publicatie

Tribune 08/2000: De strijd op Mindanao

Tribune 18 augustus 2000

De maandenlange gijzeling van een groep burgers – onder wie westerse toeristen – heeft de Filippijnen een plaats bezorgd in het wereldnieuws. Veel meer dan een actie van fanatieke moslims wordt er aan uitleg echter niet gegeven. Hooguit wordt er nog bij verteld dat er al tientallen jaren een strijd woedt op het Filippijnse eiland Mindanao. Lenny Janssen is sinds april op Mindanao, nadat ze er eerder al een jaar werkte voor een boerenvakbond. Speciaal voor de Tribune ging ze op zoek naar de ware achtergronden van het nieuws uit ‘het Beloofde Land’.

‘Als een cultuur met geweld veranderd is, veroorzaakt dat oproer’

Tekst en foto Lenny Janssen

Samen met Inday loop ik door Kauswagan. Inday is een 29-jarige Filippijnse vrouw; Kauswagan een gemeente in de Filippijnse provincie Lanao del Norte op het zuidelijke eiland Mindanao. In maart van dit jaar was Kauswagan internationaal nieuws, toen president Estrada er de All out-war uitriep tegen het MILF, het Moro Islamitisch Bevrijdingsfront. ‘We zullen geen van deze moslimrebellen ontzien!’ riep Estrada. In de media worden MILF-leden – en soms moslims in het algemeen – afgeschilderd als terroristen of Christen-haters. Zelfs Inday gebruikt de begrippen ‘moslim’ en ‘rebel’ door elkaar. Sinds mijn aankomst op de Filippijnen in april is mij echter steeds duidelijker geworden dat de strijd geen religieus conflict is tussen christenen en moslims en dat ook niet moet worden. In een poging de situatie beter te begrijpen besloot ik een bezoek te brengen aan Kauswagan.

In de bus er naar toe probeerde de vrouw naast me een gesprek met me aan te knopen. ‘Waar woon je in Amerika?’ Ik legde uit dat ik Nederlandse ben en in 1993 via een uitwisselingsprogramma naar de Filippijnen kwam. ‘Ik maakte toen via NGO’s (niet-regeringsgebonden organisaties) kennis met dit land. Nu ben ik er op bezoek, om opnieuw mensen te ontmoeten en om me op de hoogte te stellen van wat gaande is in de Filippijnse maatschappij.’ Zodra ik zei dat ik op weg was naar Kauswagan, waarschuwde ze me voor moslims. ‘Zij zijn verantwoordelijk voor deze oorlog. Het zijn terroristen. Let op mijn woorden.’

Bij aankomst in Kauswagan stonden er twee soldaten langs de weg. Aan die alom aanwezige militaire controleposten was ik inmiddels al gewend. Ik sloeg rechtsaf, richting het dichtbevolkte gedeelte van de gemeente, grenzend aan de kust en bewoond door zo’n 9000 gezinnen. Links liggen grote stukken land, merendeels begroeid met kokospalmen. De meeste bewoners komen rond van het oogsten, verkopen en verwerken van kokosnoten of van de visvangst.

Bij Inday thuis verbaast het me niets om op een tafeltje de bijbel te zien liggen. Nergens in Azië namelijk is een land zo sterk onder invloed geraakt van het Christendom, dat geïntroduceerd werd door de Spanjaarden. Vanaf 1565 probeerden die – ruim drie eeuwen lang – te heersen over het naar hun koning Philip vernoemde eilandenrijk. In Luzon en Visayas ging het voorspoedig met de kolonisatie, maar op Mindanao liep het allesbehalve van een leien dakje. Het eiland werd hoofdzakelijk bewoond door moslims en omdat deze de Spanjaarden herinnerden aan de Moren die ooit Spanje bestormden, zeiden ze er Moro's tegen. Oorspronkelijk werd daar op Mindanao met afschuw op gereageerd, maar naar verloop van tijd maakten de bewoners er een soort geuzennaam van. ‘In Mindanao hebben de Spanjaarden nooit voet aan de grond kunnen krijgen,’ weet Paulo Sanguila, een zestigjarige moslim, me een paar dagen later te vertellen. ‘De Moro’s verzetten zich tegen alle pogingen om hun macht en religie aan ons op te leggen. Maar toen ze in 1898 hun ‘territorium’ overdroegen aan de Amerikanen, bleek Mindanao daarbij inbegrepen. Ons was niks gevraagd!’

