column
Ronald van Raak:

Bevrijd jezelf van de politieke modes

Ronald van Raak

De politiek deint mee met de modes van de dag. In de Tweede Kamer klinken verschillende geluiden, maar vaak blijken dat variaties op dezelfde thema’s. Van politici en journalisten, ambtenaren en lobbyisten die elkaar in hun eigen verhalen bevestigen. Zoals het ‘neoliberalisme’, het idee dat de markt de samenleving beter zou kunnen organiseren dan de mensen. Ik loop rond op het Binnenhof sinds 2000, het jaar dat ik actief werd voor de SP. Al die tijd moest ik opboksen tegen een ideologie gebaseerd op een geloof in de ‘vrije’ en ‘rationele’ mens en het idee dat individuele keuzes op een vrije markt als vanzelf zullen leiden tot het grootste goed voor iedereen.

Modes komen en gaan en dat geldt ook voor politieke modes. Politici van links tot rechts nemen nu afstand van het neoliberalisme. Ik ben daar blij mee, omdat in de politiek eindelijk ruimte komt voor alternatieven. Al jaren riepen wij dat ‘de zorg geen markt is’, maar voor die opvatting bleek in Den Haag geen ruimte. Nu uit bijna elke partij kritiek op het marktdenken in de zorg en kan eindelijk het debat over een alternatieve politiek serieus worden gevoerd. Ik vind het goed als mensen politiek bedrijven vanuit bepaalde beginselen - dat doe ik ook. Maar dan moeten politici zich ook bewust zijn van de beperkingen van het door hen gekozen model. Neoliberalen bleven te lang blind voor het falen van de markt en de groeiende tweedeling in de samenleving. Als kritiek op het dominante denken niet mogelijk is en alternatieve geluiden worden genegeerd, kunnen fouten ook niet worden gecorrigeerd.

Het valt niet altijd mee om politieke modes te herkennen, ook omdat mensen in de (sociale) media vaker naar bevestiging zoeken voor hun opvattingen dan kritiek accepteren. Zeker als politicus is het belangrijk om jezelf zo nu en dan te bevrijden van de politieke modes. Dat kan op allerlei manieren en voor elke politicus zal dat weer anders zijn. Wat ik leuk vind is het lezen van filosofen, het liefste denkers van wat langer gelegen. Kijkend door de bril van anderen komen ook jouw ideeën in een ander daglicht te staan. Geconfronteerd met denkbeelden uit het verleden kun je beter de eigenaardigheden zien van onze eigen tijd. Ook schrijf ik graag over oude filosofen, zeker over Nederlandse denkers. Zoals Ferdinand Domela Nieuwenhuis, die een heel eigen vorm van socialisme organiseerde, waarbij hij zich liet inspireren door sociaal bewogen denkers als de schrijver Multatuli en de filosoof Moleschott. 

Maandag verschijnt ‘Denken op de dijken. Het Nederland van de filosofen’. Een boek over de filosofie in ons land van de Middeleeuwen tot aan de Tweede Wereldoorlog. Met een breed pallet aan denkbeelden: van het humanisme van Erasmus tot het socialisme van Domela Nieuwenhuis; van het liberalisme van Thorbecke tot het sociale denken van Multatuli; van de extreemrechtse Bolland tot de communist Mannoury. Waarom werd in ons land Spinoza zo gehaat en waarom was de leer van Newton hier zo populair? Waarom had de conservatieve historicus Johan Huizinga zoveel kritiek op de Nederlandse samenleving en was de Duitse vluchteling Helmuth Plessner juist zo enthousiast over het denken in ons land? Dat zich volgens hem kenmerkte door een afkeer van al te grote dogma’s: ‘Waar ter wereld laat een volk zich moeilijker door grote woorden en ideologieën het hoofd op hol brengen dan in Nederland?’

Je hoeft geen filosoof te zijn om dit boek te lezen, een interesse in de geschiedenis helpt wel. En bovenal een belangstelling voor ons land. Wat werd op onze dijken door de eeuwen heen zoal gedacht en wat zegt dat over de politieke cultuur in ons land? Iemand vroeg mij laatst hoe ik als Kamerlid de tijd had om zoveel te lezen en te schrijven. Voor mij is het precies andersom, ik heb dat juist nodig om dit werk goed te kunnen doen. Ruimte maken om na te denken en mezelf te bevrijden van de politieke modes van de dag. En om mezelf en mijn beginselen scherp te houden.


Het boek is nu alvast te bestellen in de webshop

Betrokken SP'ers