Tribune 05/2006 :: Een rustige oude dag is ons ook niet meer gegund

Tribune, mei 2006

‘Een rustige oude dag is ons ook niet meer gegund’

Tekst: Meta Meijer Foto's: Rob Voss

Nederland vergrijst. Toch wordt het een na het andere verzorgingstehuis afgebroken of verbouwd tot ‘seniorenappartementen’. Zo ook Tabitha in Amsterdam, waar de directie de voorkeur geeft aan ouderen uit ‘het hogere segment’. Het woord ‘bejaardenhuis’ mag dan niet meer van deze tijd zijn, een verzorgde oude dag is alleen nog weggelegd voor rijke bejaarden.

‘Nooit gedacht dat ik nóg eens zou moeten verhuizen,’ zegt meneer La Croix. ‘Mijn vrouw en ik wonen nu anderhalf jaar in verzorgingshuis Tabitha aan de Amsteldijk, nadat we 53 jaar op ons vorige adres woonden. Als ik dit van tevoren had geweten, dan was ik hier nooit naartoe gegaan. Wij hebben bewust voor dit huis gekozen; het is er gezellig, we wonen in het hartje van Amsterdam en met de tram ben je zo op de Albert Cuijpmarkt of de Dappermarkt. Het personeel is vertrouwd en vriendelijk. En kijk eens naar onze kamers, dat is toch prima zo? Meer ruimte hebben we niet nodig.’ Dat geldt ook voor de twee poezen, die in eerste instantie schuw onder het bed zijn gekropen, maar na een poosje nieuwsgierig komen kijken. ‘Ach, soms lopen ze ’s avonds even over de gang, maar zodra ik ze roep, komen ze direct weer binnen,’ zegt La Croix. ‘Maar blijkbaar is een rustige oude dag ons ook niet meer gegund.’

De familie La Croix is niet de enige die er zo over denkt. Er heerst onrust en onbegrip over de renovatieplannen, die pas onlangs bekend geworden zijn. Het gebouw, zeventien jaar geleden neergezet, lijkt ook zeker niet aan renovatie toe. Volgens een enquête van dochter Marianne is 99 procent van de bewoners tegen de renovatie. Het gebouw ademt een gemoedelijke, huiselijke sfeer. Op de begane grond is het restaurant, een winkeltje, en kunnen bewoners in gemakkelijke stoelen neerstrijken voor een kop koffie en een kletspraatje. De grote ramen bieden een weids uitzicht op de Amstel en de Ceintuurbaan, waar het volle leven in de vorm van trams, auto’s, fietsers en wandelaars aan je voorbijtrekt. Een van de hoogtepunten is het dagelijkse zwaarbeveiligde transport naar de Nederlandse Bank. ‘De kamers zijn niet groot, maar comfortabel genoeg,’ zegt menigeen.

Toch zullen La Croix en zijn vrouw en de overige bewoners in 2008 moeten verhuizen, want de stichting Tabitha, die zes instellingen voor verpleging en verzorging in Amsterdam heeft, gooit het roer rigoureus om. De driepersoonskamers op de verpleegafdeling van Tabitha zijn niet meer van deze tijd. Terecht; ook daar hebben de bewoners recht op privacy, een plek waar ze zich ongestoord kunnen terugtrekken. Dus krijgen zij een eigen kamer en badkamer, en komen er huiskamers voor groepen van zes bewoners. In totaal moeten er evenveel verpleeghuisbedden blijven. Dat geldt niet voor de appartementen waar mensen wonen die geen of weinig zorg nodig hebben. Ook deze worden drastisch gerenoveerd. Van iedere drie appartementen komen er twee terug, waardoor 35 van de 100 appartementen verdwijnen. De kamers en badkamers zijn te klein volgens de landelijke normen. Ondanks dat het gebouw er pas 17 jaar staat, merkt de overheid het aan als bouwtechnisch ‘goed’, maar kwalitatief ‘slecht’. De appartementen die overblijven, worden luxer en groter. Maar voor wie zijn ze nog bereikbaar?

Zorgbehoefte zal alleen maar toenemen

De cijfers liegen er niet om: honderd jaar geleden werd de Nederlander gemiddeld net iets ouder dan vijftig jaar. Nu leven mannen gemiddeld 76 jaar en vrouwen bijna 81 jaar, constateert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Daarmee neemt ook het aantal aandoeningen toe; in het jaar 2000 leden ruim 200.000 Nederlanders aan dementie, in het jaar 2020 zijn dat er naar verwachting 281.000. Overigens denkt het CBS dat in datzelfde jaar 217.000 mensen kampen met de gevolgen van een beroerte. In totaal stijgt het aantal mensen dat verpleging en verzorging nodig heeft naar 1,6 miljoen Nederlanders.

