‘De overheid is de vervelendste schuldeiser’

Na het zien van de documentaireserie Schuldig, besloot journalist Jesse Frederik onderzoek te doen naar de schuldenindustrie in Nederland. Hij stuitte op een buitengewoon onrechtvaardig systeem, dat honderdduizenden mensen in grote problemen brengt. Samen met onder anderen de makers van Schuldig, lanceerde hij het manifest Schuldvrij! Daarin staan, met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen, concrete voorstellen om een einde te maken aan een peperduur systeem dat bijna alleen maar verliezers kent.

Je bent nu bijna een jaar bezig met je onderzoek naar de schuldenindustrie. Wat is je opgevallen?

‘Hoe snel de situatie kan escaleren. Vooral als je schulden hebt bij de overheid. Een verkeersboete van 400 euro kan na twee aanmaningen al oplopen tot 1200 euro. Betaal je deze boete niet, dan komt er een deurwaarder langs en krijg je er nog eens 300 euro bovenop. Voor je het weet is een schuld van 400 euro opgelopen tot 1500 euro. Een ander voorbeeld. Als jij zes maanden je zorgverzekering niet betaalt, wat voor driehonderdduizend Nederlanders geldt, dan moet je 25 procent extra zorgpremie gaan betalen.

Wat mij ook opviel tijdens mijn onderzoek is dat er heel veel mensen met schulden bezig zijn. Je hebt schuldhulpverleners, bewindvoerders, sociale wijkteams, maatschappelijk werkers, noem maar op. Maar vreemd genoeg zijn deze mensen niet bezig met het oplossen van de schuld. Die neemt alleen maar verder toe. Als mensen hun bestaanszekerheid verliezen, raken ze volledig in de stress, gaan ze slechter voor hun kinderen zorgen, zijn ze vaker ziek en voelen ze zich doodongelukkig. Er zijn een half miljoen Nederlanders met problematische schulden, die in deze situatie zitten. Dat vind ik een maatschappelijke schandvlek.’

Wat zie je terugkomen in de verhalen van mensen met schulden die je gesproken hebt?

‘Dat ze eindigen met een plastic tas ongeopende post. Op een gegeven moment wordt de situatie uitzichtloos. Mensen komen vaak in de schulden als ze ziek worden, of in scheiding liggen, of hun baan verliezen. Dan moeten ze allerlei dingen regelen, terwijl ze daar niet toe in staat zijn. Het is nooit helemaal hetzelfde verhaal, maar alles wat misloopt in Nederland eindigt altijd met schulden. En schulden zorgen weer voor nieuwe problemen.’

Hoe verklaar je dat er nu zoveel aandacht is voor schulden?

‘Ik denk door de serie Schuldig. Een miljoen mensen hebben naar deze documentaireserie gekeken waarin werd getoond hoe mensen in de schulden zijn geraakt en wat er dan op ze afkomt. Zonder goedkoop effectbejag, zoals bij programma’s als Dubbeltje op zijn kant. Dat heeft volgens mij veel impact gehad. Je ziet in de politiek in ieder geval dat er anders over schulden gepraat wordt. Veel journalisten, onder wie ikzelf, zijn na Schuldig over schulden gaan schrijven. Opvallend is dat nagenoeg iedereen die in de schuldensector werkt, toegeeft dat het huidige systeem niet functioneert.’

Jesse Frederik overhandigt het manifest Schuldvrij! dat door bijna 30.000 mensen ondertekend is aan staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Tamara van Ark. Foto: Isabelle van Hemert ©

Welke politieke beslissingen hebben ervoor gezorgd dat de schuldenindustrie zo omvangrijk heeft kunnen worden?

‘Dat komt door allerlei besluiten die in de afgelopen tien jaar zijn genomen. Allemaal wetten die zijn geschreven vanuit het idee dat als je niet betaalt, dat je dan wel niet zal deugen. Neem de wanbetalersregeling bij zorgverzekeringen. Tweehonderdduizend Nederlanders zitten al meer dan twee jaar vast in die regeling. Zij betalen al twee jaar een kwart extra zorgpremie. Een ander schrijnend voorbeeld zijn de mensen bij wie bankbeslag is gelegd door de Belastingdienst. Dat gebeurde vorig jaar vijfhonderdduizend keer. Bij hen werd in een keer 500 euro van de rekening afgeschreven, met als gevolg dat velen van hen onder het bestaansminimum terechtkwamen.’

Hoe heeft de overheid kunnen uitgroeien tot de grootste schuldeiser?

