Tribune 03/2000 Interview: Burny Bos
Interview
Burny Bos
Televisie is een mooi medium dat helemaal verkeerd gebruikt kan worden, vindt scenario- en kinderboekenschrijver Burny Bos. Kijk maar een dagje naar Fox Kids, dan zie je alle varianten van baggertelevisie voorbijkomen. Met honderden tv-uren per week wordt in de kinderhoofden gepompt dat het best aanvaardbaar is dat de goeden de slechten al meppend en schoppend een toontje lager laten zingen. Ik wou dat jeugdtelevisie onder geestelijke volksgezondheid viel.
Tekst Christine de Vos Foto Suzanne van de Kerk |
Het kwantitatieve aanbod tv-rommel is gigantisch
In alle jaren dat ik kinderboeken schrijf en programmas maak, heeft er volgens mij geen wezenlijke verandering in het kind plaatsgevonden. Hoewel je dat op het oog wel zou zeggen. Kinderen hebben veel meer speelmogelijkheden en daarnaast nog eens computers en Nintendos. De welvaart is groter, maar toch blijven er altijd van die oer-dingen in het kindmens. De levensvragen blijven hetzelfde. Of beter: de onschuld om die vragen niet te hoeven stellen en de dingen lekker zelf te kunnen invullen. Goede programmamakers weten dat universele kindmens te raken. Dat verklaart bijvoorbeeld het succes van Pippi Langkous, een programma dat bijna eeuwigheidswaarde heeft.
Televisie is een mooi medium. Helaas wordt het vaak op een niet zo mooie manier gebruikt. Het kwantitatieve aanbod aan rommel is gigantisch. Kijk maar een dagje naar Fox Kids, dan zie je alle varianten baggertelevisie voorbijkomen. In essentie bevatten die programmas altijd een conflict tussen goed en kwaad. Het goede wint telkens weer, maar schuwt ook geen enkel middel om het kwaad te overwinnen. Kinderen leren niet alleen dat geweld aanvaardbaar is de goede mutanten schoppen de slechte tenslotte hélemaal in elkaar maar ook dat het de oplossing is voor alle problemen. Dat krijgen ze met honderden uren per week in hun hoofden pompt. Afgezet tegen enkele tientallen uren publieke televisie, wat ook slechts voor een deel kwaliteit is, is dat heel erg. Er wordt niet voldoende onderkend wat televisie voor kinderen betekent en wat de effecten op lange termijn zijn. Nog sterker, niemand maakt zich daar zorgen over. Dat gebeurt alleen over hygiëne, gezondheidszorg en onderwijs. Waarom dan niet over wat kinderen zien en horen? Ik zou graag zien, dat jeugdtelevisie als onderdeel van de geestelijke gezondheid onder het ministerie van VWS viel.
Een goed kinderprogramma of kinderboek voegt iets toe aan de belevingswereld van een kind, stimuleert de fantasie en geeft het kind iets waarmee het verder kan, als het boek uit is of het programma afgelopen. Het is niet, zoals die super hero rotzooi, een bevestiging van wat absoluut niet waar is. Als een programma niet bijdraagt aan de ontwikkeling, als een kind zich niet kan herkennen in een personage of in de thematiek, heb je als maker gefaald.
Een vaak gehoorde reactie van de grote mensen is dat kinderen veel beter een boek kunnen pakken, in plaats van voor de tv te hangen. Want ze lezen toch al te weinig. Volgens mij is dat niet waar. De boekverkoop en het aantal uitgeleende bibliotheekboeken stijgen nog steeds elk jaar. Bovendien vind ik, ondanks mijn kritiek op het aanbod, de opmars van de televisie niet per se een kwalijke ontwikkeling. Televisie kijken hoeft niet slechter te zijn dan een boek lezen. Je kunt lezen ook zien als je terugtrekken in een hoekje in een verkeerde houding en een verhaal beleven dat gedrukt is op papier van omgehakte bomen. Ik ben ervan overtuigd dat er indertijd mensen waren die de overgang van de mond-op-mond verhalen naar de boekdrukkunst als iets negatiefs zagen. De boekdrukkunst is het einde geweest van een vader-op-zoon, moeder-op-dochter verhaalcultuur. Voorheen kleurde de tijd de verhalen mee. Daarom zijn er zoveel varianten op de bijbel. Nu staat een verhaal vast wanneer het is gedrukt en valt er niks meer bij te verzinnen. Televisie is wéér een stapje verder. Bovendien zal de tv het boek nooit vervangen, hooguit iets toevoegen.
Het verschil is dat er in de kinderliteratuur jaren geleden een omwenteling heeft plaatsgevonden en op tv nog steeds de rommel regeert. De flodderboeken van Cissy van Marxveld zijn verdrongen door de kwaliteit van Miep Diekmann en Annie M.G. Schmidt. Ik ben heel blij dat Annie nog leefde, toen ik begon haar boek Abeltje tot filmscenario te bewerken. Het is heel moeilijk om zomaar aan andermans werk te sleutelen, helemaal aan het werk van een icoon als Annie. Ik wilde iets in haar geest doen. Het is waar dat Abeltje nogal rigoureus bewerkt is. Daar was niet iedereen gelukkig mee. Annie heeft de film niet meer kunnen zien. Wel heb ik haar voor ze stierf nog de laatste versie van het script voorgelezen. Ze had er vertrouwen in. Dat is een compliment, want zij was een kritische tante.
