SP Tribune 05/2005 :: Interview Co Adriaanse

Tribune, 13 mei 2005

Co Adriaanse :

‘Eigenwijsheid is niet zo slecht’

Opvallender nog dan het gegeven dat voetbalclub AZ het dit seizoen zo goed doet, is het feit dat de trainer die daar mede verantwoordelijk voor is, al halverwege het jaar te kennen gaf het na dit seizoen voor gezien te houden. Terwijl het elftal furore maakte in competitie en UEFA-cup en de club zich voorbereidde op de verhuizing naar een nieuw stadion, verraste Co Adriaanse de voetbalwereld met zijn beslissing om te vertrekken.

Tekst: Frank Werkman - Foto's: Suzanne van de Kerk

Het besluit was extra opvallend doordat Adriaanse op ook geen afspraken met een nieuwe werkgever achter de hand had. Het enige wat hij kon melden, was dat hij niet als trainer aan de slag wil bij een andere Nederlandse club. Eventueel wel als technisch directeur, maar dan nooit bij Ajax. Daar werd hij in 2001 tot zijn stomme verbazing plotsklaps ontslagen: direct na een overwinning van zijn team in de competitie, met een tweede plek in de eredivisie, één punt achter de leider.

‘Zolang bij Ajax nog de huidige leiding zit, wil ik er geen enkele functie bekleden,’ zegt Co Adriaanse (57) in de bijna aandoenlijke ontvangstruimte van het AZ-stadion. ‘Mijn ontslag in De Arena kwam voor mij als een donderklap bij heldere hemel, ik had het geen moment verwacht. Ik ben er een half jaar kapot van geweest. Had nergens meer zin in. Ja, ik had bondscoach van Oostenrijk kunnen worden. Maar dat was te kort na mijn vertrek bij Ajax. Ik was er nog niet aan toe. Later had ik ook de positie van teamchef in Ethiopië kunnen bekleden. Of in China, waar Arie Haan toen aan de slag ging. Maar daar had ik niet zo’n zin in. AZ was de eerste Nederlandse club die me benaderde.’

Heeft je reputatie van betweter een rol gespeeld bij het gebrek aan interesse in ons land?

‘Mijn eerlijkheid heeft mijn carrière niet beïnvloed. Ik denk dat mensen juist op prijs stellen dat ik zo ben. Eerlijkheid en openhartigheid zijn toch goede karaktereigenschappen? Net als consequent gedrag.’

Maar je wordt ook eigenwijs gevonden?

‘Ik ga uit van mijn eigen kracht. Mijn vakmanschap, mijn eigen intuïtie. Eigenwijsheid is niet zo slecht. Zolang je maar niet kortzichtig bent. Ik ben volhardend, maar wel flexibel. Hoewel ik natuurlijk niet meer de trainer ben die ik twintig jaar geleden was. Anders houd je het niet vol. Verouderd ben ik niet, met jongeren kan ik nog steeds goed omgaan.’

Heb je wel eens overwogen je wat diplomatieker op te stellen, wat plooibaarder?

‘Natuurlijk. Maar dan zou ik toneel moeten spelen. Dan ben je niet jezelf en dat houd je dus niet vol. Ik was toch al nooit iemand die ging lopen vloeken of schelden. Ik geef op genuanceerde wijze mijn mening. Kan ik ook doen. Ik ben geen politicus, ik hoef geen stemmen te winnen.’

Wat vond je van de inmenging van Balkenende in de heisa rond Advocaat bij het EK in Portugal?

‘Balkenende moet zich met serieuze zaken bezighouden. Voetbal is maar een spelletje. Voor een premier zijn er heus wel belangrijker zaken te regelen.’

Heeft Advocaat het tumult zelf ook niet een beetje over zich afgeroepen?

‘Hij kiest misschien wat te gauw voor de aanval als er kritiek komt. Dat heeft hem niet geholpen in de beeldvorming. Ik was vijf keer te gast als analist bij de NOS in Portugal. Ik heb Advocaat niet aangevallen. Van Gaal deed dat ook niet. De stemmingmakerij kwam vooral bij anderen vandaan. Wie? Jan Mulder met name.’

Jij verschijnt zelf niet zo vaak op de televisie bij praatprogramma’s?

‘Ik ga daar heel selectief mee om. Net als bij aanvragen voor interviews. Zo weigerde ik Playboy een vraaggesprek. Daar zit toch wat te weinig binding met voetbal. Jouw blad is een uitzondering op dit gebied. Bij wie ik ook nooit meer in het programma ga zitten, zijn Barend en Van Dorp. Met hun heb ik paar heel negatieve ervaringen gehad. Bij hen is sprake van een te grote mate van vooringenomenheid, hoewel ik ze bij persoonlijke ontmoetingen wel gewoon spreek. Met Jan Mulder, tegen wie ik vroeger als voorstopper van FC Utrecht nog heb gespeeld, heb ik zelfs een heel goed contact. Aan een programma als B&W, dat me regelmatig vraagt, werk ik ook nooit mee. Dat gaat te veel over randzaken in het voetbal. Ik praat liever over de sport zelf.’

