publicatie

Spanning juni 2012 :: Het Europese netwerken van de SP

Spanning, juni 2012 Het Europese netwerken van de SP

Syriza voorman Alexis Tsipras: klaar om te regeren in Griekenland. Foto: Tiny Kox

Dat de SP zich liefst achter de dijken verschuilt en Europa uit de weg gaat, is een van de praatjes die tegenstanders graag verspreiden. Het zijn kletspraatjes. De SP gaat al jaren over de grenzen heen Europa in en werkt gestaag aan de opbouw van een groot netwerk. Dat loont, zeker nu in tijden van crisis betrouwbare informatie en snel overleg van groot belang zijn.

Tekst: Tiny Kox

Alexis Tsipras oogt een beetje vermoeid als ik hem die middag tref in Berlijn. De jonge voorman van de linkse partijencombinatie Syriza maakt een rondreis door Europa om uitleg te geven hoe, volgens Syriza, Griekenland en de Europese Unie het best kunnen werken aan een uitweg uit de crisis die het Zuid-Europese land nu al jaren in zijn greep heeft. Tsipras is, net als ik, te gast bij de Duitse partij Die Linke om te spreken over de toekomst van de Europese samenwerking en de linkse partijen in Europa.

Ik maak natuurlijk van de gelegenheid gebruik om snel bij te praten met Tsipras. Hij vertelt me hoeveel onzin hij de wereld uit moet helpen als hij in het buitenland is: ‘De Europese regeringsleiders zeggen allemaal dat de afgelopen Griekse regeringen er een totale puinhoop van hebben gemaakt, de zaak hebben belazerd, de staatsfinanciën hebben laten ontsporen en de corruptie laten groeien. Mijn partij roept dat ook al jaren – en nu steunen de Griekse kiezers ons massaal. Daar zou Europa blij mee moeten zijn. Maar nu deugen wij ook weer niet – omdat we niet alleen kritiek op vorige regeringen leveren maar ook zeggen dat de kolossale bezuinigingen die Brussel afdwingt, catastrofale gevolgen voor ons land en onze bevolking hebben. Maar dat is de waarheid. En die is ook voor Europa belangrijk. Wij zeggen: geef ons eerst de kans de economie weer op gang te brengen. Pas als er geld wordt verdiend, komt er ook weer belasting binnen om de samenleving op orde te brengen en onze leningen gaandeweg af te betalen. Veel ingewikkelder is het niet. We willen graag in de Europese Unie blijven en de euro houden. Maar dan moet ons dat ook wel mogelijk worden gemaakt. Als deze domme bezuinigingen doorgaan, dan loopt het bij ons helemaal spaak. Daar heeft niemand iets aan.’ Hij vraagt ons om die boodschap in Europa te helpen verbreiden.

Linkse crisis

Het is begin jaren negentig als de SP de sprong maakt van kleine buitenparlementaire partij, vooral gericht op lokale actie, naar het nationale parlement. Vanaf dat moment neemt ook de behoefte toe om aan het grote binnenlandse netwerk van de partij, in twintig jaar opgebouwd door noeste arbeid, ook een grensoverstijgend netwerk toe te voegen. Want ook hier geldt de gouden stelregel van de SP: zonder onderzoek geen recht van spreken. Zorg altijd dat je echt weet waarover het gaat.

Voorheen was dat over de grens gaan niet echt nodig geweest. Natuurlijk, de SP had zich al meermalen over de grens gewaagd als het ging om het tonen van echte internationale solidariteit. Met Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse bevrijdings-bewegingen, Aziatische oorlogsslachtoffers of Engelse mijnwerkers. Maar veelal waren dat min of meer geïsoleerde acties. Belang bij meer structurele relaties werd toen nog niet gevoeld. Na 1994 wel.

Wie doet het met wie?

Als de SP in de jaren negentig Europa intrekt, lopen de eerste contacten over de grens niet bepaald soepel. De partij is onbekend in het buitenland en daardoor ook onbemind. Als we ons ergens melden voor deelname aan een of ander internationaal overleg, wordt aanvankelijk gevraagd of we toestemming hebben. Toestemming van wie? Van GroenLinks, horen we dan, want die partij wordt als de opvolger van socialistisch links in Nederland beschouwd. Immers, het is de fusiepartij van communisten (CPN), pacifisten (PSP) en radicalen (PPR). Nee, toestemming hebben we niet en we zijn ook niet van plan daar om te vragen. Dat probleem verdwijnt als GroenLinks besluit zich voortaan in de eerste plaats niet langer ‘links’ maar ‘groen’ te noemen en verkast van de linkse netwerken naar de groene structuren die zich dan in Europa aan het vormen zijn. Daarmee blijft de SP als enige Nederlandse socialistische partij over en hebben anderen de keuze: met ons praten, of anders maar met niemand. Dat helpt. Maar met wie willen wij praten? Ook dat is halverwege de jaren negentig niet gemakkelijk. Juist omdat de SP tot dan afzijdig is gebleven van links in Europa, heeft zich in de partij een manier van denken ontwikkeld die lang niet altijd spoort met die van meer klassiek linkse partijen. Die zaten vaak vast aan hun verleden en hadden het daarom nogal moeilijk de veel meer ontspannen kijk van de SP op internationale verhoudingen te volgen. Veel behoefte om met anderen te praten waar het allemaal is mis gegaan, hebben we niet. We trekken de grens over om het over de toekomst te hebben.

