Tribune 06/2007 :: De schande van Genua

Tribune, juni 2007

Genua

Radiomaakster Yvonne Scholten schokt met ‘Het vergeten proces’

De schande van Genua

Genua 2001, na de G8-top. Vreedzame demonstranten in hun slaapzak en journalisten die hun werk doen worden overvallen. Mensen worden in elkaar geslagen, ribben gebroken, handen verbrijzeld. Sommigen raken in coma. De media schonken geen aandacht aan het optreden van de Italiaanse politie, zonder Yvonne Scholten was ook de rechtszaak aan Nederland voorbij gegaan. Voor haar radioverslag Genua – het vergeten proces (VPRO) ontving Scholten in april 2007 een eervolle vermelding: de Tegel voor Kwaliteitsjournalistiek.

Tekst Dineke de Zwaan Foto Genua Hollandse Hoogte/Contrasto/Transworld Foto Yvonne Scholten Suzanne van de Kerk

“Als je het hebt over de G8-top in Genua 2001, weet iedereen wel dat er een 23-jarige jongen is doodgeschoten en dat er gemat werd”, zegt Yvonne Scholten. De freelance-radioverslaggeefster en voormalig Italië-correspondente maakte een aangrijpend radioverslag van de rechtsgang. “Veel mensen denken: die jongens en meisjes waren ook geen lieverdjes. Om eerlijk te zijn, dat beeld had ik ook. Totdat ik in 2006, vijf jaar na dato, op internet tegen een artikel over het proces tegen 29 hoge politiefunctionarissen aanliep. Ze zijn in staat van beschuldiging gesteld vanwege zware geweldpleging, machtsmisbruik en het vervalsen van bewijzen.” Na afloop van de G8-top, op 21 juli 2001, vielen zo’n 200 politieagenten de Diaz-school binnen, door de gemeente Genua gereserveerd als slaapplaats voor demonstranten. Ze mishandelden de demonstranten op brute wijze. Er vielen 92 gewonden, waaronder enkele zeer ernstig: sommigen belandden in het ziekenhuis met een schedelbasisfractuur of in coma. Scholten: “Ook las ik over martelingen van demonstranten die uit de school waren overgebracht naar de Bolzaneto-kazerne. Ze werden door bewakers gedwongen fascistische kreten te roepen, zoals ‘Viva il Duce’ of ‘Joden aan het gas’. Ik dacht: dit kan niet! Je houdt het toch niet voor mogelijk dat zoiets in de Europese Unie gebeurt. Ik besloot me in het onderwerp vast te bijten.”

De zoon van een vakbondssecretaris werd doodgeschoten en overreden door een politiejeep

Anders dan in Heiligendamm, waar de top plaatsvond in een sjiek en rustiek Grand Hotel aan de Oostzeekust, werd de top in Genua midden in het stadscentrum gehouden. Stalen hekken en 18.000 politiemensen en carabinieri moesten de nauwe straatjes van de binnenstad ‘onneembaar’ maken, wat zo’n 40.000 inwoners het ergste deed vrezen. Ze ontvluchtten de stad. Gelijk hadden ze: op foto’s is duidelijk te zien hoe de 23-jarige Carlo Giuliani, zoon van een vakbondssecretaris, werd doodgeschoten en vervolgens overreden door een politiejeep. Dit slachtoffer haalde het nieuws, veel andere gewelddadige voorvallen niet. Demonstranten werden bijvoorbeeld opgepakt in een huis waar ze bescherming zochten tegen het angstaanjagende politieoptreden op straat, gemarteld en dagenlang zonder aanklacht opgesloten. Ze kregen geen juridische bijstand en werden onder druk gezet een verklaring te ondertekenen dat ze ‘goed behandeld’ waren; anders kwamen ze de gevangenis niet uit. Vijfhonderdzestig demonstranten zouden in het ziekenhuis zijn opgenomen.