Dus bijvoorbeeld ook als analist?

‘In programma’s als Voetbal Insite en Studio Voetbal verschijn ik wel eens. En ik ben gevraagd om weer analyses te geven bij het Nederlands elftal voor Nickelodeon. Maar je moet ook waken voor over-exposure. Bovendien moet je er ook de tijd voor hebben. En het is dit seizoen wel behoorlijk druk geweest bij AZ. Maar dat analyseren vind ik wel leuk.’

Wat vind je van de manier waarop Cruijff dat doet?

‘Ik kan hem soms helemaal niet volgen. En dat zal, denk ik, voor veel televisiekijkers ook gelden. Maar hij is natuurlijk wel een unieke man, hij was de beste speler ter wereld. Heeft veel voor het Nederlandse voetbal betekend. Hoe hij als trainer was? Is moeilijk te beoordelen. Dat heeft ’ie maar zo kort gedaan. Bij slechts twee clubs, Ajax en Barcelona. Ik denk trouwens dat zijn verhaal op een trainingsveld veel duidelijker is, beter te begrijpen. Op een paar voetbalschoenen kun je ook makkelijker wat vóórdoen.’

Cruijff als trainer bewonder je niet, wie waren wel voorbeelden?

‘Sacchi, Lobanovski, Eriksson, Van Gaal. Van die mensen kon je wat leren, die hebben een stempel gedrukt op het voetbal. Bobby Robson? Die was meer een motivator. En dan natuurlijk Rinus Michels. Van grote betekenis voor het Nederlandse voetbal. Met hem is niemand te vergelijken. Een enorme persoonlijkheid.’

Jouw voorganger bij AZ qua succes was Georg Kessler, die in 1981 de UEFA-finale haalde. Overeenkomsten?

‘Ik ben niet te vergelijken met Kessler. Hij was een organisator en iemand die er een heel strakke discipline op nahield en zware straffen uitdeelde. Ik deel geen straffen uit. Wel sancties. Ik vind dat je afspraken moet nakomen. Zo niet, dan kom ik met een creatieve oplossing. Zoals een keer bij Ajax met Arveladze, die ik rondjes kleedkamer-persruimte-spelershome-kleeedkamer opdroeg, omdat hij tegen de afspraken in na een wedstrijd niet in de persruimte was verschenen. Dan ben je de media ter wille en wordt je dat vervolgens weer breeduit nagedragen. Het is ook niet gauw goed.’

Is de voetbalwereld een jungle?

‘Dat valt wel mee. Hoewel er natuurlijk wel sprake is van bepaalde zeden en gewoonten. Of ik me daaraan aanpas? Tot op zekere hoogte moet dat wel. Maar ik ben zo onafhankelijk mogelijk. Met bestuursleden wil ik zo min mogelijk te maken hebben. Ik doe mijn werk, zij het hunne. Ik heb bijvoorbeeld ook geen zaakwaarnemer. Iemand die voor je op zoek gaat naar een club. Ik vind dat je je zelf verkoopt door je prestaties. Het heeft misschien ook wel iets te maken met trots. Met zelfvertrouwen.’

Wat dat betreft word je bij AZ opgevolgd door een soortgenoot?

‘Ik heb met Louis van Gaal inmiddels al de nodige gesprekken gehad over de club en de selectie. Dat zijn plezierige ontmoetingen, want normaal gesproken doe je dat niet zo gauw met een opvolger. Zeker niet als je eerder bij een club vertrekt. In het bedrijfsleven belt een nieuwe man op een bepaalde post ook niet zo snel zijn vertrokken voorganger. De voetballerij is weliswaar veel kleiner qua omvang, maar Ronald Koeman belde mij niet toen ik bij Ajax werd ontslagen en ik belde hem niet toen hij daar voortijdig verdween. Zoiets is in de voetballerij niet gebruikelijk. En je bent natuurlijk niet alleen collega’s van elkaar, maar ook concurrenten.’

Kan AZ nog beter worden onder Van Gaal?

‘Zeker. Een nieuwe coach kan altijd verfrissend werken. Hij komt met een andere aanpak, nieuwe ideeën. Brengt ook op het trainingsveld andere elementen in en zijn voorbereiding op de wedstrijden is verschillend. Ik heb na twee, drie jaar geen nieuwe dingen meer. Ik heb al mijn kennis overgedragen. Je bent dan als het ware leeggezogen.’

