column
Remi Poppe:

Wat we niet zien…

De markt is nerveus. Maar we krijgen geen nerveuze markt te zien. Waar is ‘de markt’ eigenlijk gevestigd? Overal, in New York, Tokio, Amsterdam en zo verder. Dat lijkt veel op een soort internationale dakloze zwerver.

Wel zien we beeldschermen, heel veel beeldschermen. Eindeloze rijen cijfertjes, in groen (is oké) of rood (niet oké). Kennelijk de kleur van de nerveuze markt. Daarachter mannen (meestal) met vochtige bovenlip, die zitten te staren naar die beeldschermen. Een ding is duidelijk. Zijn de cijfertjes rood dan worden veel aandelen verkocht en daalt de prijs. Wat dit wil dit zeggen wordt niet echt duidelijk. Worden die aandelen nu verkocht met winst of verlies? Zijn ze voor een schappelijk prijsje gekocht, kan de ‘paniekverkoop’ toch nog winst opleveren. Daar horen we weinig over. Maar wel dat de beurzen dan kelderen. Dat moet heel erg zijn, om nerveus van te worden.

Maar gelukkig schijnen daar pilletjes voor te zijn. De Europees Centrale Bank stopt geld ‘in de markt’. Amerika mag het plafond van zijn staatsschuld met nog onvoorstelbaar meer miljarden verhogen. Dollars drukken dus. Wordt de markt weer iets minder nerveus is de bedoeling. Dus als veel aandeelbezitters snel hun aandelen verkopen, grijpt de overheid in. Lijkt toch erg veel op monetaire perversiteit. Want als de beurzen weer aantrekken, kopen die aandelenverkopers snel weer aandelen terug, terwijl ze mogelijk een dag eerder hun aandelen helemaal niet met (veel) verlies verkochten. Maar die rijen met rode cijfertjes worden wel minder op de beeldschermen. De beurzen eindigen weer ‘op winst’, voor even blijkt steeds weer.

Wat we niet zien is waar de werkelijke waarde van al die miljarden aan waardepapieren vandaan komt. Alsof geld zomaar kan jongen. En als er weer winsten geboekt worden op waardepapieren, gaat ‘de markt’ dan ook de schulden aflossen? Nooit gezien. Als het goed gaat moesten we altijd zuinig zijn voor later, en als er verliezen zijn moeten we bezuinigen.

We, dat zijn niet de bezwete nerveuze handelaren op de beursvloeren, maar de mensen die werkelijk waardevolle dingen maken. De werkende klasse zoals dat vroeger heette. We zien geen beelden van bezwete hard werkende mensen. Wel van bedrijven in problemen. Het is toch vreemd dat bedrijven die tot voorkort rendabel bleken, plotseling veel minder waard zijn omdat de waarde van hun aandelen dalen. Omdat de markt nerveus is. Het gaat op de beursvloer om emotie, horen we de deskundigen roepen. Of zou het niet zijn omdat met diezelfde ‘emotie’ aandelen voor veel te hoge waarden zijn gekocht door winstgeile beleggers. En vervolgens de directies hun bonussen en vertrekregelingen weer flink konden optrekken. Want ‘hun’ bedrijf deed het immers zo goed, mag je dan even vangen? Windhandel en zakkenvullen zou je moeten noemen als bron van de ellende in plaats een nerveuze markt of de emoties van de aandelenbezitters.

En juist dan is het zo zuur als we zien dat de werkloosheid alleen al in Nederland weer tot boven de 400.000 is toegenomen. Terwijl toch echt producten gemaakt worden waaraan behoefte is en tot voor kort (en nog) ook stevige winsten mee geboekt werden. Onvoorstelbaar is het om te zien dat de wapenproductie (oorlog dus) en handel draait als nooit te voren. Dat hebben we bij meer crisissen van het kapitalistische systeem gezien. Er leven nog maar weinig mensen die de gevolgen daarvan hebben ondervonden. Maar laten we dat niet vergeten!

Betrokken SP'ers