publicatie

Tribune 09/2009 :: Prinsjesdag 2009

Tribune, oktober 2009

Jongeren

Na de koningin is het woord aan U

Prinsjesdag 2009

Foto's: Bas Stoffelsen Tekst: Willem Bos

Wie gaat de crisis betalen? Dat is de centrale vraag die de komende jaren de politiek in Nederland zal bepalen. In de Troonrede en de Miljoenennota heeft het kabinet duidelijk gemaakt hoe ernstig de gevolgen van de crisis zijn. De regeringspartijen proberen de geesten rijp te maken voor een ongekende bezuinigingsoperatie. Nadat de banken en de aandeelhouders zijn gered, is het nu aan de ouderen, de werknemers, de studenten en aan iedereen die gebruik maakt van de zorg, het onderwijs en andere gemeenschaps­voorzieningen om op te draaien voor het redden van de banken. De SP begon al op Prinsjesdag zelf om een tegengeluid te mobiliseren.

Terwijl de toeschouwers van de rijtoer en de balkonscène met hun inmiddels wat verkreukelde oranje hoedjes en vlaggetjes weer op weg zijn naar huis en in het gebouw van de Tweede Kamer de aanvoerders van de politieke partijen onder leiding van Ferry Mingelen in debat gaan over Troonrede en Miljoenennota, staat op het Plein, net voor de ingang van het parlement, een tent waar SP'ers zich opmaken om de mening van gewone mensen te horen. ‘Na de koningin, het woord aan U’, is het motto van de bijeenkomst.

Op het podium interviewt Jan Marijnissen mensen uit allerlei sectoren van de maatschappij. Ook de mensen in de zaal komen veelvuldig aan het woord. In een hoek van de tent kan iedereen een foto laten maken met zichzelf op de koninklijke troon en deze vergezeld laten gaan van een bondige mening. De Haagse band De Flamingo’s zorgt voor vrolijke klanken en er is natuurlijk soep. Tomatensoep.

“Hoe gaan we dat nu veranderen?”

Een van de mensen die aan het woord komen is Erik Römer, docent op een MBO-school in Noord Holland. Hij vertelt hoe er nu gewerkt wordt aan een fusie van zijn school met een andere, zodat er een opleiding met maar liefst 21 duizend leerlingen zou komen. “In het verleden met de vorming van Regionale Opleiding Centra’s was ook het verhaal dat dergelijke fusies tot enorme bezuinigingen zouden leiden, maar die ROC’s zitten nu ook in grote financiële problemen. Nu is de oplossing dat die ook weer moeten fuseren. Er zou dan een vierkoppig bestuur komen, die mensen gaan hartstikke veel verdienen en de mensen op de werkvloer en de leerlingen komen op de tweede plaats.”

Römer heeft ook grote vraagtekens bij het zogenoemde competentiegericht leren. “We krijgen grote gebouwen, honderden computers en de leerlingen moeten het voor een groot deel maar zelf uitzoeken’, zegt hij. “Maar,” onderbreekt

Marijnnissen hem, “hoe gaan we dat nu veranderen?” Römer is daar niet optimistisch over, de actiebereidheid in het onderwijs is niet groot, de mensen zijn lamgeslagen. Hij krijgt bijval uit de zaal. “De uitholling van het vak van docent leidt ertoe dat mensen uit het onderwijs gaan, of zich er niet meer in herkennen.”

“Hoe heeft het toch zo ver kunnen komen”

De buschauffeur, de politieagent, de student, de postbode en de vele andere geïnterviewden geven eigenlijk allemaal hetzelfde beeld. Afbraak en verschraling van de voorzieningen in de afgelopen jaren en de angst dat het de komende jaren nog veel erger zal worden. “Hoe hebben we het toch zo ver laten komen”, is een zin die vele malen te horen is uit de mond van Jan Marijnissen.

“Het wordt een lange weg”, zegt Gerard Oosterwijk van de studentenbond LSVB. “Er is al jaren niet meer gedemonstreerd, maar we hebben nu acties gepland. We moeten daar nu weer gaan staan om voor onze belangen en voor beter onderwijs op te komen.”

Rob van der Post (die al 37 jaar werkzaam is bij het postbedrijf en als vakbondsman een centrale rol speelt in de strijd voor het behoud van loon en arbeidsplaatsen bij de post) vertelt over de loonsverlaging van vijftien procent die TNT voor de post­bodes in petto had. “En dan is de werk­gever verbaasd dat de mensen dat niet pikken.” Een meerderheid stemde tegen het akkoord waarin deze loonsverlaging was opgenomen. “Het belangrijkste is,” benadrukt hij, “dat de mensen met respect behandeld worden.” Hij haalt de grote actie van postbodes in Utrecht in herinnering en benadrukt dat er in de toekomst nog meer acties komen. “Want het kan niet zo zijn dat postbode een uitstervend beroep is.”

Tijd voor actie

Ook Egbert Schellenberg van FNV bondgenoten wijst op het belang en de noodzaak van acties. Hijzelf speelde een belangrijke rol bij de acties bij Shell in 2005. Ook toen ging het over verslechtering van de AOW-leeftijd. Dankzij een staking van vier dagen werd dat toen tegengehouden. “En nu moeten we weer aan de bak om een verhoging van de pensioenleeftijd tegen te gaan.” De enige manier om dat te doen is actie, zo benadrukt de vakbondsman. Hij wijst op 2004. “Toen stonden we met 50 duizend mensen op een doordeweekse dag op de Coolsingel en dat was de aanloop naar het Museumplein. Het is duidelijk dat als de SER er niet uitkomt en er geen alternatief voor de AOW-plannen van het kabinet komt, we in oktober weer de barricade op moeten, er weer acties moeten komen.” Want: “Dat is de enige manier om dit kabinet aan zijn verstand te brengen dat 65 echt 65 moet blijven.” Hij wijst op de door de FNV geplande werkonderbre­kingen op 7 oktober, de zogenoemde 65-minuten­acties. “En dat is pas de aftrap voor de echte acties die daarna moeten volgen.”

Troontelefoon

Terwijl in de SP-tent op het Plein deze woorden te horen zijn, zitten even verderop in het gebouw van de Tweede Kamer SP-Kamerleden achter de telefoon. Zij beantwoorden de bellers die hun mening geven over de Troonrede. “Bezorgdheid en angst”, zegt Emile Roemer, gevraagd naar de teneur van de reacties. “De mensen zijn onzeker over wat er op ze afkomt.” “De eerste beller die ik aan de lijn kreeg,” vertelt het Kamerlid uit Boxmeer, “begon met te zeggen dat de oppositie niet zo negatief moet zijn. Maar als je dan verder praat blijkt dat diezelfde meneer zich óók grote zorgen maakt over de zorg en het onderwijs en dat hij het plan voor het verhogen van de pensionleeftijd naar 67 jaar schandalig vindt.”

Het is duidelijk dat de crisis en de plannen van het kabinet veel mensen schrik aanjagen en dat de onvrede en de ongerustheid groot is. De vraag is hoe die onvrede omgezet kan worden in actie tegen de kabinetsplannen. Daarvoor zullen we, zoals de koningin het zo mooi zei in de Troonrede, met ons allen onze schouders eronder moeten zetten. Onder de acties wel te verstaan.