De SP legt zich vooralsnog nergens op vast en probeert met iedereen in gesprek te komen, vooraleer een keuze te maken of investeren in verdere samenwerking de moeite waard zal zijn of niet. Door de opgedane kennis en de gelegde contacten kan de partij in ieder geval in 1997 een uiterst succesvolle conferentie beleggen in de Beurs van Berlage in Amsterdam, die voorafgaat aan de eerste grote Europese demonstratie in Nederland. ‘Laat het volk van Europa beslissen over de toekomst van Europa’ luidt het motto van de conferentie, waar partijen, activisten en wetenschappers uit een groot aantal Europese landen elkaar ontmoeten om hun groeiende bezwaren tegen de manier waarop de Europese Unie zich sinds het Verdrag van Maastricht aan het ontwikkelen is kenbaar te maken. In tegenstelling tot doorsnee bijeenkomsten van links Europa, staan op deze conferentie niet de toespraken maar de discussies en debatten voorop. In plaats van elkaar te plezieren wordt geprobeerd elkaar te stimuleren tot het doorgronden van wat er in Europa precies gaande is en op welke wijze links in samenwerking met de bevolking, de vakbonden en andersglobalisten, een ander Europa zou kunnen bepleiten. Dat smaakt veel deelnemers goed. Uit die tijd resteren nu nog steeds goede contacten.

14 juni 1997 Alternatieve Eurotop in de Beurs van Berlage Amsterdam. Foto: Joost van den Broek / archief SP

Bekender en beminder

Door dat alles is de SP nu een stuk meer bekend én bemind in Europa. Althans bij partijen die op min of meer vergelijkbare wijze zoeken naar moderne antwoorden op hedendaagse vragen. Maar ook bij andere partijen die we op allerlei plekken tegen het lijf lopen. In het Europees Parlement en in de Raad van Europa. Maar ook in de Parlementaire Assemblees van de OVSE en de NAVO. Bij verkiezingswaarnemingsmissies en parlementaire bezoeken. We tonen ons niet eenkennig en proberen ook contacten aan te gaan met partijen die er nadrukkelijk andere visies op na houden. Christendemocraten, liberalen, sociaaldemocraten, groenen. Dat levert een drukke agenda op maar ook een kwalitatief goed netwerk dat behulpzaam is om snel en adequaat te reageren op internationale ontwikkelingen. En wie nog steeds roept dat de SP zich achter de dijken verschuilt? Die noemen we gewoon bij zijn naam: praatjesmaker.

Druk, druk, druk…

Zomaar een greep uit de Europese activiteiten van de SP in de afgelopen maand. Dennis de Jong, Europarlementariër voor de SP, slaagde erin een parlementsmeerderheid te krijgen achter zijn voorstel voor meer garanties rondom het Europees onderzoeksbevel. Hiermee worden regels afgesproken over uitwisseling van bewijs tussen EU-lidstaten. Hij nam ook samen met Transparancy International het initiatief voor meer openheid van Europarlementariërs over hoe ze zich aan hun gedragscode houden. Ook was hij mede-indiener van een resolutie tegen homofobie in Europa. Tiny Kox, namens Nederland vicevoorzitter van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa, riep de regering van Albanië, momenteel voorzitter van de Raad van Europa, ter verantwoording voor homofoob gedrag van dat land. Ondertussen nam Eric Smaling, Eerste Kamerlid voor de SP, deel aan een parlementaire conferentie in Kopenhagen. Arjan Vliegenthart vertegenwoordigde de SP en het Nederlandse parlement tijdens de NAVO-assemblee in Tallinn. Samen met Hans van Heijningen was hij daarna in Ierland om te horen hoe linkse partijen zich manifesteerden in het Ierse referendum over het Europese Groei- en Stabiliteitspact. In het nieuwe partijkantoor in Amersfoort en op het Binnenhof ontving de SP een grote delegatie van de Zweedse Linkspartij waarbij diens nieuwe voorman Jonas Sjöstedt kwam kennismaken met Emile Roemer.