Tribune 5/2011 :: Mijn zondagochtendbiotoop

Tribune, mei 2011

Henk beleeft

Mijn zondagochtendbiotoop

tekst: Daniël de Jongh foto: mr. Pi

Wie Henk van Gerven (1955), oud-huisarts en Tweede Kamerlid, SP-woordvoerder Zorg, Natuur- en Milieubeleid

Wat Herperduin

› Het Herperduin, wat is dat?

‘Een natuurgebied bij Oss waar ik al bijna twintig jaar op zondagochtend hardloop, samen met mijn vrouw en onze twee honden.’

› Hoe ziet het eruit?

‘Heel afwisselend. Het is een echt Brabants zandgrondgebied. Er zijn vennetjes, die in de zomer deels droogvallen, grote stukken hei en een afgeplagd gedeelte met wit zand. Er lopen grote grazers en er is vrij veel dennenbos, met houtwallen waarin kleinere diersoorten zich verschansen.’

› En daar kom je elke week?

‘Ja, ik noem het wel mijn zondagochtendbiotoop. Het is een echt gebruiksbos, waar mensen mountainbiken en wandelen. ’s Winters wordt er ook geschaatst en ’s zomers gezwommen. Maar op zondagmorgen is het er heerlijk rustig. Het leven van een Tweede Kamerlid is altijd ‘hurry up’; zondagmorgen is een van de weinige momenten waarop de telefoon niet gaat en ik tijd voor mezelf heb. Hardlopen is heel ontspannend: het maakt je hoofd leeg en het is goed voor je conditie en je gewicht. Ik kan er echt naar uitkijken. We rennen zo’n zeven à acht kilometer, dan gaan we lekker ontbijten en daarna naar Buitenhof kijken, dat geeft naast actualiteit wat diepgang en beschouwing aan de zondagochtend.’

› Hoe belangrijk is natuur voor mensen?

‘Heel belangrijk. We zijn onderdeel van de natuur. Het is aangetoond dat in woonwijken met weinig groen de bewegingsvrijheid en het welzijn van de mensen in het gedrang komt. De aanwezigheid van natuur bevordert het geluk en zelfs de gezondheid van mensen. Nederland is een klein landje met veel inwoners, het is belangrijk dat we de natuur die we nog hebben bewaren en ontwikkelen.’

› Maar de regering wil er 600 miljoen op bezuinigen.

‘Ja, daardoor staan het beheer en de aankoop van natuur- en recreatiegebieden rond de grote steden onder druk. De afgelopen twintig jaar ging het juist de goede kant op, met de ‘ecologische hoofdstructuur’: het aankopen en ontwikkelen van natuurgebieden, met verbindingszones ertussen. Dat is nog lang niet af, maar dreigt nu geblokkeerd te worden. Uitverkoop van de natuur bedreigt het voortbestaan van een aantal plant- en diersoorten en gaat ook voorbij aan de uiteenlopende functies van natuurgebieden. Neem bijvoorbeeld de Driemanspolder, een gebied van twee bij twee kilometer bij Zoetermeer, Leidschendam en Den Haag. Daarnaast ligt een nieuwbouwwijk, Leidschenveen, met weinig groen. Het plan om in die polder natuur aan te leggen gaat nu misschien niet door. Terwijl het gebied behalve voor recreatie en ontspanning ook zou gaan dienen als waterberging. Het is nu zo dat Zoetermeer bij zware regenval dreigt onder te lopen, dat water zou dan naar de Driemanspolder geleid worden. Zo zijn er nog meer voorbeelden; dit anti-natuurkabinet is een drama.’