De hoofdrollen in Abeltje worden gespeeld door kinderen. Dat is voor een filmmaker best moeilijk. De meeste kinderen kunnen namelijk niet acteren. Je moet de rol aan het kind aanpassen, zodat het zoveel mogelijk zichzelf kan zijn. Maar weinigen kunnen echt een rol spelen. Sommige dingen doen ze liever niet. Als een jongetje een meisje een kusje moet geven, kost dat ontzettend veel moeite. Op een bepaalde leeftijd zijn meisjes immers hartstikke stom. Ook willen ze liever geen pestkop spelen. Je moet dan steeds uitleggen dat het maar film is.
Met volwassenen werken is veel makkelijker. Die zoek je uit op hun kwaliteit, geef je een contract en dan doen ze wat je vraagt. Kinderen kunnen niet iets doen wat ze niet willen. Als een kleuter er geen zin meer in heeft, kun je niet zeggen: ja maar we hebben een afspraak met jou, lees het contract maar. Je moet het leuk voor ze maken. Veel voorzichtiger te werk gaan en omstandigheden creëren die er voor zorgen dat het vol te houden is. Je kunt maar een beperkt aantal dagen draaien en met een vier- of vijfjarige kun je nooit een lange film maken. Dat risico is veel te groot. In Abeltje werkten we met tien-, twaalfjarigen, die twee jaar dat het kostte de film te maken, mee moesten gaan en niet terug konden. Bij ons krijgen de kinderen een eigen begeleider die constant voor ze zorgt en een leerkracht die hun schoolprestaties op niveau houdt. Bij Abeltje mocht altijd een ouder mee, wij regelden vervoer en accommodatie. De kinderen sliepen in een ander hotel dan de crew en de cast, zodat ze aan het eind van een draaidag ook echt naar huis gingen. Dat soort zaken moet je onder controle hebben. Als je het goed doet willen ze nog eens, zo niet dan willen ze nooit meer.
Er bestaat een beeld van kindacteurtjes dat ze worden gepushed door overambitieuze ouders. Zulke mensen bestaan inderdaad. Vaders en moeders die het kind gebruiken voor hun eigen carrière. Dat is de groep die wij direct elimineren. Afgezien van het feit dat het zielig is voor het kind, valt er met die ouders niet te werken. We moeten een goede verstandhouding met ze hebben en als hun mening erg afwijkt van de onze, wordt het niks. Heel veel van die types komen af op advertenties in kranten. Dat doen wij dus bijna nooit. Alleen als het écht moet, zetten we een advertentie. Voor de rol van Laura in Abeltje bijvoorbeeld, moest het meisje aan specifieke eisen voldoen. Zo moest ze acrobatisch zijn en een oosters uiterlijk hebben. Om wat te contrasteren met de blonde Abeltje en om er niet een hele witte film van te maken.
De meeste kinderen leren we via-via kennen. Voor een serie waar we meerdere kleine kinderen voor nodig hadden, hebben we eens een soort dramaklasje gecreëerd. Een cursus, waar we spelletjes deden en waar een beetje met cameras gewerkt werd. Uit dat klasje zijn verschillende kinderen gekozen voor Kinderen van waterland. Nu ben ik bezig met de voorbereidingen voor Minoes, weer een Annie M.G. Schmidt-verfilming. Daar komen weinig kinderen, maar wel veel katten in voor !
Secenarioschrijver en film- en tv-producent Burny Bos (56) schreef teksten voor diverse kinderradioprogrammas zoals Radio Lawaaipapegaai en de Ko de Boswachtershow en voor de prentenboeken Tetkees zoekt een baby en de Kleine IJsbeer-serie. Ook tekende Bos voor de televisieprogrammas Dag juf, tot morgen en de bewerking van Annie M.G. Schmidts Otje. Zijn grootste succes is de film Abeltje, die goed was voor een Gouden Kalf. |
Inhoud
- Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board
- Zwarte en witte scholen De aanpak van Karin Adelmund is zwaar onvoldoende.
- Column Jan Marijnissen: Een stap terug...
- Jorritsma, Shell en Esso zijn nog lang niet van ons af Half maart praat de Kamer over de gasboringen in de Biesbosch.
- Burny Bos interview. Er wordt niet voldoende onderkend wat televisie voor kinderen betekent. Nog sterker, niemand maakt zich er druk over.
- Andermans geld uitgeven is in Gelderland tot kunst verheven. Miljoenen stromen via NUON, Vitesse, Gelredome en GOM richting Bodemloze put.
- Onder grote belangstelling vierde Ons Medisch Centrum in Oss het 25-jarig bestaan.