Tribune 7/98 Interview: Len Munnik

Interview

Len Munnik

Len Munnik tekent liever dan dat hij praat. Logisch als je je hele leven nauwelijks iets anders hebt gedaan en je tekeningen meer blijken te zeggen dan duizend woorden. Het geheim van Munniks pennenvruchten: ze zijn in één oogopslag duidelijk. Zelfs in de binnenlanden van Latijns Amerika hangen zijn "maatschappij-impressies" daarom. Als hij z'n gevoel voor rechtvaardigheid maar kwijt kan! Monoloog van een gereformeerde artiest waar niemand ooit depressief van wordt.

"Een optimist heeft altijd gelijk"

Met beeldjes kom ik beter tot mijn recht dan met een verhaal. Maar dat is natuurlijk niet zo raar voor een tekenaar. Ik heb heel mijn leven al getekend. Mijn vader nam van kantoor altijd papier mee dat aan één kant al betikt was en op de achterkant mocht ik dan tekenen. Mijn grootvader hield zich tijdens de oorlog in leven met het tekenen van landschappen. Als architect moest hij zich van de Duitsers aansluiten bij de Kulturkammer. Maar daar had opa niet zo'n zin in. Ik had me voorgenomen ook architect te worden. Dan zou ik de hele dag kunnen tekenen, net als hij.

In het begin deed ik het vaak gratis, voor actiegroepen waar ik lid van was geworden. En van het een komt altijd het ander. Nu teken ik voor Trouw, voor het blad van de Dierenbescherming, voor Opzij, Hervormd Nederland en voor de onderwijs-vakbonden van CNV en FNV. Opdrachten genoeg, ik hoef er nooit naar te vragen. Eigenlijk is dat altijd zo geweest. Mijn eerste tekeningen voor Trouw waren nog niet zo politiek getint als nu, al waren ze wel kritisch. Met die krant heb ik een speciale band, omdat mijn ouders Trouw in de oorlog al rondbrachten, toen het nog een illegaal verzetsblad was.

Voor het IKV werk ik ook al heel lang. In de hoogtijdagen van de vredesbeweging heb ik hun actie-logo getekend, waarop een groep mensen de bom wegdraagt. Geweldig was dat! Elke keer als ik iemand met zo'n button zag lopen, dacht ik: "Daar gaat weer een vriend." Ik had in die tijd dus behoorlijk veel vrienden.

Het komt eigenlijk nooit voor dat ze me vragen iets te tekenen wat ik eigenlijk niet wil. Behalve die ene keer, met Fokker. Ik zou wat illustraties maken voor hun bedrijfsmagazine, maar toen ik dat blad zag, stond er zo'n akelige F-16 straaljager op de voorpagina. Daar maakte Fokker blijkbaar ook onderdelen voor. Die opdracht heb ik daarom geweigerd. Om dat te kunnen doen is het belangrijk financieel vrij genoeg te zijn. Helaas was het wel eens anders. In het begin van mijn loopbaan werkte ik als vormgever op een drukkerij waar ook de Zuid-Afrikaanse Panorama werd gedrukt. Daar had ik vreselijk de pest over in, maar ik moest toch mijn brood verdienen! Als reactie daarop ben ik toen juist extra veel voor de anti-apartheidsbeweging gaan tekenen. Dat een opdrachtgever mijn werk niet accepteert, komt zelden voor. Ik teken wel kritisch, maar nooit zó scherp dat mensen afhaken. Dan zou zo'n tekening zijn doel voorbijschieten en bereik je het tegenovergestelde van wat je voor ogen hebt. Tekeningen zijn soms een wapen, maar soms ook gewoon verstrooiing.

Ik werk graag voor de dierenbescherming, de milieubeweging en ontwikkelingssamenwerking. Omdat die organisaties appelleren aan mijn gevoel voor rechtvaardigheid. Wat ik onrechtvaardig vind, wil ik op mijn manier helpen bestrijden. Klinkt misschien een beetje gereformeerd, maar het is mijn visie dat wij als rentmeester op aarde zijn en moeten proberen de zaak een beetje goed te behandelen. Dus zowel de mensen als de dieren en de natuur geven waar ze recht op hebben. Met die gereformeerde achtergrond doe ik verder niet zo heel veel meer. Ik ga nog wel naar een oecumenische buurtkerk in Rotterdam. Een basiskerk, maar dan in de échte betekenis van het woord. Niet zo'n elitaire club, geen hoogdravende theologische viering. Daar preken vrouwen en getrouwde priesters, zonder problemen. Dat geruzie over de trouwerij van Maurits en MarilŠne en dat gedoe rond die communie, daar begrijp ik ook helemaal niets van. Dat speelt in die basiskerk absoluut niet.

