Tribune 5/2002 Moordend cynisme - Asbestmultinationals onder vuur

h5 { color: #336699; font-size: 11pt; padding-right: 12px; padding-left: 12px }

Tribune 31 mei 2002

Tekst Johan van den Hout Foto Richard Spoor

'De grote asbestbedrijven kunnen alleen met een internationale campagne aangepakt worden,' is de stellige overtuiging van de Zuid-Afrikaanse advocaat Richard Spoor, die veel asbestslachtoffers bijstaat in hun eis voor financiële compensatie voor de ellende waarin ze verkeren. 'Als je de ondernemingen land voor land aanpakt, glippen ze steeds door je vingers. Het zijn vaak dochters van multinationals; een koud kunstje om die te verhuizen of desnoods failliet te laten gaan. De slachtoffers vissen dan achter het net en het land blijft zitten met enorme vervuiling van het milieu.' Voor de plaatselijke bevolking zijn de gevolgen ronduit rampzalig. Spoor: 'De gemeenschappen van mijnwerkers leven in extreme armoede. Veel kompels zijn op zeer jonge leeftijd al besmet en sterven als ze veertig zijn aan asbestkanker. Dan laten ze een jong gezin achter, zonder inkomen, zonder toekomst. Vaak woont zo'n gezin in een huis van het bedrijf en dat raken ze dan ook nog kwijt.'

Zuid-Afrika is een van 's werelds grootste asbestproducenten én een land waarin het leven van een (zwarte) mijnwerker erg weinig waarde had. De gevolgen daarvan zijn onthutsend. Onder de oud-mijnwerkers van de inmiddels gesloten Cape-mijn bijvoorbeeld, zijn op dit moment ruim 7500 asbestslachtoffers geïdentificeerd. Volgens Spoor is dat niet meer dan het topje van de ijsberg. 'Zeker tachtig procent van de werknemers waren migranten en die zijn amper op te sporen. Statistieken over het werkelijke aantal slachtoffers bestaan niet, maar dat het een veelvoud moet zijn van die 7500 is wel duidelijk.' De productiepiek van Cape lag in 1977. Toen waren er veertienduizend mensen in dienst. Ervaring heeft geleerd dat in de asbestmijnen uiteindelijk tussen de 25 en 45 procent van de arbeiders overlijdt aan asbestkanker, meestal mesothelioom, die besmet zijn via asbestvezels op de kleding van de mijnwerkers. En vergeet niet dat er nu nog dagelijks besmetting plaatsvindt, omdat het asbestafval open en bloot in de omgeving ligt te verstoffen. Wat slachtoffers betreft is deze ramp tientallen malen erger dan Tsjernobyl.

‘Het is alsof je met een mitrailleur op een menigte schiet en dan beweert dat het geen moord is, omdat je niet van tevoren wist wie je zou raken’

Iedere mijnwerker in Zuid-Afrika ondergaat om de twee jaar een medische test. Als daarbij het begin van asbestose wordt ontdekt, volgt direct ontslag. Spoor: 'Je bent dan je inkomen en je woning kwijt, maar een vergoeding zit er niet in. Daarvoor moet eerst aangetoond worden dat er een relatie is tussen de ziekte en het werken in een asbestmijn. Voordat het zover is, overlijdt de oud-werknemer vaak aan bijvoorbeeld tuberculose, door afgenomen weerstand en aantasting van de longen. Vervolgens kunnen ook de nabestaanden een compensatie wel vergeten, want doodgaan aan tbc, daarvoor wordt de werkgever niet verantwoordelijk gesteld.'

Spoor oordeelt bitter over de handelswijze van de asbestbedrijven. 'Vanaf 1960 wist Eternit - de grootste asbestmultinational ter wereld - al precies hoe levensgevaarlijk asbest is. Toch werd doorgegaan met de productie en verwerking ervan. Het is alsof je met een mitrailleur op een menigte schiet en dan beweert dat het geen moord is, omdat je niet van tevoren wist wie je zou raken.' Ook de Zuid-Afrikaanse overheid draagt volgens de advocaat een grote verantwoordelijkheid. Spoor pakt er een rapport bij van de gezondheidsinspectie uit de jaren zeventig. 'Kijk, in dit onderzoek zijn 59 asbestvezels per kubieke centimeter lucht gemeten, dat betekent dus 59 miljoen in een kubieke meter. Precies wat een mens in een uur tijd inademt. Reken even door: 420 miljoen vezels per werkdag, ruim twee miljard vezels per week! Het is onmogelijk om dan niet besmet te raken, absoluut onmogelijk. Toch deed de inspectie niets met de gegevens.'

De machtswisseling in Zuid-Afrika heeft de problemen niet opgelost. Spoor: 'De winning van asbest gaat nog steeds door. En waar mijnen gesloten zijn, verloopt het opruimen van het achtergebleven asbest erg langzaam en werken de mensen die dat moeten doen zonder enige bescherming. We weten nu dus al wie de volgende slachtoffers zijn.' Spoor bepleit Europese hulp: een missie van deskundigen, die de situatie onderzoekt en adviezen geeft.

