publicatie

Spanning, juni 2006 :: Er is ongelooflijk weinig met de referendumuitslag gebeurd

Spanning • juni 2006

Er is ongelooflijk weinig met de referendumuitslag gebeurd.

Het referendum over de Europese Grondwet en de uitslag ervan waren in meerdere opzichten een unieke gebeurtenis in de politieke geschiedenis van Nederland. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Zwitserland kent Nederland geen traditie van directe democratische besluitvorming en stond ons land als zeer pro-Europees bekend. Alle reden dus voor een terugblik met Henk van der Kolk, universitair docent politicologie aan de universiteit van Twente en medeauteur van het boek Nederlanders en Europa dat geheel gewijd is het referendum over de Europese Grondwet. Hoe is het referendum bevallen en wat is er met de uitslag gebeurd?

Tekst: Arjan Vliegenthart

Het houden van een referendum is een nieuw fenomeen in de Nederlandse politieke geschiedenis. Toch was de opkomst erg hoog, ruim 63 procent. Dit werd door alle politieke partijen als een groot winstpunt gezien. Wat waren de redenen voor mensen om te gaan stemmen?

Het klopt dat het referendum voor iedere Nederlander een unieke gebeurtenis was. Het laatste referendum werd in Nederland twee eeuwen geleden gehouden. Waarschijnlijk heeft dat de opkomst verhoogd. Daarnaast heeft de stevige campagne ervoor gezorgd dat mensen geïnteresseerd raakten in het referendum en daarom gingen stemmen. Vooral bij het thema Europa hebben veel burgers het gevoel dat hen nooit eerder wat gevraagd was. In tegenstelling tot de verkiezingen voor een Europees parlement ging het referendum over iets heel concreets. Dat was een extra motivatie om te gaan stemmen.

In jullie boek Nederlanders en Europa schrijven jullie over de zeer uiteenlopende redenen om tegen de Europese Grondwet te stemmen. Wat waren de belangrijkste van deze redenen?

Ik denk niet dat je zomaar één, twee, drie de belangrijkste reden kunt aanwijzen. De redenen om tegen te stemmen waren heel diffuus. André Rouvoet van de ChristenUnie heeft het in het Kamerdebat goed geformuleerd: “Mensen hebben diverse argumenten, grote punten en kleinere punten, gewogen voor het uiteindelijk uitbrengen met hun stem. Er heeft een veelheid aan motieven meegespeeld.” De euro heeft een rol gespeeld. Mensen voelden zich door de euro bekocht en stemden daarom tegen. Turkije speelde een rol, het regeringsbeleid ook, maar je kunt niet zeggen dat één reden het verschil tussen minderheid en meerderheid heeft gemaakt.

Wat betekent dit dan voor het Nederlandse debat over Europese integratie?

Europa is gepolitiseerd geraakt. Vroeger werd er nauwelijks over het integratieproces gesproken, nu is het een politiek issue. Maar dat wil niet zeggen dat er veel gebeurd is. Het is ontstellend rustig gebleven. Er is geen Brede Maatschappelijke Discussie gekomen en ook de politieke partijen komen maar mondjesmaat met wat ze nu eigenlijk zelf met Europa willen. Als je bedenkt dat het nu meer dan een jaar geleden is dat Nederland ‘Nee’ zei, is dat eigenlijk zeer teleurstellend. Zowel voor- als tegenstanders lijken heel gemakzuchtig. Nederland wil de Grondwet niet, maar wat willen we dan wel? Daarover heb ik nog maar heel weinig gehoord. Hier en daar wordt natuurlijk wel gediscussieerd, ook binnen politieke partijen. Maar duidelijke verhalen kom je tot nu toe nog maar heel weinig tegen.

Hoe kunnen we dit gebrek aan initiatief verklaren?

Allereerst is het heel lastig te benoemen waar het debat nu eigenlijk om ging. Ging het om de technische verbeteringen ten opzichte van het verdrag van Nice zoals de voorstanders beweerden of ging het meer om een algemene legitimering van de huidige Europese Unie zoals de tegenstanders het zagen. En wat betekent precies het ‘Nee’? Willen Nederlanders minder Europa of een ander Europa en wat moet er dan minder en anders? Op deze vragen is het bijzonder lastig antwoord te geven. Dit maakt het ook moeilijk om te bepalen wat er met het ‘Nee’ moet gebeuren.