Scholtens radioverslag concentreert zich op de slachtoffers in de scholen. Genua had in een buitenwijk twee scholen beschikbaar gesteld voor demonstranten en pers, ver buiten de ‘rode zone’ waar de G8-top werd gehouden. In de ene school zouden ze kunnen overnachten, in de tweede school werd het mediacentrum geïnstalleerd. Vlak voor middernacht, nota bene na het einde van de G8-top, viel een politiemacht van 200 personen de Diaz-school binnen en knuppelde zestig van de negentig aanwezigen neer. Handen werden verbrijzeld. Mensen raakten in coma. Ze werden van de trap gegooid en door groepjes agenten in elkaar geslagen. “In alle talen van de wereld hoorde je mensen om hun moeder roepen”, getuigt een 63-jarige Italiaanse demonstrant, die door het politiegeweld in de Diaz-school een half jaar in een rolstoel belandde. In het tegenoverliggende mediacentrum in de Pascoli-school werden ondertussen computers stuk geslagen. BBC-journalist Bill Hayton, die verslag wilde doen van het bloedbad bij de Diazschool, werd dertig seconden voor uitzending de telefoon uit handen gerukt. Hij en de overige aanwezigen in het mediacentrum werden gedwongen met de handen in de nek een half uur tegen de muur te staan. In allerijl gewaarschuwde Europarlementariërs, journalisten en advocaten die vanachter een politieafzetting tien meter boven hun hoofd helikopters zagen cirkelen, beschreven de angstaanjagende politieactie als een oorlogssituatie: “Chili onder Pinochet, daar leek het op.”

“Italië is procesmoe. Veel Italianen denken inmiddels: nou ja, het zal wel”

Hoe bestaat het dat kranten, bladen, radio en tv hier nauwelijks over hebben bericht? Scholten: “Weet je dat ik me dat ook afvroeg? Hoe komt het dat er geen belangstelling is van de Nederlandse pers als mensenrechten in Europa op zo’n brute wijze geschonden worden? Laat ik vooropstellen dat het comité Verità-Giustizia (‘Waarheid en Gerechtigheid’) wanhopig probeert dit proces onder de aandacht te brengen. Het comité vraagt Europarlementariërs en journalisten om een paar dagen bij het proces aanwezig te zijn, maar dat valt allesbehalve mee. Europarlementariërs kunnen weinig doen, omdat de zaak nog onder de rechter is. Zolang dat het geval is, heeft de pers evenmin iets te melden. Het is idioot ingewikkelde materie. Ik neem het collega’s niet kwalijk dat ze daar geen tijd voor kunnen vrijmaken. Dat kon ik ook alleen maar omdat ik gepensioneerd ben.”

Ook in de Italiaanse pers verschijnt echter nauwelijks nieuws over het lopende proces tegen de verantwoordelijk geachte hogere politiefunctionarissen. Scholten: “Italië is procesmoe. Na de actie Schone Handen is er ontzettend veel naar boven gekomen over fraude en steekpenningen. De gemiddelde Italiaan heeft inmiddels zoiets van: nou ja, het zal wel.” In andere buitenlandse kranten is er ook niet over gepubliceerd, behalve in de Britse pers, omdat BBC-journalist Bill Hayton het werken onmogelijk werd gemaakt tijdens de politie-inval. “Maar in de Britse sensatiepers werd de zwaar mishandelde en volkomen onschuldige fotograaf en journalist Marc Covell, terwijl hij in het ziekenhuis in coma lag, afgeschilderd als terrorist.” Covell werkte voor Indymedia, een onafhankelijk netwerk van nieuwssites. Kennelijk was dat voor collega’s van de sensatiepers voldoende om hem in het verdachtenbankje te plaatsen.

Voor haar reportage spitte Scholten een duizend pagina’s tellend dossier door, waarin zo’n honderd getuigenissen van slachtoffers en getuigen zijn vastgelegd. Scholten: “Ik heb dus veel gehad aan de officier van justitie, Zucca, die vijf jaar aan het vooronderzoek heeft gewerkt. Heel dapper, want hij is daardoor binnen het ministerie volstrekt geïsoleerd geraakt en naar nieuw werk kan hij fluiten.” De Italiaanse vrijwilligersorganisatie Sociaal Forum, die in de rechtszaal geluidsopnames mocht maken en voor juridische bijstand van de demonstranten zorgt, gaf Scholten veertig uur geluidsmateriaal van de rechtszaak. “Daar heb ik voor mijn radioverslag van 31 minuten uiteindelijk drie minuten met fragmenten uit gekozen.”

