SP Tribune 06/2005: Interview met Nikita Shahbazi

Tribune 10 juni 2005

Nikita Shahbazi Ze komt uit Iran en haar zojuist uitgekomen boek heet ‘Aardappeleters en allochtonen’. Integratie, multiculturele samenleving, hoofddoekjes; wat Nikita Shahbazi (29) als jonge allochtone vrouw allemaal zag en zelf meemaakte in Nederland tekende ze met scherpe en humoristische pen op. Het resultaat is een opzienbarend boek waarin ze zowel allochtonen als autochtonen een spiegel voorhoudt en blijk geeft van een brede visie op integratie.

Tekst Rob Janssen

Foto's Suzanne van de Kerk

‘Het tolerante Nederlandse beleid heeft geleid tot het buitensluiten van grote groepen mensen’

‘Op de zwarte school waar ik zat, was er een docente naar wie gewoon niet geluisterd werd. Omdat ze een vrouw was. Ze werd voor hoer uitgescholden door allochtone leerlingen. We accepteren je niet, werd haar domweg gezegd. Klaar uit. Maar in plaats van die leerlingen uit te leggen, dat zulk gedrag niet door de beugel kan en dat ze zich maar moeten aanpassen, gebeurde er iets anders. De docente werd vervangen en er kwam een mannelijke leraar voor de klas te staan. Geloof me; ik kom uit Iran en ik weet zeker dat heel veel mensen daar zoiets niet zouden pikken.’

In je boek schrijf je anders het volgende: ‘Ik heb respect voor iedere religie. Ik zie geen enkel verschil tussen hen’…

‘Ja, maar in mijn ogen hebben gedragingen of ideeën zoals op die school niets met religie te maken hebben. Oorzaak voor zulke excessen zijn socio-culturele en economische problemen. En niet religie. Religie is hier de rechtvaardiging van het gedrag en niet de bron daarvan.’

Je boek heet ‘Aardappeleters en allochtonen’. Vanwaar die titel?

‘Gebleken is, dat 52 procent van de Nederlanders het liefste aardappels wil bij een gerecht. Ik wilde gewoon een grappige titel hebben met een knipoog naar de inburgeringcursussen.’

Ja, maar waarom dan niet ‘Aardappeleters en rijstpikkers’ of ‘Aardappeleters en spaghettivreters’? Dat is toch ook grappig?

‘Niet alle allochtonen zijn rijsteters of koeskoeseters. Het verzinnen van een titel was dus best moeilijk. Maar de meeste Nederlanders eten nou eenmaal aardappels. En het woord allochtonen heeft al een negatieve bijklank. Allochtonen worden immers voortdurend met negatieve dingen geassocieerd. Ik dacht: laat ik de bal eens terugkaatsen.’

Over het integratiebeleid schrijf je, dat inburgering ‘het enige middel is dat ingezet wordt’. Je noemt dat een illusie. Waarom?

‘Omdat ik heel veel mensen ken, die goed Nederlands spreken, maar zich toch afzetten tegen de Nederlandse regels, waarden en normen, grondwet en samenleving. Als je ziet in wat voor een gespannen klimaat die mensen wonen en in wat voor omgeving hun kinderen opgroeien, dan snap je dat zo’n inburgeringcursus weinig helpt om ervoor te zorgen dat ze zich opgenomen voelen door de samenleving. De zwarte wijken en zwarte scholen die op dit moment in Nederland te vinden zijn, zijn gewoon broeinesten van orthodox-tr ad itionele ideeën.

Ik als allochtone vrouw zou het niet durven om in Osdorp of Amsterdam-West te gaan wonen. De gedragregels die daar gelden, zijn gedragregels uit Turks Anatolië of het Rif-gebergte in Marokko, niet de Nederlandse waarden en normen. Mensen die in zulke wijken wonen, zijn in hun eigen groep gekeerd en versterken elkaars negatieve houding en r ad icale ideeën over van de Nederlandse cultuur en de samenleving. En van iemand die daar opgroeit, zo’n Mohammed B bijvoorbeeld, kun je echt niet verwachten dat die hij zijn weg in de Nederlandse samenleving vindt en zich hier opgenomen voelt.’

Moet je dan maar stoppen met die inburgeringcursussen?