Daarnaast zit een groot gedeelte van de Nederlandse elite in een spagaat. Aan de ene kant is zij altijd zeer pro-Europees geweest en heeft zij het proces van Europese integratie ondersteund. De kiezer heeft deze politici echter een tik op de vingers gegeven. Aan de andere kant wordt Nederland in de relatie met andere lidstaten wel voortdurend gedwongen mee te doen.

De SP zit daar niet echt mee…

Nee, maar daar speelt mijns inziens een ander probleem. De SP heeft nog geen echt antwoord kunnen vinden op de dynamiek van de interne markt. Van Bommel zei tijdens de debatten rond de Grondwet: ‘Wij accepteren de interne markt, maar deze mag niet verder worden uitgebreid.’ Maar daarmee los je bestuurlijk probleem dat deze markt veroorzaakt niet op. Een interne markt zonder controle functioneert niet, dan moet je die markt of op Europees niveau controleren of afschaffen. De SP is daarin nog niet echt helder geweest.

Na het referendum is er veel gesproken over de kloof tussen burgers en politici. Voorstanders van het houden van referenda zijn dit middel als een mogelijke oplossing voor het overbruggen van deze kloof. In hoeverre hebben zij op basis van het referendum gelijk?

De kloof tussen burgers en politiek niet alleen aan politici te wijten. Burgers weten vaak niet precies wat ze willen. Soms zijn ze ook niet geïnteresseerd. Het is frappant om op te merken dat het interesse voor Europa, dus niet voor de campagne, door het referendum bij de burger helemaal niet is toegenomen.

Wat me wel stoort is dat het referendum over de Europese Grondwet niet door burgers geïnitieerd is, maar door politici. De indieners van het wetsvoorstel hadden gedacht door middel van een referendum extra steun voor de Europese Unie te krijgen. Die rekening is niet opgegaan. Ik denk ook dat je als je met een referendum echt wat wilt bereiken, het initiatief bij de burgers moet leggen.

Dat wil niet zeggen dat het referendum geen aanvulling zou kunnen zijn op onze vertegenwoordigende democratie. De vraag is of je burgers meer mogelijkheden wilt geven om zich in het politieke proces mengen. Burgers zijn de afgelopen decennia steeds mondiger geworden. Ze weten ook meer over politieke onderwerpen. Aan de andere neemt het aantal mensen dat lid is van een politieke partij steeds verder af. Dat je dan gaat zoeken naar andere mogelijkheden tot politieke participatie is helemaal niet zo gek. Het referendum is één mogelijkheid, een burgerforum over het kiesstelsel een ander. Ik vind dat helemaal geen raar idee. Natuurlijk zal er wel eens wat mis gaan, maar dat wil niet zeggen dat we geen nieuwe wegen moeten proberen.


Nederlanders en Europa

Henk van der Kolk

In het boek Nederlanders en Europa. Het Referendum over de Europese Grondwet proberen Kees Aarts en Henk van der Kolk een zo’n compleet mogelijk beeld te geven van de referendumcampagne, de opkomst en de uitslag en de gevolgen van het houden van een referendum voor de democratie. Daarnaast hebben zij tal van andere wetenschappers gevraagd mee te schrijven. Dit heeft onder meer geleid tot hoofdstukken over hoe de media over de campagne berichtten en hoe politieke partijen in het algemeen aankijken tegen het proces van Europese integratie.

Uitslag ook sociaal-economisch opvallend

In hun boek besteden Kees Aarts en Henk van der Kolk ook aandacht aan de achtergrond van de ja- en nee-stemmers. Opvallend: hoe hoger het inkomen, hoe groter de kans dat men voor de Grondwet heeft gestemd. Daarnaast stemden meer vrouwen ‘Nee’ dan mannen en waren jongeren over het algemeen kritischer over de Grondwet dan ouderen.

De rol van de SP in de Nee-campagne

De verschillende auteurs in de bundel gaan ook uitgebreid in op de rol van de SP tijdens de campagne. Zo stelt Paul Lucardie van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen onder meer dat Harry van Bommel zijn rol als vervanger van Jan Marijnissen met verve vervulde. Samen met het Comité Grondwet Nee drukte de SP ‘door hun grote inzet een zwaar stempel op de campagne, vooral aan de linkerzijde van het politieke spectrum.’ Dit beeld wordt bevestigd in een ander hoofdstuk waarin de berichtgeving in de media wordt besproken. Tijdens de campagne kreeg de SP van alle tegenstanders de meeste aandacht.

Het boek is verschenen bij uitgeverij Bert Bakker en is te koop voor €17,95

Inhoud