publicatie

Spanning mei 2010 :: Inleiding - Formatie

Spanning, juni 2010

Leren van de crisis

Nadat jaren door rechtse economen en politici werd beweerd dat het nooit meer zou gebeuren, was het twee jaar geleden toch weer zo ver. Het kapitalisme kwam wereldwijd in een grote economische crisis terecht, eerst in de financiële sector maar later ook in de reële economie. Voor socialisten was dat niet echt een verrassing want crisissen horen bij het kapitalisme als koeienogen bij frikandellen.

Dat het kapitalisme altijd en op gezette tijden een crisis voortbrengt, betekent natuurlijk niet dat de crisis een natuurverschijnsel is. Mensen maken namelijk keuzen die van invloed zijn op de snelheid waarmee een crisis zich ontwikkelt. Het moment waarop de crisis uitbrak, was dan ook maar door weinig mensen voorzien. Omdat een crisis geen natuurverschijnsel is, was het verstandig dat de Tweede Kamer besloot tot een onderzoek naar het begin van de crisis, naar de financiële sector.

Voor dat onderzoek stelde de Kamer een commissie in waarin acht leden onder voorzitterschap van SP’er Jan de Wit aan de slag gingen. Op 10 mei presenteerde deze commissie haar eerste onderzoeksrapport met 27 aanbevelingen. Als deze worden uitgevoerd dan mag worden verwacht dat in de toekomst een crisis niet meer op dezelfde manier vanuit de financiële sector zal ontstaan. Spanning sprak met De Wit over het functioneren van de commissie (p. 3). Een essentieel kenmerk van het werk en de conclusies van de Commissie onderzoek financieel stelsel is de unanimiteit waarmee het rapport tot stand is gekomen. De vertegenwoordigers van de acht betrokken partijen onderschrijven gezamenlijk de conclusies. Met het opkalefateren van de financiële sector kan de politiek een belangrijke stap zetten naar een betere wereld, maar daarmee zijn we er natuurlijk nog niet. De filosoof Ad Verbrugge geeft in een interview (p. 6) aan dat er een aantal fundamentele zaken moeten veranderen in de economie.

Tot voor kort beweerden sommigen nog dat een grote economische crisis nooit meer zou plaatsvinden. Enig historisch besef had deze heren en dames misschien iets bescheidener gemaakt. Jan Marijnissen sprak onlangs de Van Randwijklezing uit (p. 10) waarin hij onder andere wees op het belang van een helder besef van het verleden.

Van het verleden naar de toekomst. Wat gaat er gebeuren met de aanbevelingen van De Wit? Zullen de politieke partijen wier vertegenwoordigers de conclusies van het rapport onderschreven, de komende jaren de aanbevelingen ook in beleid omzetten? Sjaak van der Velden (p. 16) scande de programma’s op de belangrijkste aanbevelingen van de commissie De Wit. De verkiezingsprogramma’s, die trouwens al voor de publicatie van het rapport werden geschreven, zijn in dit opzicht veelbelovend.

Een belangrijk economieboek uit de geschiedenis is Het Kapitaal van Karl Marx. Op 1 mei verscheen een nieuwe uitgave van deel 1 van dit megawerk. Geert Reuten beschrijft wat we wel, maar vooral ook wat we niet van dit boek kunnen en mogen verwachten (p. 18), waarna een fragment uit hoofdstuk 24 volgt. Hierin beschreef Marx hoe het kapitalisme rovend en moordend ter wereld kwam. Maarten Hijink maakt in een recensie van het nieuwe boek van Hans Achterhuis (p. 21) korte metten met het heilig geloof in het neoliberalisme.

In onze vaste rubriek Het Rijke Rooie Leven bespreekt Ronald van Raak een tekening van Albert Hahn over de crisis van 1908 (p. 22). De opiniepagina is van de hand van Ewout Irrgang.