Bekende gezichten Oud-wethouder Heerlen

Riet de Wit

'We wilden de wereld verbeteren. Ja, de héle wereld!'

Riet de Wit

Meer over Riet

'Ik groeide vanaf 1948 op in de Oostelijke Mijnstreek. Er was volop werk, er werden huizen en scholen gebouwd voor de vele mijnwerkers die - vaak uit armoede gedreven-  naar de mijnstreek trokken. Het was een zeer traditionele samenleving waar de mijn en de kerk het voor het zeggen hadden. De standsverschillen en de sociale controle waren enorm. 

Vooral de oorlog in Vietnam maar ook onderdrukkende generaalsregimes in diverse landen en het apartheidsregime in Zuid-Afrika maakten dat ik anders naar de wereld ging kijken. Bovendien werd ik me bewust van de groeiende ongelijkheid in Nederland en de ellende van de mijnsluiting voor oud-mijnwerkers. Ik werd politiek actief samen met enkele vriendinnen van de Sociale Academie in Sittard. We wilden de wereld verbeteren. Ja, de héle wereld!
 
Het allereerste partijblad in Limburg - toen nog de 'Rode Tribune' - verkochten we aan het station van Sittard. Toen er een afdeling kwam in Heerlen sloot ik me daar bij aan. We gingen de buurten in met 'De Rode Tribune' om leden te werven en de afdeling verder uit te bouwen. Dat ging in die traditionele Oostelijke Mijnstreek niet zo gemakkelijk als nu. Toen mijn vader hoorde dat zijn dochter 'met rode blaadjes aan de poort van de Oranje-Nassau- mijn stond' werd dat gezien als een schande, als het vergooien van je toekomst. Een paar jaar later hoorden we op de dag dat we de sleutel moesten ophalen voor een huis dat het niet doorging omdat we actief waren in huuracties.
 
Langzaam maar zeker groeide de afdeling en de SP werd steeds meer een betrouwbare partij voor veel mensen in de stad. Als gevolg van onze intensieve buurtbezoeken ontstonden veel buurtacties. We steunden acties voor betere mijnpensioenen en waren zeer actief op het gebied van de gezondheidszorg, voor een schoon milieu, tegen een militaire NAVO-basis in de Oostelijke Mijnstreek en noem maar op. De grote doorbraak kwam na de acties voor en met oud-mijnwerkers en hun familieleden voor een passende vergoeding voor de beroepsziekte silicose (stoflongen) onder de naam 'Ereschuld Mijnwerkers Nu'.
 
In 1994 groeide onze raadsfractie van drie naar zes zetels en kwam ik in de gemeenteraad. In 2002 leverde de SP voor het eerst twee wethouders en daar was ik er een van. Het was geen gemakkelijke periode. De stad was na de mijnsluiting in het slop geraakt: weinig economisch perspectief, hoge werkloosheid, armoede en tot overmaat van ramp waren we afgezakt tot het harddrugscentrum van West-Europa. In ons stadscentrum durfde 's avonds niemand meer te komen. Er zwierven en sliepen honderden verslaafden. Ik werd verantwoordelijk voor hun opvang. Na twee jaar verliet de SP het college omdat het CDA de laatste geselecteerde opvanglocatie niet wilde volgen omdat een projectontwikkelaar er stevige belangen had.

We kwamen in 2006 terug als de grootste partij in de stad en zetten er onze schouders weer onder. Heerlen heeft nu een gemiddeld drugsprobleem, er is nieuw economisch perspectief, we zijn uitgeroepen tot sociaalste stad van Nederland  en, hoewel er nog veel moet, wordt de stad steeds leuker en krijgt langzaam maar zeker weer een eigen identiteit. 

Sinds kort ben ik gepensioneerd. De SP is nog steeds verreweg de grootste partij in Heerlen. Er is nieuw en jong talent. Ik mag nu nieuwe (raads)leden opleiden en doen wat er in de afdeling gedaan moet worden. 
 
Anders dan ik had verwacht bij de verkoop van de eerste Tribunes en de eerste acties is het  niet gelukt om de héle wereld te verbeteren maar wel om van Heerlen een betere stad te maken en om de positie van veel mensen te verbeteren. En dat blijf ik doen, met de SP.'