Met het indienen van claims, probeert advocaat Spoor de werkelijke kosten daar te leggen waar ze thuishoren

De advocaat kijkt verder dan zijn dagelijkse werk, dat vooral draait om het eisen van compensatie voor slachtoffers. 'Uiteindelijk gaat het natuurlijk om het grotere plaatje, de economie. Helaas zijn er nog maar weinig mensen en organisaties die daarover durven te praten. Met asbest wordt geld verdiend en veel ook. Mijnbouwbedrijven produceren grondstoffen in de Derde Wereld, maar van de winst die zij maken blijft in die landen niets achter. De werkelijke kosten daarentegen zijn enorm: het milieu wordt verwoest en duizenden mensen worden de dood in gejaagd. Al die kosten zouden in rekening gebracht moeten worden. En als dat betekent dat deze bedrijven in de Derde Wereld gesloten zouden worden, of zich als investeerder terugtrekken, dan is dat prima. Activiteiten als asbestwinning zijn namelijk erg slecht voor de ontwikkelingslanden. Natuurlijk hebben ze buitenlandse investeringen nodig, maar niet als die uiteindelijk meer kosten dan opleveren.' Met het indienen van claims bij bedrijven die onverantwoord opereren probeert Spoor de werkelijke kosten daar te leggen waar ze thuishoren. 'En dat geldt niet alleen voor asbest, maar voor álle grondstoffen: zink, goud, noem maar op. Claims maken de maatschappelijke kosten zichtbaar. Maar nog beter is het opvoeren van milieu- en gezondheidseisen in de Derde Wereld. Dan werk je preventief, maak je de kosten vooraf duidelijk en vooral, dan bescherm je de werknemers en het milieu.'

‘Het is cynisch om in Nederland van Eternit te horen dat ze het asbestgevaar onderkennen, terwijl ze twee landen verderop gewoon doorgaan’

De brede internationale samenwerking die nodig is om asbestbedrijven wereldwijd aan te pakken, begint langzaam van de grond te komen. Ook de Nederlandse reis van Spoor paste daarin. De advocaat was hier om te overleggen met onder anderen het FNV Bureau Beroepsziekten en de SP, waar Bob Ruers zijn gesprekspartner was. Ruers is Eerste Kamerlid, advocaat en sinds jaar en dag anti-asbestactivist. 'Het wereldwijd aanpakken van Eternit is moeilijk, maar absoluut noodzakelijk. De werkwijze van dat bedrijf is misschien wel de meest weerzinwekkende uitwas van de neoliberale globalisering. Wordt asbest in Nederland verboden, dan gaan ze in België doodleuk verder. Verbiedt Frankrijk de productie, dan verhuizen ze naar Brazilië. Het is dan uitermate cynisch om in Nederland van Eternit te horen dat ze het gevaar van asbest volledig onderkennen, terwijl ze twee landen verderop gewoon doorgaan.'

Ruers is momenteel bezig met een internationale inventarisatie van alle informatie die over Eternit bekend is. Een enquête onder allerlei anti-asbestcomités moet inzicht bieden in het spoor van vernielingen dat het bedrijf de wereld nalaat en ook in de acties die ertegen ondernomen worden. Een hele klus, want Eternit heeft vestigingen in zeventien landen en is zelf slechts één van de maar liefst 88 ondernemingen van de Etex Group. Ruers: 'Volgend jaar wil ik een internationaal symposium organiseren om de resultaten van die inventarisatie te bespreken en de volgende stap te zetten naar een internationale strategie voor de strijd tegen asbest. De aanpak van Richard Spoor is daarbij heel belangrijk. Je kunt inderdaad met juridische acties mensen mobiliseren en tegelijkertijd bedrijven onder druk zetten. Claims zullen dus zeker onderdeel uitmaken van zo'n internationale strategie. Maar misschien moeten we ook nadenken over boycots of andere consumentenacties.'

Onlangs werd duidelijk hoe effectief zoiets kan zijn. Tijdens zijn bezoek aan Londen werd Spoor benaderd door een vertegenwoordiger van GEFCO, een voormalig asbestbedrijf in Zuid-Afrika dat haar hele vermogen inmiddels heeft ondergebracht in platinamijnen. Spoor had aangekondigd mogelijk claims in te zullen dienen voor de asbestslachtoffers van GEFCO, waarna de aandelen van die mijnen met elf procent daalden. GEFCO wilde de claim afkopen, nog voordat er maar ééntje werkelijk werd ingediend. Ruers: 'De schrik zit er behoorlijk in, en dat belooft veel goeds.'

Asbestkanker: een trage dood

Asbest is de naam van een groep hitte- en zuurbestendige mineralen, die zowel wordt gedolven aan de oppervlakte als in ondergrondse mijnen. De voornaamste asbestproducent is Canada. Verder wordt het gewonnen in Zuid-Afrika, Rusland, Zimbabwe, de Verenigde Staten en Cyprus.

Al vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw staat onomstotelijk vast, dat inademing van asbestvezels kanker kan veroorzaken. In Nederland is gebruik van materialen waarin asbest verwerkt zit, in 1993 volledig verboden. Doordat asbestkanker zich tot tientallen jaren na de besmetting kan manifesteren, is de verwachting dat – ondanks het verwerkingsverbod – in Nederland nog zo’n 20.000 mensen aan de inademing van asbestvezels zullen overlijden.

Inhoud

  • Ondanks de miljarden die erin zijn gepompt, heeft het integratiebeleid bitter weinig opgeleverd. Sterker nog: in Nederland ligt het risico op de loer van compleet gescheiden ontwikkelingen. Daarom een SP-deltaplan voor een geïntegreerde samenleving, en de eerste reacties erop.
  • De swingende band was afgezegd vanwege de bizarre gebeurtenissen voorafgaand aan de verkiezingen. Maar de Amsterdamse Melkweg ging uit z'n dak op de heel bijzondere overwinningsavond van 15 mei.
  • In Nederland is asbest verboden. In Afrika kom je er – letterlijk – in om. Dankzij dezelfde bedrijven die hier de verantwoordelijke onder-nemer spelen. Een wereldwijde campagne tegen de asbestmultinationals is nodig, vindt de Zuid-Afrkaanse Richard Spoor. De SP helpt hem graag.
  • Cartoon van Kees Willemen / Nieuws / Agenda / SP op internet, radio en tv / Bulletin Board / De woorden uit de mond / Brieven / ROOD-pagina