nieuws

‘Recht op rookvrije werkplek is iets anders dan algeheel rookverbod’

De rechter in Den Bosch heeft deze week duidelijk gemaakt dat kleine horecazaken zonder personeel niet kunnen worden gedwongen hun zaak rookvrij te maken. SP-Kamerlid Henk van Gerven noemt uitspraak logisch. “Iedereen heeft recht op een rookvrije werkplek, maar dat is iets anders dan iedereen dwingen zijn werkplek rookvrij te houden.”

Sinds de invoering van het recht op een rookvrije werkplek is er onenigheid en onduidelijkheid over. Vooral exploitanten van kleine horecazaken zonder personeel kwamen in verzet. Zij hebben geen personeel dat zich op het recht kan beroepen en zelf doen ze het ook niet, en daarom zouden zij hun zaak niet rookvrij hoeven houden. De rechter in Den Bosch haalde deze week een streep door de boetes die waren uitgedeeld aan een Bredase cafébaas. Er is onvoldoende wettelijke basis voor het bestraffen van uitbaters zonder personeel.

De uitspraak van de rechter is een ondersteuning van het standpunt van de SP. In recente debatten heeft de SP gepleit om aan kleine kroegen zonder personeel de keuzevrijheid te geven om roken wel of niet toe te staan. Van Gerven: “Het maken van een rookruimte is in veel kleine cafés nauwelijks uitvoerbaar. Daarom moeten zij zelf een keuze kunnen maken of er mag worden gerookt of niet.”

Van Gerven vindt de uitspraak van de rechter daarom logisch: “Als de uitbaters van kleine horecazaken zonder personeel willen roken, of willen accepteren dat anderen in hun zaak roken, moet dat kunnen. Dat maakt namelijk geen inbreuk op het recht op een rookvrije werkplek. En dat recht moet de maatstaf zijn, niet de wens van sommigen om voor de hele horeca een algeheel rookverbod in te voeren.”

De Tweede Kamer debatteert deze week nog met de minister over de consequenties. De SP wil dat minister Klink het rookverbod aanpast en direct stopt met het uitdelen van boetes aan de kleine kroegen zonder personeel.

Betrokken SP'ers