‘Ik denk dat de overheid altijd vrij groot is geweest als schuldeiser. Maar de overheid is de vervelendste, omdat die zichzelf allemaal privileges toedicht die particuliere schuldeisers niet hebben. Een voorbeeld: een incassobureau mag volgens de wet
15 procent kosten rekenen, de overheid berekent bij verkeersboetes 300 procent en bij zorgverzekeringen 25 procent, elke maand weer. Het ging zelfs zo ver dat ze mensen in de gevangenis gooide, omdat zij hun verkeersboetes niet konden betalen.’

Zijn er landen waar de schulden-industrie beter geregeld is?

‘Twee landen springen in het oog. Wat in de VS goed geregeld is, is dat de schulden eindig zijn. In de VS kun je naar de rechtbank gaan en je bezit laten taxeren. De rechter bepaalt vervolgens wat je moet verkopen en dan ben je van je schuld af. Dat mag je eens in de acht jaar doen.

In Zweden hebben ze alle bureaucratie in een instelling ondergebracht. Daar moeten schuldeisers de regeling accepteren die hen door deze instelling wordt voorgelegd. Gaan zij hier niet mee akkoord, dan moeten zij naar de rechter. De bewijslast wordt dus omgedraaid.’

Zijn er voorbeelden van gemeenten die op een andere, meer menselijke manier met schuldenaren omgaan?

‘Ik zie wel veel bereidheid bij gemeenten om te experimenteren. Zo loopt in onder andere Amsterdam het project ‘Vroeg eropaf’, om mensen met schulden in een vroeg stadium te helpen. In Zaanstad hebben ze aan sociale wijkteams budget ter beschikking gesteld dat ze vrij mogen besteden. Daardoor worden vaak schuldensituaties opgelost. Voor professionals werkt deze aanpak heel fijn, want ze hoeven niet over alles verantwoording af te leggen. Als gemeente bespaar je er bovendien veel kosten mee.’

Waarom ben jij met de makers van Schuldig de campagne Schuldvrij! begonnen?

‘We vonden dat er meer gedaan moest worden tegen de schuldenindustrie, die mensen de vernieling in helpt. Dat is gelukt. We hebben veel partijen uit de schuldensector achter het manifest gekregen. Zelfs schuldeisers, zoals zorgverzekeraars. Ook in de politiek zie je een verschuiving. Zo is er onlangs een motie aangenomen door de Tweede Kamer die stelt dat mensen die onder bewind staan, niet langer onder het zorgboeteregime vallen. Dankzij deze motie hoeven tienduizenden mensen de zorgboete niet meer te betalen. Dat is echt een concrete verbetering. Daarnaast is er voor het eerst in de parlementaire geschiedenis een paragraaf over schulden in het regeerakkoord opgenomen.’

Wat is de belangrijkste boodschap die jullie gemeenten willen meegeven?

‘Dat we in Nederland de schuld meer moeten neerleggen bij de schuldeiser, in plaats van alleen maar bij de schuldenaar. Het moet makkelijker worden om van je schulden af te komen. Daarvoor is het nodig dat alle overheidsinstanties die zich met schulden bezighouden onder één dak worden gebracht, zoals in Zweden. En er moet hard opgetreden worden tegen degenen die verdienen aan schulden en het probleem in stand houden, zoals incassobureaus.’

Wat is er nodig om tot een systeemverandering te komen?

‘Op lokaal niveau is er al veel animo om dingen te veranderen. We gaan na de gemeenteraadsverkiezingen waarschijnlijk zien dat nog meer gemeenten experimenten gaan doen met radicalere manieren om schulden op te lossen. Bijvoorbeeld door ze op te kopen en kwijt te schelden.’

Denken veel mensen niet gewoon: eigen schuld dikke bult?

‘Het gekke is dat we de schuldeiser uitzonderen van die eigen verantwoordelijkheid. Die geven we allemaal privileges om mensen met schulden achterna te blijven zitten. Door alle verhalen die de laatste tijd naar buiten zijn gekomen over wanpraktijken in de schuldenindustrie, is voor veel mensen wel duidelijk geworden dat dit systeem niet langer houdbaar is.’

Dus jij denkt dat de publieke opinie gaat kantelen?

‘Ja, dat zie je al gebeuren. Voorwaarde is wel dat de druk op de ketel blijft. Dat er concrete verhalen over misstanden in de schuldenindustrie gepubliceerd blijven worden. Er verandert immers niets vanzelf. Ik ben wel hoopvol wat dat betreft. Maar probleem blijft dat de huren te hoog zijn en de lonen te laag. Dat zijn net zo goed oorzaken van schulden, waar nog weinig aan gedaan wordt.’

Jesse Frederik is correspondent Economie bij De Correspondent. Eerder schreef hij onder andere voor Follow the Money en De Groene Amsterdammer. In 2013 won hij samen met Eric Smit de journalistieke prijs De Tegel. Zijn artikelen zijn te lezen op decorrespondent.nl/jessefrederik