publicatie

Tribune 04/2012 :: Jan Marijnissen in gesprek met architect Hans Semeijn over architectuur en het nieuwe partijbureau van de SP

Tribune, april 2012

Interview

Jan Marijnissen in gesprek met architect Hans Semeijn over architectuur en het nieuwe partijbureau van de SP

‘Ik vind het gebouw erg bij jullie passen’

Tekst: Jan Marijnissen

Foto’s: Paul Peters

Op 15 juni is de officiële opening van het nieuwe partijbureau in Amersfoort. Maar wie heeft het gebouw ontworpen? Welke problemen deden zich voor? En heerst er tevredenheid over het bouwproces en het resultaat?

 

‘2010: Het werd niet voor niks de bunker genoemd’

 

2012: ‘We wilden zeker niet een braaf gebouw’

We zitten aan een tafeltje in de felle lentezon. Plaats van ontmoeting is het terras van café-restaurant Amershof aan de Snouckaertlaan in Amersfoort. De lokaliteit heeft twee jaar dienst gedaan als plek van samenkomst van de stuurgroep die de begeleiding van de aankoop en de verbouw van het nieuwe partijbureau namens de partij verzorgde. Het gebouw, een voormalig Rabobank-kantoor, ligt op honderd meter afstand en is vanaf het terras goed te zien.

Het gebouw uit de jaren zeventig is van de architect Leo Heijdenrijk. Hij rekende zich tot de Hollandse structuralisten.

‘Dat zegt me eerlijk gezegd niet veel.’

 

Hans Semeijn - foto: Bram Petraeus

Het gebouw bestond eigenlijk helemaal uit beton.

‘Ja. Het was echt een product uit de jaren zeventig: in de fabriek geprefabriceerde constructiebouw. Het ging toen vooral om snel bouwen. Dat kon je ook zien aan de details. De schuin aflopende gevelplaten bijvoorbeeld. Die zou je uit technisch oogpunt niet verwachten, maar als je aan het ontkisten denkt wel. Ook naar de duurzaamheid en het onderhoud van het gebouw is slecht gekeken.’

Toen we hier twee jaar geleden voor het eerst waren, zag je het toen al meteen zitten met dit gebouw?

‘Nou, het was zo lelijk dat ik ervan schrok. Ik wist in eerste instantie echt niet wat ik ermee aan moest. En dan heb ik het over de eerste kennismaking met de buitenkant. Ik dacht: alle gevelplaten eraf, zodat we een betonconstructie overhouden en dan opnieuw beginnen. Maar toen wij naar binnen gingen, ging er een wereld voor me open. Door de transparantie naar buiten toe en de openheid van de plattegronden, zag ik meteen mogelijkheden. Zeker ook door de splitlevel-opzet (verspringende verdiepingen aan de twee kanten van het trappenhuis –JM) en de constructie van het gebouw begon ik de verbouw steeds meer als een uitdaging te zien.’

Van binnen oké, maar van buiten was het nog steeds niet om aan te zien. Het gebouw werd niet voor niks ‘de bunker’ genoemd.

‘Er zijn allerlei voorstellen langsgekomen: met strekkenmetalen, met baksteen, en uiteindelijk wat het geworden is. We wilden zeker niet een braaf gebouw. Langzaam ontstond het idee om het gebouw in te pakken en te stukadoren. Ook dan heb je de mogelijkheid het gebouw een heel ander aanzien te geven. Je loopt dan wel snel tegen andere problemen aan, bijvoorbeeld de kwetsbaarheid van de gevel. Voor het begane grond­niveau aan de Stationsstraat moesten we dus iets anders bedenken. En dat is uiteindelijk de hoge plint van natuursteen geworden.’

Daarmee was er een oplossing voor de buitenkant, maar je besloot ook nog een vide te maken en een verticale opening naar buiten bij het trappenhuis.

‘Dat komt doordat ik al bij het eerste bezoek in de gaten kreeg dat iedereen steeds iedereen kwijt was. De oriëntatie binnen het gebouw was een ramp. In het trappenhuis wist je niet waar je was. Daarom hebben we het trappenhuis met 1.20 meter vergroot, op alle verdiepingen vloervelden er uit­gezaagd, en de gevel bij het trappenhuis open gemaakt. Daardoor komt er nu daglicht in het trappenhuis en kun je je overal goed oriënteren.’

Zijn er nog meer belangrijke veranderingen aangebracht aan het pand?

‘Op de begane grond aan de kant van de Snouckaertlaan hebben we de hele borstwering weggehaald, zodat het zo transparant mogelijk is.’

Dat betekent dat alle vergaderingen van de buitenkant te zien zijn?

‘Maar dat is toch waar de SP voor staat: transparantie.’

Is er rekening gehouden met duurzaamheid?

‘Het gebouw hebben we laten staan, en door de isolatie eromheen is het energetisch voortreffelijk. Alle puien zijn vervangen, net als het glas. Er is een warmte-koudeopslag aangelegd en een warmtewiel bij de lucht­behandeling. We hebben sedum aangebracht op het dak. Als het gebouw destijds label G had, dan heeft het nu label A.’

Was dit een spannend project voor je?

‘In het begin zeker ook spannend, maar voor de rest toch vooral een aangenaam project. Het is een zeer ontspannen proces geweest, waarbij alle partijen goed tot hun recht zijn gekomen. De samenwerking met jullie en jullie vertegenwoordiger Rolf de Poel was uitstekend, en ook de samenwerking met de aannemer in bouwteamverband heeft goed gewerkt. Al met al is het allemaal heel ontspannen gegaan. En ik kan je verzekeren: dat gaat soms wel eens anders.’

 

2012: Snouckaertlaan 70, 3811 MB Amersfoort

 

Voor een boterham in de zon op het dakterras

Ik heb je meerdere malen horen praten over de industriële uitstraling van het gebouw.

‘Nou, het is een sober gebouw. Het is minimalistisch, van binnen en van buiten. Er is geen afwerking van het plafond, alle installaties zitten in het zicht. De vloer is bijna overal gewoon beton, net als delen van het interieur. Het is dus vooral de sfeer die ik wil omschrijven met het begrip industriële uitstraling.’

Ben je tevreden met het eindresultaat?

‘Ja, zeker. Ik vind het erg bij jullie passen, bij de mensen van de SP die ik heb leren kennen. En als jullie de SP zijn, past het gebouw uitstekend bij de SP.’

En hoe is het voor een architect als zijn werk is volbracht?

‘Doodzonde dat het proces ten einde is. Het is moeilijk afscheid nemen. Het is als een ouder die geconfronteerd wordt met een kind dat het ouderlijk huis verlaat. Melancholie.’

Stuurgroep

Hans Semeijn (1951) studeerde aan de HTS in Tilburg en aan de TU Eindhoven. In 1979 trad hij in dienst bij architectenbureau De Twee Snoeken, in Den Bosch. In 1985 werd hij daar architect-directeur.

De genoemde stuurgroep bestond uit de adviseur van de SP Rolf de Poel, namens De Twee Snoeken architect Hans Semeijn, toezichthouder André Kaasjager en interieurontwerpster Charlotte Engelkamp, oud-wethouder Jules Iding, penningmeester Rosita van Gijlswijk, Paul Peters en schrijver dezes.