De nieuwe eigenaren doopten Mindanao the promised land, het beloofde land. De grond was vruchtbaar en dus een uitstekende plek om winst te maken. De Amerikanen introduceerden nieuwe wetten over grondbezit. Ze stelden daarmee hun eigen belangen veilig en gingen voorbij aan de tradities van de Moro’s en de Lumads, bevolkingsgroepen met van oorsprong animistische godsdiensten. Gevolg: multinationals claimden grote stukken land in Mindanao, kapten bossen en zetten mijnbouwbedrijven en plantages voor exportgewassen op. De nieuwe wetten werden rond 1930 gevolgd door een massale volksverhuizing. Christenen uit het noorden van de Filippijnen kregen op grote schaal grond aangeboden in ‘het beloofde land’. Moro’s en Lumads zagen de grond – hun bron van leven – letterlijk en figuurlijk onder hun voeten verdwijnen. Zo kwamen ook de grootouders van Inday naar Mindanao: ‘Zij waren de eerste mensen die in Kauswagan hun eigen zaakje opzetten.’

‘Het begon allemaal om land,’ vertelt Paulo Sanguila, als ik hem vraag hoe de huidige problemen in Kauswagan begonnen. ‘Paudac Sumucor, een moslim, verbouwde een stuk land dat toebehoorde aan zijn voorouders en dat van vader op zoon werd doorgegeven. Rond 1970 beweerde M. Oliverio, een christelijke nieuwkomer in Kauswagan, de eigenaar te zijn van 24 hectaren, waaronder de grond van Sumucor. Het vermoeden is dat hij als landopzichter zijn macht misbruikte en een landtitel vervalste. Er ontstond grote onenigheid over dat stuk land, die tot op de dag van vandaag voortduurt en verergerde door bemoeienissen van fanatieke anti-moslim groeperingen. Misschien zijn ze aangemoedigd door de regering om een conflict te creëren onder de bevolking. Soms krijgen ze ook steun van plaatselijke zakenmensen die op die manier land in hun bezit willen krijgen. Honderden Moro’s hebben inmiddels al de dood gevonden, onder meer tijdens een bloedbad in 1972.’ Adona Orquillas, werkzaam bij RCJP – een door het bisdom opgezet centrum voor rechtvaardigheid en vrede – voegt eraan toe: ‘De situatie in Kauswagan is illustratief voor wat zich ook in andere delen van Mindanao afspeelt. De mensen hier hebben een rechtszaak aangespannen tegen Oliverio, maar zonder resultaat. Het Filippijnse rechtssysteem dient vaak de gevestigde rijken.’

Of ik wist dat Kauswagan voorheen louter bewoond werd door Moro’s? wil Paulo Sanguila van me weten. Ik moet bekennen dat ik het me bijna niet kan voorstellen. ‘Voordat de Spanjaarden kwamen, werd dit deel van Mindanao geregeerd door een voorouder van mij: de Sultan van Lanao.’ In 1913 was 98 procent van de bevolking van Mindanao moslim. Inmiddels is dat percentage teruggebracht tot 30 procent. Niet alleen in Kauswagan, maar op heel Mindanao. Sanguila: ‘De geschiedenis herhaalt zich. De lokale onenigheden in Kauswagan en elders op de Filippijnen worden door de regering aangegrepen om een oorlog te beginnen tegen de MILF. Want president Estrada wil van Mindanao een Food Basket maken. Zodra de MILF uit de weg is geruimd, kunnen ze de vruchtbare grond rondom de MILF-kampen gebruiken om exportgewassen op te verbouwen, zoals cactus en asperges. Maar waar moeten wij dan van eten? We zullen veranderen van verbouwers van ons land in goedkope arbeidskrachten. Nu al komt 60 procent van het Filippijnse nationale inkomen uit Mindanao, maar toch leven de mensen hier over het algemeen in armoede. Ik vind het niet raar dat zij, en dan vooral de Moro’s, zich afzetten tegen de regering.’

Op de Filippijnen is de MILF niet de enige verzetsbeweging, maar op dit moment wel de grootste. Vanaf het ontstaan in 1978, voert ze strijd voor een onafhankelijke Islamitische staat op Mindanao. Eén van hun belangrijkste speerpunten is het recht op zelfbeschikking. Sanguila: ‘Ze moeten respecteren dat we ons eigen geloof en tradities hebben. In de gebieden waar voor het merendeel Moro’s leven, willen we de islamitische wetten nakomen. De MILF verlangt onafhankelijkheid, zodat we zelf vorm kunnen geven aan ons bestaan: in politieke, economische en culturele zin.’

Inday en ik nuttigen onze lunch in een eethuisje. Het hangt er vol met posters: een Amerikaans basketbalteam naast een glimlachende acteur uit de Verenigde Staten. Ook de jongens van Take That zijn van de partij op de houten wand. We eten rijst met vis en drinken Coca-Cola. Op bezoek bij Sanguila, een paar dagen later, drink ik opnieuw Coca-Cola. Ook wordt me een glas eigengemaakte pomelo aangeboden. De lunch eten we met onze handen, zittend op een grote vloermat. In het midden van de mat staan schalen uit Saudi, gevuld met rijst, kip, vis en een inheems groentegerecht bereid met turmeric. Ook een vriend van Sanguila is aangeschoven. Hij zegt: ‘Ik wil wel met mijn handen eten, maar het lijkt wel of ik het verleerd ben. Ik ben al te veel beïnvloed door de Amerikaanse cultuur.’ Sanguila denkt even na en zegt: ‘Misschien is dat wel één van de oorzaken van alle narigheid. Zodra een cultuur met geweld veranderd is, zal dat oproer veroorzaken.’

