Coronacrisis & toeslagenschandaal leggen problemen in onze democratie pijnlijk bloot

Het jaar 2020 zullen wij niet snel vergeten. De coronacrisis hield ons land in de houdgreep, terwijl er ongekend onrecht aan het licht kwam bij de Belastingdienst. Dit leidde tot politieke affaires en groeide uit tot het toeslagenschandaal dat uiteindelijk het kabinet Rutte III tot aftreden dwong. Vandaag werd er in Den Haag teruggeblikt op de overheidsfinanciën in dat ongewone jaar, en het beeld is niet best voor Rutte en de zijnen. "Wij constateren dat het financieel beheer onder het vereiste niveau was", zegt de Algemene Rekenkamer, die ernstige onvolkomenheden constateert. De onrechtmatige verplichtingen en uitgaven van de regering tellen op tot bijna 13,5 miljard euro. Van dat geld is dus niet duidelijk hoe het precies is besteed. Dat is ongekend. Zulke hoge onrechtmatigheden zijn sinds 2008 niet meer voorgekomen.

De volksvertegenwoordiging is meermaals niet goed geïnformeerd, terwijl de miljarden over de toonbank vlogen. De coronacrisis en het toeslagenschandaal legden dus bloot hoe deze regering tegen de democratie en de Tweede Kamer aankijkt: Een lastig blok aan het been, in plaats van gekozen vertegenwoordigers van het volk die er op toezien dat belastinggeld nuttig wordt besteed. Voornamelijk de ministeries van Volksgezondheid en Defensie vallen nu door de mand, maar ook de ministeries van Economische Zaken en Landbouw doen het niet goed. De Tweede Kamer is te vaak pas geïnformeerd nadat het geld al weg was, vaak richting het bedrijfsleven. Het grootste deel van die corona-uitgaven ging naar bedrijven: 22 miljard van de 29 miljard euro. De zorg kreeg ondertussen 'slechts' 5 miljard euro. De SP wil daarom dat deze rekening nu ook wordt betaald door grote winstgevende bedrijven, met een solidariteitsheffing in de winstbelasting.

Ondanks al deze uitgaven is de staatsschuld laag. Maar toch zitten veel slachtoffers van het toeslagenschandaal nog in de ellende, en krijgen zij sinds 1 mei weer dreigbrieven van deurwaarders. Met de Catshuisregeling van € 30.000 heeft het kabinet geprobeerd om gedupeerde ouders sneller te compenseren. Maar veel ouders zijn om onduidelijke redenen afgewezen en het is nog steeds onzeker of ouders met de allerhoogste schulden ook daadwerkelijk sneller worden geholpen dankzij deze regeling. Deze wanhoopspoging die het kabinet in campagnetijd uit de grond stampte rammelt nu aan alle kanten. Het parlement werd bovendien voor een voldongen feit gesteld, terwijl de SP er al lang voor pleitte om de compensatie ruimhartig en individueel te laten uitvoeren, door een andere organisatie dan de Belastingdienst.

De Rekenkamer constateert dat de Belastingdienst niet goed functioneert en niet goed communiceert met gedupeerde ouders. Maar ook de slachtoffers van de aardbevingen in Groningen hebben het nakijken. Van elke euro die beschikbaar wordt gesteld voor hun schadeafhandeling, blijft 56 cent hangen in bureaucratie. Dure schade-experts en advocaten plukken nu de vruchten van het jarenlange onrecht dat de Groningers is aangedaan door de overheid. In een goed functionerende democratie moet niet alleen het parlement goed geïnformeerd worden, maar worden mensen ook serieus genomen en gerespecteerd door hun overheid. Dit lijkt vandaag verder weg dan ooit, omdat dezelfde politici die deze problemen hebben veroorzaakt nu een nieuw kabinet aan het vormen zijn.

 

Blijf op de hoogte

Betrokken SP'ers