publicatie

SP Tribune 11/2004 :: Cowboys hebben lucratieve asbestverwijderingsmarkt ontdekt

Tribune 19 november 2004

Cowboys hebben lucratieve asbestverwijderingsmarkt ontdekt

Asbest is levensgevaarlijk. Én lucratief. Zeker als je een loopje neemt met de regel­geving. ‘Er komen steeds meer cowboys op de markt,’ zegt deskundige Ton Witteman. Het SP-MilieuAlarmteam houdt samen met alerte burgers echter een oogje in het zeil.

Tekst: Rob Janssen

Foto's: Joop de Carpentier, Harry Voss

We schrijven woensdag 15 september 2004. Eigenlijk is het best spannend allemaal. In hun witte pakken zijn de werklui net maanmannetjes. En dat sommige delen van de straat zijn afgezet met rood/witte linten, heeft ook wel iets geheimzinnigs. Geen wonder dat de buurtbewoners het tafereel nieuwsgierig gadeslaan. De oude huurwoningen aan de Wouter Klaassenlaan in Oosterbeek worden gerenoveerd en daarom moeten onder andere de asbestplaten op de daken verwijderd worden. Maar dan verandert de nieuwsgierigheid in twijfel en ongerustheid. Want van de daken, waar de mannen nu met bezems in de weer zijn, stuiven grote stofwolken die langzaam de wijk in drijven.

Enkele bewoners melden zich bij de uitvoerder. Komt hier geen levensgevaarlijk asbest vrij? Ze worden gerustgesteld: ‘Nee hoor, het gaat hier om hechtvaste asbestplaten in de daken. Dat kan geen kwaad.’ Maar bewoner Jeroen van Dam vertrouwt het zaakje niet. ‘Hechtvaste asbestplaten gaan na verloop van tijd verpulveren en verkruimelen. En deze huizen zijn veertig jaar oud, dus ga maar na. En als je dan met harde bezems flink over die verpulverde asbestkruimels heen gaat vegen, ja dan wil dat wel. Deze straat is nota bene een doorgangsroute voor meer dan tweehonderd kinderen, die hier een eindje verderop naar school gaan,’ vertelt Van Dam.

Op dezelfde dag nog meldt hij het voorval bij Harry Voss van het SP-MilieuAlarmteam. Als Voss’ knalgele milieu-mobiel de volgende dag de straat indraait, gebeurt er iets vreemds. Voss: ‘De mensen die op de daken bezig waren, wisten niet hoe snel ze naar beneden moesten komen. Toen ik uit mijn wagen stapte, zaten ze al allemaal in hun busje. Het waren trouwens bijna allemaal Polen en Russen. Toen heb ik meteen de Arbeidsinspectie gebeld.’ H. Zeeman van de Arbeidsinspectie Arnhem is snel ter plaatse. ‘De plaats waar asbest verwijderd werd, had besprenkeld moeten worden, om verspreiding van stof te verhinderen. Daarnaast heb ik vastgesteld dat de steigers die tegen de huizen stonden niet voldeden,’ aldus Zeeman. W.H. Klaassen Sloopwerken uit Ewijk, uitvoerder van de klus, krijgt een waarschuwingsbrief aan de broek. Het bedrijf is gecertificeerd voor asbestverwijdering en meldt trots op zijn website: Asbestverwijdering is ook een specialiteit van ons. (…) Dergelijke maatregelen geven blijk van het feit dat Klaassen Sloopwerken rekening houdt met de veiligheid inzake de asbestverwijdering, zowel voor de eigen werknemers als voor de omgeving.

De heer Klaassen kan zich desgevraagd niets herinneren van de waarschuwingsbrief, maar geeft wel te kennen de kwestie ‘zwaar overtrokken’ te vinden. Klaassen: ‘Besprenkelen ging niet, want dan krijgen de mensen waterschade aan hun huizen. En de stof die vrijkwam had niets met asbest te maken. Dat waren spinnenwebben die onder de dakpannen zaten en loskwamen.’

‘In de regel hebben de ambtenaren die moeten controleren geen sjoege van asbestsaneringen’

Volgens asbestonderzoeker ir. Ton Witteman is de verplichte certificatie voor asbestverwijderingsbedrijven – de zogeheten Nationale Beoordelingsrichtlijn (BRL 5050) – absoluut geen garantie voor goede saneringen. ‘Die certificatie geeft aan, dat het betreffende bedrijf de spelregels beheerst. Meer niet. Vergelijk het maar met een rijbewijs. Als jij je rijbewijs hebt, wil dat nog niet zeggen dat je nooit 130 kilometer per uur rijdt, waar maar 120 is toegestaan. Met andere woorden: de regels zijn goed en duidelijk, maar jíj overtreedt ze. Zo zit dat ook in de asbestproblematiek. De Nederlandse regelgeving wat betreft asbestverwijdering is in orde. Maar of een sanering ook goed gebeurt, ligt aan de mentaliteit van het uitvoerende bedrijf.’ Is er dan geen toezicht op de uitvoering? Witteman: ‘De Arbeidsinspectie ziet toe op de veiligheid en gezondheid van werknemers bij het uitvoerende bedrijf. Maar de feitelijke handhaving ligt bij de gemeenten. En daar zit vaak de bottleneck, want in de regel hebben ambtenaren geen enkele sjoege van asbestsaneringen. In principe krijgt het bedrijf dat het goedkoopst werkt de klus. Maar mijn ervaring heeft geleerd, dat goedkoper altijd gevaarlijker is. Het schrijnende is, dat het helemaal niet veel extra moeite kost om het goed te doen. Vergelijk het maar met als jij ’s morgens naar je werk rijdt. Je kunt als een gek gaan racen en door rood gaan rijden om eerder op het werk te zijn. Maar je zult zien: als je gewoon rustig aan doet en je aan de verkeersregels houdt, kom je hooguit een paar minuten later. Dus ik zeg opnieuw: het is een mentaliteitskwestie. Samen met de vaak gebrekkige handhaving maakt dat het totaalplaatje van asbestsaneringen in Nederland niet erg rooskleurig.’

