Krista van Velzen ziet kaalslag Waddengebied met eigen ogen

Vooruitlopend op het onderzoek naar de gevolgen van de intensieve schelpdiervisserij, dat de Tweede Kamer in september ontvangt, bracht SP Tweede-Kamerlid Krista van Velzen een bezoek aan het Waddengebied. Van Velzen was daar op uitnodiging van het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ).

Al vanaf het begin van de jaren negentig leidt de grote visserijdruk, in combinatie met de slechte broedval van mosselen en kokkels en met de strenge winters midden jaren ’90 tot voedselschaarste onder de wadvogels. Met name de mechanische kokkelvisserij levert een enorme kaalslag op het ecologische karakter van het Waddengebied.

Delen van de zeebodem worden door die visserij omgewoeld, soms elk jaar opnieuw. Jaarlijks wordt tussen tien en veertig miljoen kilo schelpdiervoedsel weggehaald dat anders voor vogels beschikbaar was geweest. Krista van Velzen verdiepte zich samen met NIOZ-wetenschapper Theunis Piersma in de ecologische bedreiging van het gebied. Piersma is als onderzoeker verbonden aan de afdeling Mariene Ecologie van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee op Texel en het Centrum voor Ecologische en Evolutionaire Studies van de Rijksuniversiteit Groningen. Een PIONIER-subsidie van NWO gaf hem de afgelopen jaren de kans om z’n belangstellingen voor vogeltrek en het ecologisch functioneren van getijdegebieden om te zetten in diepgaand onderzoek naar de predator-prooi relaties tussen steltlopers en hun ingegraven prooidieren in de Waddenzee en elders op de wereld.

Een veelbeproefde onderzoeksmethode van het NIOZ is het ’s nachts vangen van de wadvogels (zo’n tweehonderd per nacht). De gevangen vogels worden gewogen en krijgen een maagonderzoek. Hieruit valt af te leiden dat de wadvogels grote problemen hebben met de fourage, het vangen van kleine schelpdieren.

Weliswaar heeft de kaalslag in de drukst beviste gebieden tot enkele opgelegde beperkingen geleid, maar tegelijkertijd heeft voormalig LNV-staatssecretaris Odink toestemming gegeven om juist in de beschermde gebieden mechanisch naar kokkels te vissen. Wat dat betreft zal de Kamer voor de vraag komen te staan eindelijk een echte keuze te maken: deze wildernis echt te beschermen of te blijven schipperen tussen economie en ecologie.

Het merendeel van alle onderzoeken laat een nadelige relatie tussen schelpdiervisserij en vogelstand zien. Met name eidereenderen, kanoeten en scholeksters, vogelsoorten die vroeger volop voorkwamen in het Waddengebied, zijn de laatste jaren dramatisch in aantal afgenomen. Met veel natuurbeschermende organisaties beschouwt het NIOZ de Waddenzee als uniek en beschermd natuurreservaat. Om die reden diende het NIOZ vorig jaar een bezwaar in bij de Raad van State tegen de vergunning waarmee kokkelvissers hun oogst mochten binnenhalen. Ook Van Velzen maakte bezwaar tegen het besluit van toenmalig staatsecretaris Odink (LPF) om een vergunning te verlenen. Van Velzen destijds: ‘Odink heeft het Waddengebied als natuurgebied op de helling gezet. Het is onverteerbaar’!


Toevoeging 13 augustus:

Opinieartikel Krista van Velzen: Verbied de mechanische kokkelvisserij