Van Gaal gaat nu oogsten wat jij hebt gezaaid?

‘Ik heb nu ook al vruchten geplukt, dit seizoen. Wat we nu hebben gepresteerd neemt niemand ons meer af. AZ heeft weer spelers bij de selectie van het Nederlands elftal. We hebben lang meegedaan om de titel, in Europees verband zijn we ver gekomen. Dat is toch ook oogsten. Ik zelf was echter aan wat nieuws toe. Je bent toch elke dag met de zelfde mensen aan het werk. De zelfde gezichten. Ik wil na een aantal jaren wel eens wat afwisseling.’

Met die mensen heb je toch ook fijn samengewerkt?

‘Natuurlijk. Als trainer alleen kun je het niet. Ik zal ook altijd met groot genoegen terugdenken aan de collega’s bij AZ als Martin Haar en Edward Metgod. Ik was hier eerder ooit een jaar scout en hoofd voetbalschool, in ‘83-’84. Vóór ik aan mijn carrière als zelfstandig oefenmeester begon. Overigens moet ik nog wel Martin van Geel noemen, vroeger speler en technisch directeur bij Willem II. Als TD haalde hij me in november 2002 naar AZ. Dat vertrouwen heeft me altijd verwarmd. Die daad zal ik niet zo gauw vergeten. Dat heeft toch iets met solidariteit te maken. Dat bestaat dus toch óók in de voetballerij.’

Hoe lang wil je nog in de voetballerij actief zijn?

‘Een jaar of twee, drie, vier als trainer. Daarna eventueel in een andere rol. Eventueel als scout of analist. Dat is wat minder druk dan deze baan. En je bent er toch bij betrokken en kunt wat doen met je ervaring.’

Zou je nu al helemaal kunnen stoppen, ben je financieel onafhankelijk?

‘Ja. Dan zou ik wat vaker kunnen skiën vanuit mijn huis in de Franse Alpen waar ik de laatste jaren weer veel te weinig ben geweest. Of ik golf? Nee, heb ik ook geen tijd voor.’

Van Basten haalde al veel spelers van AZ weer naar de Oranje-selectie. Doet hij het verder ook goed?

‘Hij doet het anders. Hij heeft een nieuw team moeten opbouwen, nadat een aantal spelers was gestopt. Goed is, dat hij vooral op de Nederlandse velden rondkijkt. Hij geeft nieuwe spelers kansen. Hij maakt bovendien een ontspannen indruk. Ook belangrijk. Het team speelt niet altijd goed, maar er worden wel wedstrijden gewonnen, in een aanvallende stijl, zonder dat de beste ploeg in het veld staat.’

Geen kritiek dus op Van Basten zoals eerder op Advocaat?

‘Waar je op doelt, is een verhaal in Voetbal International voorafgaande aan het EK voetbal in Portugal. Daarin had ik uiteengezet dat Nederland geen Europees kampioen zou worden en waarom. Dat kwam me op een uitval van de trainersvakbond te staan. Ik moest mijn excuses maken aan Advocaat anders zou ik worden geroyeerd. Welnu, ik ben nu geen lid meer.’

Wel van de SP?

‘Ik zweef tussen de Socialistische Partij en de PvdA. Ik stemde altijd PvdA in tijden dat het spannend was bij de verkiezingen. Maar Jan Marijnissen is mijn man. Ik vind hem de beste politicus van ons land.’

Co Adriaanse werd in 1947 geboren in de Spaarndammerbuurt in Amsterdam-West. Hij volgde de MULO en de kweekschool en haalde vervolgens zijn akte lichamelijke opvoeding. Hij gaf zes jaar als gymleraar les aan de Cabotschool in de Mercatorbuurt in Amsterdam. Hij speelde betaald voetbal bij De Volewijckers (1964-1970) en FC Utrecht (1970-1976) en bouwde als speler af bij de amateurs van OSV en DRC. Hij startte in 1979 als trainer bij Zilvermeeuwen in Zaandam en deed dat tot 1983. PEC Zwolle was zijn eerste profclub in 1984. Vier jaar later verhuisde hij naar FC Den Haag, waar hij in 1992 voortijdig vertrok om bij Ajax directeur opleiding onder Louis van Gaal te worden. In 1997 vertrokken beiden en ging Adriaanse naar Willem II waar bij tot voorjaar 2000 bleef en als nummer twee van de eredivisie de Champions League haalde. In 2000 werd hij met een driejarig contract hoofdcoach bij Ajax, waar hij in november 2001 ontslagen werd. AZ haalde hem in november 2002 binnen als hoofdtrainer.

Inhoud