publicatie

Spanning september 2011 :: De ambtenarenacties van 1983: Een terugblik met het oog op het heden

Spanning, september 2011

De ambtenarenacties van 1983

Een terugblik met het oog op het heden

Tekst: Sjaak van der Velden Foto: Diederik Olders

De huidige economische crisis is eigenlijk al in de jaren zeventig begonnen. Door inkrimping van de overheid, loondalingen en kredietverlening op grote schaal werden de gevolgen van die crisis jarenlang verdoezeld. Verzet tegen het regeringsbeleid werd in de beginperiode massaal gevoerd. Zoals in 1983: Nederland stond toen in vuur en vlam. Ongeveer 100.000 ambtenaren protesteerden vijftig dagen lang op alle mogelijke manieren tegen een door de regering aangekondigde loondaling van 3,5 procent. Wat gebeurde er toen precies? Een terugblik en een vraaggesprek, waarin Abvakavo-bestuurder en SP lid Lot van Baaren lessen trekt uit het verleden.

Lot van Baaren

De actie van 1983 was in meerdere opzichten uniek voor ons land. Door de duur en door de eis, want een actie tegen loonsverlaging was sinds de grote economische crisis van de jaren dertig vrijwel niet meer voorgekomen. Wat de actie echter vooral bijzonder maakte, was het feit dat ambtenaren in verzet gingen. Het was voor deze beroepsgroep namelijk nog maar sinds kort toegestaan om te staken. Er had tientallen jaren een stakingsverbod voor ambtenaren bestaan. Dat verbod was ontstaan na de spoorwegstaking van 1903. Pas in 1980 ondertekende de regering het uit 1961 stammende Europees Sociaal Handvest, dat alle werknemers stakingsrecht geeft.

Het antwoord van veel economen en rechtse politici op de crisis was een poging om de overheidsinvloed terug te dringen en de macht van vakbonden te beteugelen. Speerpunten van de neoliberale ideologie waren deregulering en privatisering. Ook Nederland ontkwam er niet aan.

Diverse overheidstaken werden in de jaren tachtig en negentig verzelfstandigd en vervolgens geprivatiseerd. Voor het echter zover was, probeerde de overheid eerst fors op de ambtenaren te bezuinigen.

Van Agt en Lubbers in de aanval

In mei 1978 opende de CDA-VVD-regering van jurist Van Agt de aanval op de ambtenaren; ze moesten ‘inleveren’. Bonden en werknemers lieten dat echter niet zomaar gebeuren. Al in 1978 voerden ze massaal actie tegen de plannen om te bezuinigen op de salarissen van ambtenaren en trendvolgers. Toen het overleg met minister Wiegel werd heropend, schortten de bonden de acties op en enkele maanden later gaven ze hun verzet op.

Op 4 juli 1982 trad weer een CDA-VVD-regering aan, nu geleid door ondernemer Ruud Lubbers. Deze wilde 12 miljard gulden bezuinigen en de ambtenarensalarissen met 3,5 procent verlagen. Abvokabo voorzitter Van der Scheur kondigde ontwrichtende acties aan en FNV-voorzitter Kok wilde scherpe acties. Achter de schermen bereidden de ambtenarenbonden acties voor, want van het overleg met de minister werd niet veel verwacht. Duizenden ambtenaren uit het hele land demonstreerden tijdens dit overleg op de Dam in Amsterdam en lieten zien dat het menens is.

Het wordt echt menens

Tijdens de behandeling van de voorstellen van Lubbers in de Tweede Kamer zetten de ambtenarencentrales hun acties voort. Later begonnen mensen ook acties buiten het draaiboek van de bonden om. Het NS-personeel plakte de ramen van Amsterdam CS dicht en ging later over tot een stiptheidsactie. Ook gingen bijna tweeduizend buschauffeurs in staking. Na enige aarzeling namen de bonden de staking over en werd er ook elders gestaakt.