‘Niet met het leren van de Nederlandse taal. Maar verder: geef allochtonen die net in Europa komen ándere informatie en ándere dingen om hun draai te vinden. Informatie bijvoorbeeld die het gemakkelijker maakt om een baan te kunnen vinden. Want hoe dan ook: werk is een belangrijk aspect van de integratie. Voor de rest vind ik dat er wel een beetje gediscrimineerd wordt bij die cursussen. Er zijn veel hoogopgeleide Turkse vrouwen die echt willen integreren en toch naar de cursus moeten. Maar een vrouw uit een tr ad itioneel milieu op Sicilië die nooit gewerkt heeft en niet geëmancipeerd is, hoeft de cursus niet te doen.’

Wat is jouw concept voor integratie dan?

‘Er zou veel meer aandacht moeten zijn voor de ervaring en opleiding van nieuwkomers. Zorg dat mensen die naar Nederland komen geëmancipeerd zijn en grotere kansen hebben om hier hun draai te vinden. Help ze met het vinden van een baan of het leren van een taal. Voor degenen die al langer hier wonen is het van belang dat de zwarte scholen en zwarte wijken verdwijnen ten gunste van gemengde. Ook moet er aandacht komen voor hun werkgelegenheid. Schilder moslimvrouwen niet af als zielenpietjes die niets kunnen ondernemen. Daardoor worden ze alleen maar verder gestigmatiseerd. Maak er nou eens werk van, dat die mensen meer betrokken worden bij de Nederlandse samenleving. Zodat ze niet constant in een hokje gedreven worden. Zodat ze niet in een zwarte wijk of zwarte school gedumpt worden, en dus vaak pas op hun 18de of 19de met Nederlanders in contact komen.’

Is integratie in Nederland in jouw optiek nog wel te redden?

‘Als de overheid nu de goede stappen neemt die opname van allochtonen bevorderen, dan valt het uiteindelijk te redden, denk ik. Maar helaas zijn de huidige maatregelen er vaak op gericht om de instroom van allochtonen in te perken. Er wordt geen aandacht gegeven aan opname van immigranten, emancipatie van vrouwen, hun kansen op de arbeidsmarkt, etcetera. Gezien de maatregelen die genomen worden komt het met de integratie echt niet goed. Ik schreef mijn boek, omdat het integratiedebat totaal de verkeerde kant op gaat. Je hebt met botsing van culturen te maken. Op straat zelfs. Mensen noemen Amsterdam een tolerante st ad , omdat er een Marokkaanse groenteboer en een Turkse bakker zit. Maar wat zie je? Er bestaan grote vijandigheden tegenover die Marokkaanse groenteboer wiens vrouw een hoofddoek draagt en wiens kinderen naar een islamitische school gaan.’

Nog een citaat uit je boek: ‘Wat kunnen we eigenlijk verwachten van linkse correcte partijen, die de hele tijd de problemen met allochtonen onder de tafel vegen en iemand voor racist uitmaken die tegen de oprichting van grote moskeeën en voor spreiding van allochtonen is.’ Wie zijn die linkse correcte partijen?

‘GroenLinks en de PvdA. Ik ben erg sceptisch ten opzichte van hun integratie-ideeën. Die partijen durven gewoon niet iets negatiefs te zeggen over allochtonen. Luister eens naar burgemeester Cohen van Amsterdam. Ook hij is constant relativerend bezig en vindt eigenlijk dat alle problemen wel meevallen. Onlangs heeft onderzoek van NOVA uitgewezen, dat bijna de helft van de in Nederland wonende moslims de Sharia boven de Nederlandse grondwet stelt en dat 80 procent van de moslims in Nederland op de PvdA en Groenlinks zegt te stemmen. Dan besef je waarom de PvdA en GroenLinks geen kritische houding ten opzichte van hun electoraat durven in te nemen en de integratieproblemen constant bagatelliseren.’

Tegelijkertijd constateer je in ‘Aardappeleters en allochtonen’ een gebrek aan zelf­reflectie bij de allochtonen…

‘Ja. Een voorbeeld. Als jij zegt dat een hoofddoek een teken van onderdrukking is, dan wordt vaak meteen gezegd: Nee, het is een tr ad itie en geen onderdrukking. Kijk, ik vind tr ad ities prima, maar het gaat hier wel om het gegeven dat een vrouw zich ten opzichte van mannen moet beschermen en zedig gedrag moet tonen.’