Sanguila vraagt of ik niet bang ben voor ontvoeringen. Op mijn beurt vraag ik hem wat hij van de Abu Sayyaf denkt, de groep die verantwoordelijk is voor de geruchtmakende gijzeling – die overigens plaatsvindt op het eiland Jolo. Sanguila: ‘In de kranten wordt voortdurend verband gelegd tussen de Abu Sayyaf en het MILF, maar de Abu Sayyaf zijn verre van verzetsstrijders, het zijn pure bandieten. Waarschijnlijk is de Abu Sayyaf in het geheim georganiseerd door de Filippijnse regering en de CIA. Waarom? Om het imago van de Moro’s zwart te maken, zodat nu steeds minder mensen hun situatie begrijpen.’

Adona Orquillas: ‘In de media probeert de regering de oorlog te rechtvaardigen en te doen voorkomen dat hij gevoerd wordt om ‘alle slechte elementen in onze samenleving te elimineren’. Volgens mij gaat het er echter opnieuw om, de Amerikanen vrij baan te geven in dit land. Als je goed naar de situatie kijkt, is het een kwestie van de rijken tegen de armen. Veel Filippino’s beseffen echter niet wat de voortzettende trend van globalisatie voor hen zal betekenen. Op dit moment investeert de regering in militarisatie om de oppositie weg te vegen. De multinationals staan op de deurmat en aarzelen alleen nog maar vanwege de aanwezigheid van verzetsgroepen als het MILF. Onze president is simpelweg een marionet van de buitenlandse investeerders.’

Vanaf maart tot nu woedt de oorlog al in Mindanao. Familieleden van Inday schuilden een dag lang in hun eigen kelder, omdat ze buiten schoten en bommen hoorden. De broer van Sanguila ontvluchtte Kauswagan een paar maanden geleden. Zijn huis werd gebombardeerd en vervolgens in brand gestoken. Tot nu heeft de oorlog honderdduizenden mensen hun huizen doen verlaten, aan velen het leven gekost, anti-moslim gevoelens gekweekt, natuur, huizen, moskeeën en boerderijen vernietigd en dagelijks een aanslag van 23 miljoen pesos gepleegd op het nationale budget. President Estrada pleit nu voor Emergency Power, opdat hij vlugger de vrede terug kan brengen. Zijn begrip van vrede houdt in: het doden van alle ‘terroristen’, waartoe hij de MILF en andere verzetsgroepen rekent. Emergency Power betekent dat de president besluiten kan nemen zonder enig overleg.

Trots als een pauw laat Inday me een tekening zien. Drie mensen staan hand in hand. ‘Zij vertegenwoordigen de Lumads, Moro’s en christenen van Mindanao. De woorden culturele solidariteit en economische gelijkheid staan voor onze gezamenlijke wensen. Ik ben helaas maar een van de weinigen uit Kauswagan die er zo over denkt. Velen zijn inmiddels anti-moslim door de gebeurtenissen, of baseren hun mening op verhalen die ze horen. Ik? Ik ben niet kwaad op de moslims. Ik kan begrijpen dat ze ergens voor vechten. In dit land is het zo, dat waar christenen in armoede leven, de moslims dubbele armoede lijden. En waar mensen armoede lijden, zullen ze vechten opdat ze niet langer beroofd worden van een fatsoenlijk leven.’

Inhoud

  • Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board

  • Volgens het ministerie van Sociale Zaken is RSI, de ‘muisarmkwaal’, na werkdruk het grootste arboprobleem van de toekomst. Tijd voor ingrijpende maatregelen.

  • Column Jan Marijnissen: Geldwolven

  • Tussen de LP Groeten uit Grolloo en de CD Hotel Grolloo zitten 35 jaar waarin Harry Muskee de blues en Drenthe trouw bleef. ‘Ik zit in de muziek om muziek te maken.’

  • Een week lang doorkliefde de Orion het waddenwater, steeds op weg naar een nieuw eiland met nieuwe actievoerders en nieuwe steunbetuigingen aan het pleidooi voor échte bescherming van onze Nationale Wildernis.

  • Langzaam maar zeker dringt in de Hof van Twente door hoe groot de ramp is die de ‘gratis wegverharding’van asbestfabriek Eternit veroorzaakt. Maar waarom treden de overheden zo aarzelend op?

  • De uitzichtloze gijzeling op de Filippijnen haalt regelmatig het nieuws. Dat er al tientallen jaren strijd woedt tegen landroof en onderdrukking, is minder bekend. Een exclusief verslag uit het ‘gestolen land’.