publicatie

Tribune 1/2010 :: Plastic held op sokken

Tribune, januari 2010

Kunststof scheiden

Plastic held op sokken

Vanaf deze maand moet kunststof verpakkingsafval gescheiden worden van de rest van het huishoudelijk afval. ‘Plastic Heroes’ heet de campagne die dat moet bevorderen. Doeltreffend, of too little too late?

Tekst: Herman Damveld Foto: Chris Jordan

De Kunststofarchipel, ook wel de plastic soep genoemd, is een gebied vol afval in het noorden van de Grote Oceaan. De soep bestaat uit enorme hoeveelheden plastic die door de verschillende zeestromingen op deze plek bijeen zijn gedreven. Dagelijks komt er plastic bij. Fotograaf Chris Jordan fotografeerde de overblijfselen van jonge albatrossen in de regio. Jaarlijks sterven er tienduizenden aan het eten van plastic.

400.000 ton. Dat is het totaalgewicht dat Nederland jaarlijks aan kunststof- en plasticverpakkingen weggooit. Daarbij kunnen we denken aan drankflesjes, shampooflacons, patatbakjes, boterkuipjes en folie. Om deze afvalberg te verminderen moeten we die verpakkingen sinds 1 januari scheiden van de rest van het huishoudelijk afval, zo staat in de overeenkomst tussen de overheid, de Nederlandse gemeenten en de verpakkingsindustrie. Daartoe startte de overheid onder het motto Plastic Heroes een grootscheepse campagne. Een stoer oranje plastic poppetje met de handen in de zij werd gelanceerd, begeleid door de tekst: ‘Plastic afval kun je beter scheiden’. Ongetwijfeld, maar het hoe en waarom bleef onduidelijk.

Jannie Visscher, wethouder in Groningen, ziet niets in genoemde overeenkomst. Ten eerste zijn er praktische problemen: “We hebben in de binnenstad van Groningen zoveel mogelijk ondergrondse containers voor huishoudelijk afval. Daar kan geen container meer bij voor plastic afval, er is gewoon geen plaats voor.” Een structurele oplossing voor het afvalprobleem levert de overeenkomst volgens Visscher evenmin: “In mijn ogen is het dweilen met de kraan open: er is geen enkele prikkel om afvalproductie te voorkomen, ook niet om over te schakelen op meer milieuvriendelijke verpakkingen. Wij hebben gepleit voor brongerichte maatregelen, zoals statiegeld. Alleen daarmee maak je het probleem kleiner. Visscher verwijst naar een afgelopen najaar gehouden congres van de VAOP, een vereniging van 175 gemeenten die de krachten bundelt bij de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval. “Daar werd gevraagd wie er voor statiegeld was. Dat wilde de hele zaal. Maar ik vrees dat het statiegeld er niet komt. De rijksoverheid, het ministerie van VROM, heeft helaas te veel macht gegeven aan het bedrijfsleven, dat geen statiegeld wil. De huidige gang van zaken is niet goed voor het milieu, wel voor de portemonnee van het bedrijfsleven.”

Succesvolle methode stuit op kritiek van het bedrijfsleven

De gemeente kan kunststof of plastic scheiden door het huis-aan-huis in te zamelen, door aparte containers te plaatsen of via de zoge-heten nascheiding. De gemeenten Grootegast, Leek en Marum kregen tijdens het VAOP-congres de Recycling Award voor hun milieuzak, omdat ze daarmee een recordomvang inzamelen. Ruim negen van de tien inwoners doen mee. Maar uitgerekend deze succesvolle methode stuit op kritiek van het bedrijfsleven, omdat in de milieuzak ook sappakken worden verzameld. Daarom krijgt de gemeente hiervoor een lagere vergoeding dan gebruikelijk voor kunststof afval.

“Eén methode is de plastics achteraf uit het afval te halen met onze moderne scheidingstechnieken”, leggen Leon Dirrix en Carlijn Lahaye van Essent Milieu uit: “Het wordt betaald uit de in 2008 ingevoerde Verpakkingenbelasting. Op iedere plastic verpakking of draagtasje zit een kleine belasting. Het geld gaat naar het opgerichte Afvalfonds, dat beheerd wordt door de Vereniging Nederlandse Gemeenten en Nedvang. Dat staat voor ‘Nederland Van Afval Naar Grondstoffen’. Nedvang is opgetuigd door de verpakkingsindustrie om het verpakkingenbesluit uit te voeren. De gemeenten konden kiezen voor scheiding achteraf, zoals Essent Milieu dat doet, maar dan moesten ze wel voor 1 maart van dit jaar een contract hebben afgesloten met een installatie die op 1 mei 2009 zou werken met bewezen technieken.”

