Sandra Beckerman:

Wij zijn geen nevenschade

Nevenschade. Deze korte typering had Rutte voor de ramp die is aangericht in Groningen. Dit deed hij tijdens het debat over de snoeiharde conclusies van de parlementaire enquête over de gaswinning, waarin onder andere werd geconcludeerd dat de premier niet het verschil heeft gemaakt voor Groningen.

Achter het korte woord 'nevenschade' gaat echter een wereld schuil. Het geeft niet alleen weer hoe de premier over Groningen denkt, maar geeft tevens een inkijkje in zijn ideologie. Hier kiest hij ervoor om de financiële belangen van de staat en de banden met de NAM, Shell en Exxon, te zien als hoofdzaak en alles wat de mensen daardoor is aangedaan als, jammerlijke, bijzaak.

Het toont een politieke cultuur die nog steeds niet de belangen van inwoners boven financiële belangen plaatst. Dat zou ons allemaal moeten verontrusten.

De kloof tussen hoe Rutte naar Groningen kijkt en de conclusies die de parlementaire enquêtecommissie trok zijn groot. De parlementaire enquêtecommissie sprak van ongekend systeemfalen en concludeerde dat de belangen van de Groningers structureel genegeerd zijn bij de aardgaswinning met rampzalige gevolgen voor de bewoners.

De minister-president brengt volgens de commissie geen wezenlijke verandering teweeg ten gunste van Groningers. Zelf zag Rutte dit leed vooral als bijzaak. Nevenschade.

Ja, na lang aandringen zei hij zich ervoor te schamen. Maar als hoofdtaak zag hij voor zichzelf toch iets anders. De hoofdzaak was volgens de premier de exploitatie van de bodemschatten en de gigantische winsten die ermee gemaakt werden. De cruciale banden met Shell, Exxon en andere grote bedrijven.

Verschillende coalitiepartijen probeerden de opstelling van Rutte weg te masseren door het af te doen als karaktertrek. Niet iedereen zou evenveel emotie tonen.

Pijnlijk genoeg toonde de premier in het debat juist wel emotie. Zo zei hij: 'De dividendbelasting: hadden we die maar afgeschaft! Dat het niet gelukt is, beschouw ik nog steeds als een van mijn grootste fouten.' De dienst die voor de Tweede Kamer gortdroge verslagen maakt, plaatste er zelfs een uitroepteken achter, zoveel emotie was er voor deze grote bedrijven.

Sommigen zeggen: het maakt niet uit wat de premier van het verleden vindt, we moeten nu naar de toekomst. Maar om met Einstein te spreken: 'Je kunt een probleem niet oplossen met de denkwijze die haar heeft veroorzaakt.' Zonder erkenning geen oplossing.

Dat de premier de ramp in Groningen typeert als nevenschade is niet alleen dramatisch voor Groningen maar voor heel Nederland. Het zegt immers veel over hoe Rutte denkt dat de overheid moet functioneren. De samenleving als bijzaak, de markt als hoofdzaak.

Het is niet voor niets dat gedupeerde toeslagenouders en gedupeerde Groningers zoveel in elkaars verhalen herkennen. De overheid veroorzaakt niet alleen deze crises, maar weet ze ook niet meer op te lossen. Gedupeerden worden gewantrouwd. Kennis om crises op te lossen is steeds minder bij de overheid aanwezig. Er moet hierdoor een bureaucratie worden opgetuigd die keer op keer vastloopt.

Als de Kamer haar zwaarste middel, de parlementaire enquête, inzet en deze enquêtecommissie snoeiharde conclusies trekt, dan moet de hele Tweede Kamer zich dat aantrekken. Dat de coalitiepartijen zelfs een motie van Pieter Omtzigt en mijzelf om het beleid af te keuren wegstemmen, toont dat we door een democratische ondergrens zakken.

Het lijkt niet meer de vraag of er een volgende crisis komt, maar slechts wanneer. Daar moeten we tegen in actie komen. Doe het voor Groningen, doe het voor jezelf. Wij zijn allen geen nevenschade!

 

Deze opinie verscheen op 16-06-2023 in het Dagblad van het Noorden

Betrokken SP'ers