In het verslag ‘Slopen en verwijderen van asbest in 2000’ (Inspectieproject A402) van de Arbeidsinspectie staat, dat er in dat jaar op 1165 locaties geïnspecteerd werd. In bijna éénderde van die gevallen werden tekortkomingen geconstateerd. Daarbij hebben de inspecties alleen betrekking op de – verplichte – meldingen van voorgenomen asbestwerkzaamheden door gecertificeerde asbestverwijderingsbedrijven. Bedrijven die illegaal werken, melden dit natuurlijk niet. Witteman: ‘Ik weet zeker, dat de cijfers over 2004 nog veel zorgwekkender zullen zijn. Je ziet namelijk steeds meer cowboys op de asbestmarkt. Verder is het ronduit verontrustend dat daar in Oosterbeek Polen en Russen aan het werk waren. Er is namelijk een verplichte opleiding voor werken met asbest. Je maakt mij niet wijs, dat die mensen zich tijdens die ééndaagse opleiding de Nederlandse regelgeving eigen gemaakt hebben.’

Boeren krijgen een berg geld om het asbest veilig te verwijderen, maar er kraait geen haan naar als ze het gewoon onderspitten

Niet alleen in woongebieden is het oppassen geblazen met asbest. Bij tal van agrarische bedrijven wordt ook een loopje genomen met de regels. In het kader van de omstreden ‘Ruimte voor Ruimte’-regeling komen boeren in aanmerking voor aanzienlijke vergoedingen voor het slopen van overbodige stallen mits asbest ordentelijk verwijderd wordt. Let wel: de vergoeding wordt éérst uitgekeerd en pas dan wordt gesloopt. Gebleken is, dat in Gelderland en Noord-Brabant – en in mindere mate Limburg – naar hartelust wordt gefraudeerd met de regeling. Er is geld opgestreken voor stallen die niet gesloopt zijn, en de waarborgen voor toekenning van sloopsubsidies zijn vaak zo lek als een mandje, schreef dagblad De Gelderlander vorig jaar. De Limburgse SP-Statenfractie trok hierover tot tweemaal toe aan de bel, maar volgens het provinciebestuur staat de ‘Ruimte voor Ruimte’-regeling desondanks niet ter discussie en ligt toezicht op de handhaving vooral bij de gemeentebesturen. Witteman: ‘Die boeren krijgen eerst een berg geld en vervolgens wordt er nauwelijks gekeken of ze dat geld juist besteden. Als de boer op een middag een kuil graaft en daar gauw het asbest in gooit, kraait geen haan ernaar. Maar de subsidie steekt hij in z’n zak. En daar zie je dan opnieuw, dat er veel te weinig toezicht en handhaving plaatsvindt.’

Harry Voss: ‘Als de gemeenten onvoldoende handhaven, betekent het dat burgers en omwonenden des te alerter moeten zijn. Daarbij gaat het niet zozeer om huishoudelijk asbest of een stukje asbest dat bijvoorbeeld in de tuin wordt gevonden, want daarvoor moet je de gemeente raadplegen. Waar het wél om gaat, is dat in bijna elke plaats in Nederland woningen worden gerenoveerd. Bovendien wil minister Dekker in de nabije toekomst bijna 100.000 goedkope huizen laten slopen ten gunste van duurdere . Het is niet te hopen dat dat doorgaat, maar áls het zover komt, dan hou ik met het oog op asbestverwijdering mijn hart vast. In Oosterbeek hebben we laten zien, dat we met een simpele actie ervoor kunnen zorgen dat de sanering beter uitgevoerd wordt. Als de overheid het niet doet, doen wij het.’

‘ Asbest ’ is de naam van een materiaal dat is vervaardigd uit de in de natuur voorkomende mineralen serpentijn of amfibool. Asbestvezels zijn sterk en flexibel tegelijk. Omdat ze bovendien thermisch en elektrisch isolerend zijn, bestand zijn tegen zuren en logen en een hoge wrijvingsweerstand hebben zijn ze geschikt voor veel verschillende toepas­singen.

In Nederland werd ruim tachtig procent van de geïmporteerde asbest verwerkt tot asbestcementprodukten (o.a. golfplaten en waterleidingbuizen). Daarnaast werd het mineraal toegepast in rem- en frictiemateriaal, als isolatiemateriaal, als hittebestendig textiel, in brandwerende platen, in onderlagen van vloerbedekkingen en in pakkingen en filters van de chemische en voedingsmiddelen industrie. Geschat wordt dat er zo’n 3.500 produkten zijn waarin asbest is verwerkt. De belangrijkste gevolgen voor de gezondheid bij blootstelling aan asbest zijn de bindweefselvorming in de longen (asbestose), longkanker en het ontwikkelen van long- of buikvlieskanker (mesothelioom). Al deze effecten op de gezondheid komen voort uit het in ademen van asbestvezels.

De Nederlandse Overheid verbood in 1993 het gebruik van asbest. De verwachting is dat ‘de stille moordenaar’ de komende 25 jaar nog 26.000 slachtoffers in Nederland zal maken.

(bron: www.comiteasbestslachtoffers.nl)

Inhoud