Op 1 november zegde Lubbers toe de korting te verkleinen tot 3 procent maar dat was een sigaar uit eigen doos omdat er tegelijk roostervrije dagen moesten worden ingeleverd. De 20.000 demonstrerende ambtenaren die naar Den Haag waren gekomen, lieten er geen misverstand over bestaan dat ze door zullen gaan.

Dat beviel niet iedereen. De rechter verbood acties van de politie. CNV-ers hadden moeite met tegen de overheid gerichte stakingen. Vakbondsleden en -bestuurders van bonden in de marktsector morden ook. Volgens hen ontvingen ambtenaren evenveel loon als werknemers in de marktsector, maar kwam de werkloosheid vrijwel geheel voor rekening van de arbeiders uit het bedrijfsleven. De centrales moesten alle zeilen bijzetten om de eenheid te bewaren.

Op de dag dat de politie door de rechter terug in haar mand werd gestuurd, gingen andere ambtenaren er volop tegenaan. Bruggen werden opgehaald, pleinen met brandweerschuim ondergespoten, en een vrachtwagen met huisvuil werd op de stoep van Lubbers geleegd. Vanaf 14 november reed de FNV-karavaan, die telkens vanuit een andere provincie richting Den Haag trok. Tijdens het langskomen van die karavanen legden duizenden leerkrachten het werk neer. Ook sloten zich geregeld uitkeringsgerechtigden aan bij de acties. Meer nog dan deze actievormen was het echter het zich opstapelende huisvuil in de straten van de steden dat het beeld van de acties bepaalde.

De strijd gestreden

De acties kwamen ten einde nadat de rechter eind december verdere stakingen bij de posterijen had verboden met de befaamde woorden: ‘Het mocht maar het mag niet langer; De schade van de actie stond volgens hem niet meer in verhouding tot het doel. Deze uitspraak was een klap voor de actievoerders want de acties bij de posterijen vormden een belangrijk deel van de totale acties. De bonden erkenden dat de staking was verloren. Op 5 december was iedereen weer gewoon aan het werk. Toch heerste er binnen kringen van de vakbeweging een gevoel van trots. De massaliteit van het protest, de deelname van groepen die normaal niet in beweging te krijgen zijn, dat waren goede redenen voor trots. De staking is verloren, maar het stakingsrecht was voor het eerst echt uitgevoerd en men maakte zich op voor de volgende ronde.

Sinds de acties van 1983 is er veel veranderd. Overheidsbedrijven als de PTT of de NS bestaan niet meer. Ook bij de overheid in beperkte zin, zijn dingen veranderd. Ambtenaren worden steeds meer gewone werknemers en de cao voor de overheid is opgesplitst. Exact tien jaar na de actie van 1983 voerden de ambtenaren nog één keer gezamenlijk actie, maar daarna was ook dat afgelopen. Alle groepen (rijk, provincies, gemeenten, politie, rechterlijke macht, waterschappen) voerden vanaf dat jaar afzonderlijk onderhandelingen en indien nodig actie. De tot op heden laatste ambtenarenstaking vond begin 2010 plaats, voor een nieuwe cao voor het gemeentepersoneel. Wat kunnen we verwachten van de ambtenaren, nu de VVD-CDA-regering van Rutte en Wilders hun bestaanszekerheid weer bedreigt?

‘We moeten niet over ons laten lopen’

Lot van Baaren werkt in een instelling voor kinder- en jeugdpsychiatrie en is sinds het bondscongres van vorig jaar lid van het bondsbestuur van Abvakabo. We vroegen haar om, met de ervaringen uit de staking van 1983 in gedachten, haar visie op de nabije toekomst uiteen te zetten.

Zie je overeenkomsten tussen de bezuinigingen van 1983 en de huidige kabinetsplannen?

‘Het is best goed ook eens terug te kijken en een vergelijking met de situatie in 1983 ligt voor de hand. Er zijn nogal wat overeenkomsten. Nu hebben we een VVD-CDA-regering met steun van Wilders, ook toen was er een rechtse meerderheid. Destijds sloten de voorzitter van de FNV en de werkgevers een akkoord over loonmatiging, het akkoord van Wassenaar. Dat akkoord was defensief, ook de vakbeweging stond in de modus dat er moest worden bezuinigd. Eigenlijk zie je nu hetzelfde. Het akkoord van Jongerius van de FNV en Wientjes van de werkgevers over de AOW en pensioenen is ook defensief.

