Kooiman: aanpak Opstelten criminele jeugdbendes moet beter
Het Openbaar Ministerie moet een vast aanspreekpunt krijgen voor de aanpak van criminele jeugdbendes. Dat wil SP-Kamerlid Nine Kooiman. Criminele jongeren moeten snel vervolgd kunnen worden. Agenten moeten daartoe meer samenwerken.
Minister Opstelten liet eerder weten blij te zijn dat 55 van de 89 criminele jeugdgroepen zijn verdwenen. Waar deze nu zijn gebleven is niet bekend. Wat Kooiman betreft is dat geen bewijs dat zijn aanpak heeft gewerkt: 'Er is geen enkel onderzoek geweest naar de effectiviteit van zijn aanpak. Ik heb gesproken met Utrechtse wijkagenten die elke dag te maken hebben met criminele jongeren. Zij vertellen mij een heel ander verhaal. De huidige aanpak faalt nog op veel punten. Er is daarom nog geen enkele reden tot juichen.'
De wijkagenten lopen tijdens hun werk aan tegen een aantal belangrijke knelpunten, die de effectieve aanpak van criminele jeugdbendes juist tegenwerken. Van hen wordt bijvoorbeeld gevraagd om een lange en inmiddels verouderde vragenlijst in te vullen om te kunnen beoordelen of er sprake is van een criminele jeugdgroep of niet. Als een groep niet voldoet aan een van de hokjes, bijvoorbeeld het hokje "drugs", dan zijn ze niet crimineel. Hoe gewelddadig ook. Kooiman: 'En dat niet alleen. De groepen worden steeds slimmer en werken echt niet meer altijd op een plek. Ze verplaatsen zich door heel Nederland en worden de ene keer in Den Haag opgepakt en de andere keer in Utrecht. De minister moet dus nog eens kritisch kijken naar de manier waarop deze bendes het best in kaart gebracht kunnen worden.'
Update: Tijdens het debat heeft minister Opstelten de SP beloofd om de inmiddels 14 jaar oude vragenlijst voor wijkagenten te vernieuwen en te verduidelijken. Hierover wordt contact opgenomen met alle grote steden. Daarbij wordt ook bekeken of wijkagenten meer kunnen samenwerken. De minister staat welwillend tegenover een vaste officier van justitie, zodat de wijkagenten een duidelijk aanspreekpunt hebben.