Nederland heeft grote artiesten onder zijn tekenaars. Zoals Frits Muller en Jos Collignon. De tekeningen van Opland in de Volkskrant staan nogal ver van mijn stijl af. Die moet je echt lezen, met al die uitleg die erbij staat. Mijn pennenvruchten zijn juist heel simpel. Ze moeten in één oogopslag duidelijk zijn. Dat te bereiken is voor mij een lang proces geweest. Zoiets leer je niet op de grafische school. Tekenen is überhaupt geen vak dat ze je op school kunnen bijbrengen. Het moet een beetje aangeboren zijn en je moet een associatieve instelling hebben. Om een tekening te kunnen maken, moet ik eerst weten waaróver ik wil tekenen en wát ik daarmee wil zeggen. Daarom moet ik echt de ontwikkelingen bijhouden op alle terreinen waarover mijn tekeningen gaan en lees ik drie kranten per dag. Ik probeer in mijn werk zoveel mogelijk tot de essentie te komen door zo min mogelijk lijnen te gebruiken. De sterke lijnvoering die je bijvoorbeeld ziet in pictogrammen bij vliegvelden en op stations, zo moet het eigenlijk zijn. Dat is dan meteen heel internationaal. De actietekening die ik voor het IKV maakte is ook in het buitenland gebruikt. Die hing op een gegeven moment zelfs in Latijns Amerika. Dat is pas een echte kick! Zonder iets te hoeven vertalen, kan je er dus overal iets mee doen. In een Braziliaans dorp, waar landloze boeren een stuk grond hebben bezet, hangt een andere, grote tekening van mij. Daarin heb ik willen laten zien wat je gezamenlijk kunt doen. Dat je écht iets voor elkaar kunt krijgen, als je maar met genoeg mensen bent. Als een van mijn tekeningen op die manier als vlag of als teken van hoop kan dienen, ben ik bijzonder tevreden. Het is niet altijd vrolijk wat ik maak, maar mijn motto een optimist heeft altijd gelijk komt er meestal toch wel in terug. Ik geloof niet dat iemand ooit depressief wordt van mijn werk.

Ik zie mezelf in de traditie van de Nederlandse politieke tekenaars, zonder daar nu verheven over te willen doen. Ik probeer dingen te signaleren. Dat is vaak het enige wat je kunt doen, aangeven wat er mis is. Vroeger tekende ik mezelf als Don Quichote. Inmiddels ben ik geen ridder te paard meer, maar mijn pen houd ik nog steeds als wapen vast.

Ik heb ook de tekeningen gemaakt voor de acties rond het Volksbos in Vlaardingen. Daar dreigde men een polder te bestemmen als stortplaats voor grond die door de chemische industrie was vervuild. Alle rotzooi die ooit is uitgevonden zou daar terechtkomen. Lang geleden was die plek bedoeld voor het storten van bouwafval. Maar omdat bouwpuin steeds vaker wordt hergebruikt als bouwmateriaal, kwam er van storten niets terecht en bleef de polder leeg. Toen kwam men op het idee er dan maar chemisch afval neer te gooien. Dat zou met schepen en treinen worden aangevoerd. De bodem zou ook niet worden afgedekt, dus die gemene troep zou zo de grond in sijpelen. De actie om dat te verhinderen werd echt ontzettend breed gedragen. Op één enkele dag zijn in die polder toen duizenden en duizenden bomen gepland door de bevolking van Vlaardingen. Om warm van te worden! Iedereen ging uiteindelijk om. De wethouders, gemeenteraad, provincie. Dat Volksbos ligt daar nu nog en het groeit als kool. Fantastisch!

Len Munnik (52) studeerde aan de grafische school en werkte daarna als vormgever in een drukkerij. Bekend werd hij als free-lance tekenaar en illustrator. Jarenlang sierden zijn tekeningen de voorpagina van Trouw en voor het IKV bedacht hij het anti-kernwapen-logo. Ook voor de SP illustreerde hij menig folder en brochure en gaf de landelijke campagne "Nederland in Tweeën?!" een duidelijk gezicht.

Inhoud

  • Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board
  • Ook in de stroomvoorziening moet er meer concurrentie komen. Dat schrijft de nieuwe Elektriciteitswet voor. Het Zuid-Hollandse energiebedrijf Eneco neemt alvast een voorschot op de komende ontwikkelingen en kondigt aan 900 mensen op de keien te zetten. Dat is nog maar het begin. Wild-west op het elektriciteitsnet zal verregaande consequenties hebben voor werkgelegenheid, veiligheid en de prijzen.
  • Interview: "Ik werk graag voor de dierenbescherming, de milieubeweging en ontwikkelingssamenwerking. Omdat die organisaties appelleren aan mijn gevoel voor rechtvaardigheid. Wat ik onrechtvaardig vind, wil ik op mijn manier helpen bestrijden." Politiek tekenaar Len Munnik schetst in heldere lijnen zijn motieven en zijn werkwijze.
  • Staatssecretaris Tommel heeft becijferd dat de komende jaren ruim 750.000 woningen gesloopt of veranderd worden. Op papier klinken de "herstructureringsplannen" heel mooi. Maar de harde werkelijkheid is dat op grote schaal goede, betaalbare woningen tegen de vlakte moeten om plaats te maken voor dure koopwoningen. Donkere sloopwolken hangen boven heel Nederland, maar in Groningen is het onweer al losgebarsten.
  • Brazilië is niet alleen onmetelijk groot, het kent ook onmetelijk grote tegenstellingen. Landloze boeren en indianen bestrijden eendrachtig de ongelijke verdeling van de grond. Daarbij gaat het hard tegen hard. Landbezettingen en landhervorming staan daardoor hoog op de agenda voor de komende presidentsverkiezingen.
  • Theo de Buurtconciërge; strip van Wim Stevenhagen