Toen en nu was er een economische crisis, waar de gewone werknemers en ambtenaren voor moesten betalen ook al hebben die hem niet veroorzaakt. Wij zijn ook nu weer de dupe, de graaiers blijven buiten schot.

Toen werd er fors bezuinigd op de overheid en de publieke sector. Nu zijn de plannen ook niet mis. Alle politieke partijen gaan uit van de noodzaak om te bezuinigen. Het verschil zit vooral in de hoogte van het bedrag. Ambtenaren zijn, omdat ze direct in dienst zijn van de overheid, natuurlijk een makkelijke bezuinigingspost.’

Is de vakbeweging in staat om de bezuinigingen tegen te houden, denk je?

‘Sorry, ik heb geen glazen bol; dus of het lukt, weet ik niet. We hebben veel uit te leggen. Wat ik wel weet is dat bezuinigen op ambtenaren niet zo makkelijk is als het lijkt. Nederland heeft, ook internationaal gezien, een kleine overheid en er zijn geen ambtenaren die niets zitten te doen. Hun werk is gewoon noodzakelijk voor onze maatschappij en op hen bezuinigen betekent dat er publieke taken blijven liggen. Wat gaat de overheid dan niet meer doen? Welke keuzes worden er gemaakt? Er is al gebleken dat te veel bezuinigen op de overheid leidt tot veel en duurdere inhuur.

En ik weet dat het vrijwel geen zin heeft om te proberen de regering op andere gedachten te brengen. In 1983 was het voor de bond al vrij snel duidelijk dat overleggen geen zin meer had en koos men voor de actielijn. Volgens mij is de situatie nu minstens zo duidelijk: dit kabinet ligt op ramkoers. De aangekondigde bezuinigingen zijn zo groot dat we dat met praten alleen niet kunnen tegenhouden. En nogmaals, wij hebben die crisis niet veroorzaakt, dus waarom zouden wij ervoor moeten betalen? In ’83 werd het al gezegd: laat de rijken de crisis betalen.’

Ja, dat klinkt heel leuk maar iedereen is er toch van overtuigd dat er moet worden bezuinigd? Ook de linkse partijen.

‘Ik zeg ook niet dat het makkelijk zal worden mensen daarin mee te krijgen. Maar als vakbeweging ben je belangenbehartiger voor werknemers en mag je hen niet de dupe laten worden. Het gaat om koopkrachtverlies voor al onze leden en veel banen staan ook op de tocht zoals bij het Rijk, gemeenten, Sociale Werkvoorziening of openbaar vervoer. Je moet wel tegengas geven. Bovendien gaat het hier om een aanval op de publieke dienstverlening. Om zaken die we als maatschappij samen hebben opgebracht. Het gaat ons allemaal aan. Dat moet ook veel duidelijker naar voren komen: je krijgt hier ook als burger mee te maken. Of je nu je buslijn, bibliotheek of buurthuis ziet verdwijnen of dat je geld uit de zak geklopt wordt via eigen bijdragen – zoals bij mijn werk in de geestelijke gezondheidszorg. Wij moeten zelf als vakbeweging met alternatieven komen zoals het aanpakken van de hypotheekrenteaftrek voor de heel dure huizen, de villa’s. Ook een belasting op de bankensector en flitskapitaal hoort daarbij tot de mogelijkheden. Als je bedenkt dat sommige grote concerns meer subsidie ontvangen dan belasting betalen, dan valt daar ook nog heel wat te halen. Het is de hoogste tijd om eens te wijzen naar de speeltjes van rechts: van leasebakken voor de prijs van een flatje tot privé-jets en allerlei belastingvoordelen. Juist in de belastingsfeer is veel recht te trekken: de hoogte van belastingschalen, winstbelasting en vermogensbelasting verhogen. In die richting moeten we de alternatieven zoeken.’