Waar sta jij eigenlijk in die hoofddoekjes-discussie?

‘Ik ben erg voor een hoofddoekjesverbod op openbare scholen en in publieke functies. In je vrije tijd moet je het zelf weten, maar ik vind dat je niet van werkgevers kan verwachten, dat zij een keppeltje, of een kruis om de nek of een hoofddoek zomaar tolereren. Ik ben het niet eens met vrouwen die beweren dat werkgevers hen discrimineren als ze wegens het dragen van een hoofddoek niet aangenomen zijn. Iedere werkgever mag bepalen wat zijn lijn is met kleding of kledingsvoorschriften. De vrouwen moeten beseffen dat het dragen van een hoofddoek overbodig is. Het is geen geloofsvoorschrift. Het is een culturele tr ad itie die bedoeld is om zedig gedrag te tonen en mannen niet de kans te geven om vervelend te doen. Dan zijn het dus de mannen die zich moeten aanpassen aan vrouwen en niet andersom.’

Zoals gezegd stoor je je behoorlijk aan die zogenaamde politieke correctheid. De andere kant is, dat er iemand komt die bijvoorbeeld de islam een achterlijke godsdienst noemt. Vind je dat dan wel goed?

‘Nee, ik keur het absoluut af.’

Wat is volgens jou dan wel de juiste manier?

‘Ik bepleit gewoon meer evenwicht. Als ik Ayaan Hirsi Ali hoor, denk ik: wat een extreme, simplistische ideeën! Ze heeft meerdere malen de islam een achterlijk geloof genoemd. Ook betitelde ze moslims eens als achterlijk en hun profeet zou een pedofiel zijn. Ayaans woorden hebben averechts gewerkt en zelfs bij veel moderne moslims het bloed onder de nagels vandaan gehaald. En aan de andere kant heb je dan Femke Halsema, die altijd voor allochtonen opkomt en alles wat zij doen fantastisch en geweldig vindt.’

Is ‘Aardappeleters en Allochtonen’ dan in feite een pleidooi voor de gulden middenweg?

‘Eigenlijk wel, ja. Ik wil met het boek de link tussen de islam enerzijds en de ontstane problemen anderzijds ontzenuwen. Nogmaals: het is níet het geloof dat tot die problemen leidt. De koran verantwoordelijk houden voor de positie van de allochtone vrouwen, is hetzelfde als de bijbel verantwoordelijk houden voor het feit dat er in Nederland zo weinig vrouwelijke hoogleraren zijn. Ik vind dat het tolerante Nederlandse beleid heeft geleid tot het buitensluiten van grote groepen mensen. Iets wat de meeste immigranten helaas ook niet inzien. Ik geloof niet in Nederland als multicultureel land, waar iedereen z’n eigen waarden en normen heeft. Ik vind dat iedereen zich aan de dominante cultuur moet aanpassen. Anders krijg je botsingen tussen culturen en dat is nou juist wat er op dit moment gaande is in Nederland.’

Je woont nu dertien jaar in Nederland en in die tijd is er veel veranderd. Vind je het onder die veranderende omstandigheden nog prettig om hier te wonen?

‘Er is in korte tijd ontzettend veel veranderd hier, vooral sinds de moord op Van Gogh. Er zijn er heel veel autochtonen die erg hartelijk zijn, maar toch merk ik aan mijn vriendenkring dat er iets veranderd is. Ik krijg soms hardere reacties van mensen dan voorheen. Dus als antwoord op je vraag: soms is het niet prettig meer, nee. Maar het leven bestaat uit vechten. Doorzettingsvermogen moet je hebben.’

Nikita Shahbazi werd in 1976 in Teheran geboren. Zij groeide op in een progressief, niet-religieus gezin en vluchtte in 1991 met haar familie uit Iran. Sindsdien woont ze in Nederland. Na het leren van de Nederlandse taal bezocht ze de Berlage Scholengemeenschap in Amsterdam. In 1998 begon ze met een studie psychologie aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), waarvoor ze een half jaar in Rome woonde. Sinds 2004 studeert Nikita Shahbazi tevens International Developmental Studies aan de UvA. Begin dit jaar behaalde ze haar master-titel psychologie. (De helft van de royalty’s van ‘Aardappeleters en Allochtonen’ zal geschonken worden aan het Global Fund ter bestrijding van AIDS, tuberculose en malaria.)

Inhoud