‘Kabinet, schrap uitbreiding verbod op belediging’

Het kabinet moet haar poging staken om de strafbaarstelling van belediging uit te breiden. SP-Kamerlid Jan de Wit vindt dat de logische conclusie van de uitspraak van de Hoge Raad, die deze week oordeelde dat kritiek op een godsdienst niet mag worden opgevat als belediging van gelovigen.

De Wit: “Het maatschappelijk debat is er bij gebaat dat veel kan worden gezegd, de vrijheid van meningsuiting moet niet worden ingeperkt. De Hoge Raad wijst het kabinet hierin nu de weg.”

De Hoge Raad sprak afgelopen dinsdag een man vrij die een poster had opgehangen waarop de Islam een ‘gezwel’ werd genoemd. Nadat de rechter en het gerechtshof de man hadden veroordeeld voor het beledigen van een groep mensen, kwam de Hoge Raad tot een andere conclusie. Je kunt alleen op het beledigingsartikel 137c worden veroordeeld wanneer je de mensen zelf beledigt, niet wanneer je hun godsdienst beledigt. De Wit: “De minister wil ook indirecte belediging van een groep mensen strafbaar stellen. Maar alle godsdiensten en levensovertuigingen moeten flink bekritiseerd kunnen worden. Boven dat debat moet niet onnodig het zwaard van justitie gehangen worden.”

Voor deze opvatting bestaat ook steun van de mensenrechtencommissaris van de Raad van Europa, de heer Hammarberg. In een interview (in De Pers, donderdag 12/03) waarschuwt hij er voor dat het mogelijk moet blijven om provocerend over religie te discussiëren, en dat men over religie beter in debat kan gaan dan uitlatingen te criminaliseren. De Wit deelt die mening: “De regering moet naar deze kritiek luisteren, en stoppen met die onwenselijke wetswijziging van artikel 137c. Naast onwenselijk ook volstrekt onnodig, de Hoge Raad heeft nu exact uitgelegd hoe deze bepaling gelezen moet worden en dat is volstrekt in orde. Het kabinet moet afblijven van dit artikel, en de vrijheid van meningsuiting in stand laten.”

Jan de Wit heeft de minister van Justitie in Kamervragen gevraagd of hij artikel 137c ongemoeid wil laten.