in Casale Monferrato, niet ver van Turijn, is in 1986 gesloten en er zijn honderden, misschien wel duizenden slachtoffers die tijdens hun werk zijn blootgesteld aan asbest. Kijk, in al die Eternit-fabrieken over de hele wereld zie je hetzelfde: dezelfde werkwijze, dezelfde blootstelling, dezelfde ellende onder slachtoffers. De mensen in Italië hebben iets voor elkaar gekregen wat in Nederland nooit is gelukt: namelijk dat er strafrechtelijke vervolging is ingesteld. In Nederland kan dat niet, vanwege de verjaring, maar in Italië wel. De rechtszaak leeft daar enorm, de hele omgeving, hele dorpen doen mee, de provinciale overheid ook; iedereen staat er achter. Het bijzondere is, dat de officier van justitie de topmannen van het Eternit-concern heeft gedagvaard in een strafzaak. Zij zijn de verdachten. En dan blijkt het in het Italiaanse strafrecht ook nog zo te zijn dat je je als civiele partij kunt voegen in zo’n strafzaak en dat hebben de mensen massaal gedaan. Er zijn zesduizend civiele eisers: familieleden, slachtoffers en hun nabestaanden.”

De Bruin: “Wij zijn erheen gegaan omdat de slachtofferorganisatie daar heeft gevraagd om internationale ondersteuning. En omdat wij erg veel ervaring hebben met Eternit in Nederland; ten opzichte van andere landen hebben wij een voorsprong als het gaat om schadevergoeding. Dus hebben wij gezegd: we moeten internationale solidariteit laten zien, we gaan ernaar toe.”

Ruers: “Zo was was er onlangs ook een conferentie van asbestslachtoffers uit de hele wereld. Vanuit hun positie in hun land vertelden ze hoe zij ervoor stonden, wat ze tegenkwamen en hoe ze het hebben aangepakt. Echt een praktische vorm van internationale solidariteit, waaraan we zeker iets hebben kunnen bijdragen. Bijvoorbeeld in de vorm van het boek ‘Het asbestdrama: Eternit en de gevolgen van honderd jaar asbestcement’ dat ik samen met Nico Schouten van het Wetenschappelijk Bureau van de SP heb geschreven. Dat boek hebben we in het Engels laten vertalen en dat is heel goed gevallen in het buitenland. Plus dat er zojuist een zeer belangrijke uitspraak is geweest in de

zaak-Langezaal. Die gaat over een man die lang geleden in zijn werk aan asbest was blootgesteld. Die baas bestond niet meer dus die konden we niet meer aanspreken. Toen hebben we Eternit als producent aangesproken en die zaak hebben we gewonnen. Echt een doorbraak. Het vonnis hebben we ook laten vertalen en op die conferentie toegelicht. Ook dat werd zeer goed ontvangen.”

Dus ik begrijp dat jullie aan de winnende hand zijn?

Ruers: “Ja en nee. Het is niet eenduidig. Opvallend genoeg zijn we bij Eternit, onze grootste tegenstander, het verst. Daar hebben we tot nu toe eigenlijk alles gewonnen. Kijk, wij verdelen de slachtoffers in vier categorieën. Ten eerste de werknemers die blootgesteld zijn en ziek worden. Als tweede de huisgenoten, die er via de kleding mee in aanraking zijn gekomen. Dan als derde de milieuslachtoffers: bijvoorbeeld mensen die Eternit-afval als plaveisel op het erf hebben liggen. En tot slot hebben we de consumenten, de particulieren; mensen die gewoon thuis asbestplaten van Eternit vertimmeren.

En tot nu hebben we in alle vier de

categorieën gewonnen bij de rechter en hebben we een heel grote groep slachtoffers kunnen helpen. Maar dat geldt lang niet voor alle andere slachtoffers. De verjaringsproblematiek speelt ons parten. Daar hebben we bij Eternit eigenlijk weinig last van gehad.”

Wat hebben jullie voor de toekomst nog allemaal in petto?

Ruers: “Eind dit jaar wil ik gaan promoveren op het thema asbest. Met mijn proefschrift wil ik er de aanzet toe geven dat de verjaringstermijn van dertig jaar wordt geschrapt. Daartoe wil ik de hele asbestgeschiedenis gaan evalueren; feiten boven tafel krijgen om aan te tonen dat de verjaring een groot maatschappelijk onfatsoen is. Kijk, momenteel halen we bij de rechter zeker een en ander binnen; we komen vooruit. Maar het is natuurlijk belachelijk dat een slachtoffer door die verjaring naar de rechter moet. In mijn ogen heeft het slachtoffer recht op steun, op compensatie voor zover dat kan. Want je moet wel altijd bedenken dat elke juridische procedure en elke schadevergoeding tekortschiet. Mensen zeggen weleens met enige ironie tegen mij: ‘U mag het geld houden als u me weer gezond maakt.’ Bovendien zijn er mensen die niet durven procederen vanwege het financiële risico. Dan haken ze af en krijgen ze niks. Een grote misstand in onze samenleving is het.”

De Bruin: “Zolang asbest nog overal aanwezig is, zullen er ook slachtoffers bijkomen; ieder jaar weer. En het ís overal aanwezig: in allerlei openbare gebouwen, in scholen, in theaters, maar ook in de agrarische sector, waar heel veel asbest verwerkt is in bijvoorbeeld daken van stallen, noem maar op. Neem nou de V&D in Hoorn, waar vorig jaar bij de verbouwing van het filaal asbest werd geconstateerd. Daar zijn mensen dus langdurig aan asbest blootgesteld, asbest dat afkomstig was uit plafondplaten. Wij hebben toen een oproep in de krant geplaatst waarin we werknemers opriepen om zich te melden. Zo van: wij willen alles weten over jullie werksomstandigheden en of jullie bekend waren met de risico’s. Daar kregen we de nodige reacties op en we kregen het beeld dat de werknemers wel gewaarschuwd zijn, maar dat er vervolgens niets aan die plafondplaten gebeurde. Dan denk je: wat gaat daar mis? Ik ben toen verder gaan speuren en kwam een presentatie tegen van een directeur van Vroom en Dreesman die zegt: ‘We willen er wel wat aan doen, maar de regelgeving is zo onduidelijk.’ Tsja... Maar goed, het gevolg is dat we binnenkort in gesprek gaan met de directie van V&D. Ook wij zijn niet blij dat het bedrijf op deze manier in de publiciteit kwam, maar het geeft ons in ieder geval een ingang om aan te geven: bedrijven, neem je maatschappelijke verantwoording. Ik wil maar zeggen: inventariseren en samenwerken is de enige manier waarop je van dit probleem af kunt komen en het aantal slachtoffers op termijn een halt toe kunt roepen.”

Ruers: “Kortom: mensen moeten zich altijd melden bij het Comité Asbestslachtoffers als er problemen zijn met asbest. Zowel de slachtoffers als de mensen die gevaar lopen.”

Voor meer info:

www.comiteasbestslachtoffers.nl