Een van de problemen bij acties van ambtenaren is het negatieve beeld dat mensen van ambtenaren hebben.

‘Veel mensen dachten toen, in 1983, maar ook nu nog, bij een ambtenaar aan een stoffig iemand achter een bureau met veel papier (nu een computer) die eens in het uur een knipoog geeft door één oog open te doen. Dat beeld is natuurlijk niet terecht, maar er zijn mensen die belang hebben bij het voeden en in stand houden ervan. Ambtenaren doen nuttig en uitvoerend werk, waar je als burger direct last van hebt als ze ermee zouden stoppen. Natuurlijk is er ook bureaucratie, maar daar willen ambtenaren zelf ook vanaf, je wordt gek van allerlei regeltjes en constructies die een soepele dienstverlening in de weg zitten. In 1983 waren er stickers met ‘de vuilnisman is ook een ambtenaar’, dat was niet voor niets. Destijds is op dat vlak flink winst geboekt, maar het karikaturale beeld moet blijvend omgezet worden. Het is belangrijk daar al vroeg in de campagne aandacht aan te besteden. Zeker voor onze medevakbondsleden uit andere sectoren.

We kunnen voortbouwen op het positieve sentiment dat tijdens de stakingen van schoonmakers en de mensen van de gemeentereiniging is ontstaan. Daar kunnen we niet snel genoeg mee beginnen, om te voorkomen dat er vanuit de andere bonden weerzin ontstaat tegen ambtenarenacties, zoals in 1983 wel gebeurde.’

Hoe zit het met het actierepertoire? In 1983 was er binnen de vakbeweging wel enige weerstand tegen de acties omdat mensen in het bedrijfsleven dachten dat ambtenaren niet zo moesten zeuren. Dat kan nu ook gebeuren. Veel acties treffen juist de mensen die eigenlijk je bondgenoot zouden moeten zijn. Hoe kun je dat voorkomen, denk je?

‘We zien gelukkig nu al dat we belangenorganisaties mee kunnen krijgen, zoals patiëntenverenigingen, of een organisatie als ROVER bij het openbaar vervoer. Maar het blijft altijd een probleem als je in de dienstverlening werkt. Als er door een staking een paar weken geen wasknijpers worden gemaakt, raakt dat maar heel weinig mensen. Dat is heel anders als de vuilnismannen staken of er acties in een ziekenhuis zijn. Ambtenaren zijn volgens mij veel mondiger geworden dan ze in 1983 waren. Sterker nog: juist de actie van ’83 heeft ze mondiger gemaakt, dat was een belangrijke winst van die acties. We hebben inmiddels wel heel lang stakingsrecht en groepen als de verpleging hebben ook ervaring met actie voeren. Toen had vrijwel niemand dat, door het stakingsverbod dat tot 1980 bestond.

We zullen zeker moeten zoeken naar actiemiddelen waarmee we de echte boosdoeners raken en het gewone publiek ontzien. In 1983 werd dat trouwens ook al geprobeerd, denk maar aan het leegkiepen van een wagen met huisvuil op de stoep van de burgemeester.’

Ambtenaren hebben stakingsrecht, maar de Nederlandse rechters staan erom bekend dat ze nogal eens stakingen verbieden. Ze zijn daarvoor zelfs al eens op het matje geroepen door Europa. In 1983 kwam de ambtenarenactie trouwens ook ten einde door een uitspraak van de rechter. Wat moet de bond dan doen? Doorstaken?

‘Helaas, zoveel kracht hebben we als vakbond nog niet. We moeten het voorlopig nog even van onze creativiteit hebben. Wat we wel moeten doen, omdat we weten dat het nogal eens gebeurt dat de rechter ingrijpt in een staking, is het maken van een plan B. Als een staking of andere actie wordt verboden, hoe ga je dan verder. Dat vereist een goed draaiboek waarin diverse scenario’s zijn opgenomen.

Hoe dan ook, we zijn een sterke bond en we moeten niet over ons laten lopen. De bezuinigingen die er nu aankomen, kunnen we niet over onze kant laten gaan.’

Inhoud