“Ik had acht gebroken ribben, een vernielde long, twee gebroken botten en ik verloor tien tanden”

Het eerste slachtoffer dat we horen is Marc Covell, die al twee dagen onafgebroken in het perscentrum aan het werk was en dus zelfs niet aanwezig kón zijn geweest op de plek waar zich eerder rellen afspeelden. Hij vertelt: “Het was tien voor twaalf, vierenhalf uur nadat de demonstratie was afgelopen. Ik had informatie bewerkt en foto’s gedownload. Ik stond buiten met een paar vrienden een sigaretje te roken, toen een van de Italianen riep dat er een politie-inval was. Samen met een vriend besloot ik terug te gaan naar het mediacentrum om een bericht te maken. Toen ik de weg overstak, kwam er een mobiele eenheid van zo’n 250 man op me af. Ik riep ‘pers, pers’, toen de eerste acht me te grazen namen. Ze trapten me in mijn rug en gebruikten me als voetbal. Ik had acht gebroken ribben en een van mijn longen is vernield; niet doorboord maar echt vernield! In mijn linkerhand waren twee botten gebroken en mijn ruggengraat was gedraaid. Terwijl ik op de grond lag, kwamen er nog meer agenten. Eén sloeg me met een wapenstok op mijn hoofd, een andere trapte me in mijn gezicht, waardoor ik tien tanden verloor.” Daarna verloor hij het bewustzijn en uiteindelijk werd hij in kritieke toestand in een Italiaans ziekenhuis opgenomen, waar hij 25 uur in coma lag. Toen hij bij bewustzijn kwam, bleek hij te worden bewaakt: “Alsof ik een gevaarlijke misdadiger was.” Na twaalf dagen is hij overgebracht naar Londen, waar hij verder werd behandeld. “Ik heb nog steeds nachtmerries”, vertelt hij.

Collega Bill Hayton, de BBC-journalist wiens telefoon in hetzelfde mediacentrum werd weggegrist omdat hij melding wilde maken van de bloedplassen die hij in de Diaz-school had gezien, getuigt dat Covell zelfs niet in de buurt is geweest van de rellen in het centrum van Genua, en beslist niet behoorde tot de relschoppers waar de politie het kennelijk op had voorzien.

Al in 2008 zal de zaak verjaard zijn

Een Duitse activiste beschrijft hoe ze dacht dat haar laatste uur had geslagen. Nadat ze zag hoe volstrekt weerloze demonstranten in slaapzakken in elkaar werden geslagen, verstopte ze zich in een bezemkast. Ze werd ontdekt, aan haar haren uit de kast gesleurd en keer op keer tegen een muur met kapstok haken gedrukt. Ze vreesde dat ze gespietst zou worden. Daarna werd ze van de trap gegooid en kwam ze op een berg andere demonstranten terecht, waarvan ze niet wist of die nog leefden. Ze hield zich dood en gilde pas weer toen de politie haar in een zak probeerde te stoppen.

Over de bodybags waarin de politie gewonde demonstranten probeerde af te voeren, getuigen ook andere demonstranten. Het was voor officier van Justitie Zucca ‘slechts’ een detail. Belangrijker was bijvoorbeeld het achteraf door de politie gefabriceerde bewijsmateriaal. Zo bleek de bewering onwaar dat demonstranten in de school onder meer molotovcocktails bezaten, die waren elders buitgemaakt. Zo was ook de ‘aanslag’ op een politieofficier (bedreiging met een mes) door de politie zelf in elkaar gezet.

In Scholtens reportage horen we hoe advocaten van de politie er alles aan gelegen is om de procesgang te vertragen, zodat strafvervolging straks onmogelijk is. Volgens nieuwe wetten van Berlusconi zal de zaak in 2008 verjaard zijn. De Italiaanse media hoor je daar niet over. “Niet zo vreemd,” aldus Scholten: “veertig procent is in handen van Berlusconi.”


Bevrijdingsdag in Utrecht

Op 5 mei jl. werden in Utrecht ruim honderd fietsers gearresteerd, die deelnamen aan een fietskaravaan tegen de G8-top in Duitsland. Formele aanleiding voor de arrestatie: ze reden niet op het fietspad! Een politiebus reed de fietsers klem, waarna ze werden opgewacht door aanstormende politie te paard, bussen ME’ers en agenten in burger. Iedereen werd gearresteerd en met klaarstaande stadsbussen afgevoerd naar het gerechtsgebouw. Mensen die een identiteitsbewijs overlegden werden desalniettemin langer dan zes uur vast gehouden, zelfs kinderen van 14 jaar en jonger. Ze zaten met 25 mensen in een cel van vier bij vier, zonder eten of drinken, zonder te mogen bellen of naar het toilet te kunnen. Ondertussen werden de fietssloten doorgezaagd en hun fietsen op een vrachtwagen gesmeten. De media toonden opvallend weinig belangstelling. Zelfs niet toen een aantal van hen een ‘Duitsland-verbod’ kreeg. Het radioverslag ‘Genua – het vergeten proces’ is terug te vinden op de site van de Ochtenden

Inhoud