Vooruitlopend op het overheidsbeleid heeft Essent Milieu in Groningen een nascheidingsinstallatie gebouwd en twee jaar geleden begon het bedrijf daar proeven mee te doen. De nascheiding is een in Duitsland gangbare technologie bij het sorteren van kunststof materialen. Essent Milieu zet deze bewezen techniek in voor het nascheiden van kunststoffen uit huisvuil. De proeven zijn eerder dit jaar afgesloten en de nascheiding is nu een onderdeel van het productieproces. “We hebben het bewijs geleverd dat het technisch kan, we zijn nu nog bezig de installatie verder te optimaliseren,” legt Lahaye uit. Vijf gemeenten in het samenwerkingsverband Afvalbeheer Regio Centraal Groningen (ARCG) en zestien indivi-duele Groningse gemeenten, samen goed voor 72 procent van de bevolking van deze provincie, hebben ervoor gekozen zich aan te sluiten bij de nascheidingsinstallatie van Essent Milieu. Voor de burger verandert er dus niets; geen aparte afvalbak of zak voor plastic afval in huis of geloop naar een aparte container in dorp of stad. Behalve Groningen heeft in Nederland alleen Omrin in Oudehaske een nascheidingsinstallatie. Nascheiding heeft een belangrijk voordeel voor het milieu ten opzichte van bronscheiding: er zijn geen extra vrachttransporten nodig zijn om de gescheiden aangeboden kunststoffen af te voeren.

“Als de afzet van deze producten stagneert, komt er niets van hergebruik terecht”

“De proeven hebben aangetoond dat met nascheiden een grotere hoeveelheid recyclebare kunststoffen kan worden teruggewonnen dan tot nu toe bij broninzameling het geval is. Bij inzameling aan de bron gaat het om de doelstelling dat jaarlijks zo’n zeven kilo plastic per inwoner geschikt is voor hergebruik. Wij hebben hier bij de nascheiding als doel om jaarlijks tien kilo terug te winnen voor hergebruik,” stelt Lahaye. Dat is overigens minder dan wat de inwoners van genoemde gemeenten Grootegast, Leek en Marum jaarlijks inzamelen. Scheiding aan de bron en vooral statiegeld zijn dus het beste, maar dan moet wel iedereen meewerken.

Overigens: niet alle kunststof verpak-kingen zijn geschikt voor hergebruik. Neem de pakken melk of frisdrank. Sinds een tijd hebben die schenkdoppen van de kunststof PE, hetzelfde materiaal als aan de binnenkant van de pakken wordt gebruikt om er voor te zorgen dat de verpakking lekdicht is. De buitenkant van de verpakking bestaat uit karton. Verpakkingen die bestaan uit een combinatie van kunststof met bijvoorbeeld karton zijn minder geschikt voor hergebruik. Die verpakkingen worden in Groningen dan ook niet afgescheiden, maar gaan naar de vuilverbranding.

Dirrix legt uit wat er met de kunststoffen gebeurt die ze wel hebben afgescheiden: “Dit gaat onder meer naar de firma Plastinum in Emmen. Daar is een nieuwe techniek ontwikkeld, die het mogelijk maakt van de mix aan kunststoffen één nieuw soort kunststofkorrel te maken ondanks de verschillende eigenschappen van die stoffen. Uit die kunststofbrei, dat granulaat, maken ze diverse nieuwe producten zoals emmers, fleecekleding, speelgoed, dashboard van auto’s, tennisballen of mobiele telefoontjes.”

“Dat is mooi”, zegt Visscher, “en gegeven het Rijksbeleid is nascheiding het beste wat we in Groningen kunnen doen. Maar wat als de afzet van deze producten stagneert? Ik vrees dat het plastic dan alsnog naar de afvalverbranding gaat en dat er op die manier niets van hergebruik terechtkomt.”

Lopende banden

De scheidingsinstallatie van Essent Milieu te Groningen valt op door verschillende lopende banden en ronddraaiende trommels waar huisvuil doorheen gaat. In een stoffige, industriële omgeving als deze is een helm op het hoofd en een stofkapje voor de mond verplicht.

Carlijn Lahaye van Essent Milieu wijst op de opspringende plastic flessen die we kunnen zien door een kijkgat. Ze legt uit hoe de technologie werkt: “We hebben infrarood licht boven de lopende band met afval. Detectieapparatuur met de infraroodscanner zendt een lichtstraal uit naar de lopende band. Het licht weerkaatst en de apparatuur herkent zo de diverse soorten kunststoffen. Aan het einde van de lopende band zitten blaasmondjes. Als een bepaalde soort kunststof wordt herkend, blaast een korte, krachtige luchtstoot binnen een fractie van een seconde de plastic fles weg naar een sorteerbak. Via de sorteerbak gaat het plastic naar een balenpers. In een aparte stroom scheiden we folies af. Dat zijn bijvoorbeeld de plastic draagtasjes en de overige folieverpakkingen. Het gebeurt via een soort grijphandjes, waarvan de officiële naam filmgrabber is.”