opinie
Diederik Olders:

Moedige keuzes

Bespreking van ‘Geluk! Voorbij de hyperconsumptie, haast en hufterigheid ’ door Femke Halsema

Het is hoog tijd voor moedige politieke keuzes. Met deze oproep eindigt Femke Halsema haar analyse van wat er allemaal mis is in Nederland. De oneerlijke verdeling van welvaart, gebrekkige sociale mobiliteit, de schuldeneconomie, onze olieverslaving, energie-, water- en voedselschaarste, het feit dat velen zich de hele dag moeten haasten, hufterigheid, de problemen in de jeugdzorg en nog veel meer: je zou er ongelukkig van worden. Het ‘Tokkiegedrag’ van politici, die elkaar lafaard noemen – je kunt je afvragen of van jezelf beweren dat je moedige politiek beoefent niet op hetzelfde neerkomt, alleen wat welsprekender – is, net als al die andere problemen, terug te voeren op hyperconsumptie, zo luidt de conclusie van Halsema.

Het is een interessante beweging die Halsema maakt. Waar veel cultuurcritici en politici het te ver doorgeschoten individualisme als een van de grote boosdoeners aanwijzen, laat Halsema in haar analyse zien dat individualisme en hyperconsumentisme niet hetzelfde zijn. En dat veel van de problemen uit haar somber stemmende opsomming voor een belangrijk deel samenhangen met ons consumptiegedrag. Het doel van dit onderscheid wordt al snel duidelijk als Halsema de individualismecritici wegzet als conservatieven, die erop uit zijn de privacy te verminderen en repressie toe te laten nemen. Halsema wil dolgraag het liberale ideaal van de individualistische, vrije burger redden, een houding die haar in 2006 de titel ‘Liberaal van het jaar’ opleverde, volgens de jongeren van de VVD. Om het individualisme te sparen, moet Halsema terug naar de jaren 60 en 70, toen individualisme nog iets sociaals was. Met instemming citeert ze uit het ‘Manifest voor de jaren zeventig’: “Zonder praatgroep geen zelfbewustwording, zonder flikkergroep geen zelfbevrijding, zonder zelforganisatie geen zelfontplooiing.” Maar individualisme is geen onveranderlijke grootheid, die voor eens en voor altijd in de jaren zestig is gedefinieerd. Dat inidivualisme in een tijd van sterke sociale banden die als onderdrukkend werden ervaren een emanciperende werking had, betekent niet dat het dat nog steeds heeft in een samenleving waar sociale verbanden juist als te zwak worden ervaren.

“Individualisering is niet te ver doorgeschoten”, aldus Halsema. Zo blijkt haar interessante beweging vooral een omtrekkende beweging. Een belletje had moeten gaan rinkelen toen zij schreef over de individualismecritici: “Een slechte uitgangspositie op de arbeidsmarkt, uitval in het onderwijs en afhankelijkheid van sociale bijstand zijn in de conservatieve benadering van ‘doorgeschoten individualisme’ een ‘keuze’ waarop mensen mogen worden afgerekend.” Dat juist de nadruk op individuele verantwoordelijkheid heeft geleid tot een terugtredende overheid, waardoor de vrijheid van vooral minder kansrijken wordt beperkt, stelt ook Halsema vast. Dit is echter geen tegenstrijdigheid van de individualismekritiek, maar juist een klassieke tegenstrijdigheid van het liberalisme, dat individualisme hoog in het vaandel heeft.

Veel, maar niet alle voorstellen van Halsema in het laatste deel van het boekje zullen steun vinden van de SP en zijn al langer terug te vinden in verkiezingsprogramma's en publicaties van zowel GroenLinks als de SP. Halsema’s poging om het liberalisme te vrijwaren van schuld aan de problemen die het heeft veroorzaakt staat in schril contrast met haar kritiek op marktwerking en op een steeds bezuinigende overheid. Door zich een ‘links-liberale’ koers aan te meten heeft GroenLinks de tegenstrijdigheden van het liberalisme geïmporteerd. Het boekje ‘Geluk’ laat zien hoe deze ‘uitdaging’ tot interessante ideeën kan leiden. Het is hoog tijd voor moedige ideologische keuzes, zou ik zeggen.

Betrokken SP'ers