Spanning 4/2017 • Kunnen fossiele energiebedrijven van binnenuit veranderen?

In zijn recente boek The Moral Economy: Why Good Incentives are no Substitute for Good Citizens (Yale University Press, 2016) laat sociaal wetenschapper Samuel Bowles, van het Santa Fe Institute in Arizona, zien dat puur economische prikkels die uitgaan van het eenzijdige mensbeeld van de homo economicus vaak het tegengestelde bereiken van wat ze beogen. Deze economische mens handelt uit berekenend eigenbelang en maakt in elke situatie een rationele kosten-batenanalyse waar de te volgen handeling uitrolt als de uitkomst van een rekensom.

Maar mensen zijn meer dan berekenende burgers. We hebben een veelheid aan motieven, waarden, verlangens en doelstellingen die het handelen bepalen. Wat we traditioneel moraal of ethiek noemen, kan opgevat worden als de manieren waarop we die veelheid van motieven met elkaar in een vruchtbare relatie proberen te brengen.

MARKTWERKING EN EIGENBELANG

Het gevolg van de eenzijdige abstractie van het economisch mensbeeld is dat puur economische prikkels verkeerd kunnen uitpakken. Bowles geeft het voorbeeld van de brandweer van Boston, waar de leiding op enig moment besloot nog maar vijftien ziektedagen per jaar door te betalen. Het was een poging het ziekteverzuim terug te dringen, maar het gevolg was een verdubbeling van het ziekteverzuim en een vertienvoudiging van ziekmeldingen in december, rond kerst en nieuwjaar. Het personeel voelde zich – begrijpelijk – geschoffeerd door deze beleidsmaatregel en ging over tot massaal misbruik en sabotage. Waarom? De maatregel belichaamt een idee over arbeidsverhoudingen dat puur op eigenbelang en marktwerking gebaseerd is, terwijl de brandweer er nu juist is om als gemeenschappelijke voorziening schade en leed te voorkomen. Misschien is het beeld van de fire fighter als sociale held in Amerika met een wat sterker ontwikkelde retoriek omgeven dan bij ons, maar het is niet moeilijk om ons dit voor te stellen. Het gaat bij de brandweer niet om winst. De conclusie moet zijn dat louter economische prikkels contraproductief kunnen zijn als ze botsen met andere sociale waarden, zaken die mensen belangrijk vinden en die niet in termen van geldbezit of winst te vertalen zijn.

ENERGIE IS POLITIEK

Al is het helder dat menselijk handelen klimaatverandering en milieuvernietiging tot gevolg heeft, het is minder duidelijk, zelfs onder de experts, wat de noodzakelijke en meest effectieve stappen zijn om het tij te keren, voor zover dat nog mogelijk is. De milieubeweging bestrijkt een spectrum van biologische landbouw tot voorstanders van kernenergie. Op veel verschillende terreinen zijn vergaande aanpassingen nodig. De energievoorziening is een ‘commons’-probleem: een infrastructurele opgave die we niet aan individuen opererend in een vrije markt kunnen overlaten, omdat het hier gaat om een randvoorwaarde voor de samenleving als geheel, die nauw verbonden is met hoe we ons de samenleving als geheel voorstellen. Kortom, energie is politiek.

De vele mensen die in de energiesector werken denken niet alleen aan hun eigenbelang, maar ook aan de rol die ze in de samenleving vervullen. Net als het brandweerpersoneel in Boston. De veranderingen die nu nodig zijn moeten daarom teweeg worden gebracht door een combinatie van regelgeving door de overheid (ook op prijs), prikkels en erkenning van menselijke motivaties.

De noodzakelijke wijzigingen in de energie-infrastructuur zijn globaal en vergaand. Ook moeten we allemaal, ongeacht inkomen, in onze energiebehoefte kunnen voorzien. Het is dan te vaag om alleen maar ‘nationaliseren’ te roepen. Een meer betekenisvolle omgang met energie door zowel producenten als gebruikers en strenge regulering van de markt door de overheid zijn nodig. De energiesector moet dus zowel van binnenuit als van buitenaf veranderd worden, omdat we er welbeschouwd allemaal in zitten.

Tekst: Johan Siebers. Johan Siebers is Associate Professor Filosofie en Religiestudies aan de Middlesex University in Londen. Hij werkte van 1999 tot 2006 bij Shell.