Desondanks stuurt de regering er al sinds de jaren negentig op aan verzorgingshuisplaatsen zoveel mogelijk op te heffen. Rond het jaar 2000 moest 60 procent van de verzorgingsplaatsen verdwijnen en moesten ouderen zoveel mogelijk thuis blijven wonen. Zorg wordt geleverd door thuiszorg, familie en vrienden en vanuit de dan nog bestaande verzorgingshuizen. Bijkomend voordeel: het levert de overheid een besparing van 30 procent op. Nu, met de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) in zicht, lijkt de operatie compleet. De afbouw van plaatsen in verzorgingshuizen wordt in rap tempo voltrokken. Wooncorporaties maken graag gebruik van de subsidie die ervoor gegeven wordt en toveren verzorgingshuizen om tot luxe appartementen met een forse huur. Tabitha is vergeleken met de andere Amsterdamse verzorgingshuizen een beetje laat met de renovatie.

Kink in de kabel is wel dat ook de staatssecretaris van Volksgezondheid Ross-van Dorp al zei dat er ‘natuurlijk’ voldoende zorgwoningen, speciaal bedoeld voor ouderen, moesten zijn. Maar de bouw daarvan blijft sterk achter. In Amsterdam staan er nu rond de 5500 terwijl er 8000 beloofd zijn. ‘Deze collegeperiode komen ze er te staan,’ vindt aantredend zorgwethouder Marijke Vos (GrLinks). Maar geld om te bouwen is er voorlopig niet. Het net aangetreden rood-groene college heeft zich al de woede van de woningcorporaties op de hals gehaald door voor te stellen dat de corporaties ook bij de bouw van sociale huurwoningen een marktconforme, dus hogere grondprijs moeten betalen.

‘Ondertussen zit ik met de gebakken peren,’ vindt meneer La Croix. ‘Ik moet tegen mijn zin verhuizen. En al bedoelt de directie het goed en kan zij het ook niet helpen, het blijft de vraag waar we naartoe moeten en of we wel terug kunnen komen.’ Directeur Berthy Peter snapt dat bewoners erg ongerust zijn. ‘Een half jaar voor we het gebouw leegmaken, doen we een woonwensenonderzoek en kijken we wie er terug wil komen en wie niet,’ vertelt zij. ‘Ook begint dan de opnamestop. Niet eerder, want als er ergens anders vertraging is, krijgen wij daar ook mee te maken. Ach, voor de familie is het vaak nog lastiger dan voor de bewoners. Die zijn het soms de volgende dag alweer vergeten, maar de zoons en dochters niet!’

Zorg zelf inkopen of vragen aan bekenden

Marianne La Croix liet het er niet bij zitten en benaderde diverse instanties om te zien of de renovatie kan worden tegengehouden. In een reactie beweert directeur Egmond van de Dienst Wonen van de Gemeente Amsterdam dat de gemeente geen probleem heeft met het afbouwen van het aantal verzorgingsplaatsen. Ook hij loopt vooruit op de komst van de WMO. Volgens deze nieuwe wet moeten minder ouderen verhuizen naar de verzorgingshuizen. Wanneer ze zorg nodig hebben, moeten ze die inkopen bij de Thuiszorg en zo nodig de hulp inroepen van goedwillende buren, vrienden en familie, de mantelzorg. Ook Egmond benadrukt dat er wel meer zorgwoningen moeten komen. Hij rept niet over het tekort daaraan. Klachten over de gang van zaken horen niet thuis bij de gemeente, maar bij de Cliëntenraad, concludeert Egmond bovendien. Want plannen voor een verbouwing mogen alleen worden uitgevoerd wanneer er een positief advies van de Cliëntenraad ligt. Maar die is akkoord gegaan zonder de overige bewoners naar hun mening te vragen. Notulen van de vergadering, waarin de Cliëntenraad haar standpunt bepaalde, zijn er niet. Mevrouw Visser van de Cliëntenraad zegt zich niet meer te kunnen herinneren hoe het positieve advies tot stand gekomen is.

‘De verwachting is dat mensen in toenemende mate bereid zijn meer geld te betalen voor zorg,’ schrijft Tabitha’s Raad van Bestuur in het interne rapport ‘Oost West, Tabitha Best’. Tabitha wil actief op deze markt gaan opereren en onderzoekt waar ze het ‘hogere segment’, dus het ‘luxe oud worden’ kan situeren. Het belooft weinig goeds voor de ouderen met weinig of geen aanvullend pensioen. ‘Ouderen moeten erbij blijven horen, betrokken blijven bij hun omgeving en kunnen dus beter in hun eigen buurt blijven wonen. Als ze zelf hun zorg inkopen, geeft dat een gevoel van zelfstandigheid. We moeten af van de betutteling,’ vindt het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Dat geldt blijkbaar niet voor ouderen met een dikkere beurs. Zij hoeven niet tot het laatste moment thuis te blijven modderen, maar kunnen geheel verzorgd terecht in de tot seniorenappartementen’verbouwde verzorgingshuizen om de hoek.

Inhoud